Kabinet voor de hardwerkende Nederlander
De nieuwe Nederlandse regering wordt gul voor de middenklasse en het bedrijfsleven, en streng voor de vervuiler. Maar hoe stabiel wordt Rutte III?
BRUSSEL I Het is gebeurd: de Nederlanders krijgen eindelijk hun nieuwe regering. 208 dagen na de verkiezingen gaven de vier toekomstige regeringspartijen (VVD, CDA, D66 en ChristenUnie) hun zegen over het ontwerp van regeerakkoord. Als nu ook de fracties in de Tweede Kamer het licht op groen zetten, mag Mark Rutte voor de derde keer een regering leiden. De verwachting is dat hij tegen 23 oktober zijn nieuwe kabinet aan de koning kan voorstellen.
Rutte III zal het niet onder de markt hebben. Het kabinet heeft maar één zetel op overschot in de Tweede Kamer. De minste dissidentie kan tot een patstelling en zelfs een val van de regering leiden. Daarom wordt partijdiscipline belangrijk. Bovendien vertrouwen de vier partijen elkaar niet echt. Daarvoor blijven de ideologische verschillen – van conservatieve christenen tot vrijzinnige liberalen – te groot.
De drie coalitiepartners weten ook dat regeren met Rutte grote risico’s inhoudt. De kiezer heeft immers de gewoonte de coalitiepartners af te straffen. Dat ondervond de PvdA. Daarom zullen D66, CDA en ChristenUnie erover waken dat hun programmapunten genoeg uit de verf komen en dat verhoogt het risico op interne botsingen. Het land blijft trouwens in verkiezingsmodus. In maart zijn er gemeenteraadsverkiezingen. Twee belastingschijven
Toch hebben de vier partijen op het eerste gezicht een ambitieus akkoord – ‘Vertrouwen in de toe komst’ luidt het motto – in elkaar geknutseld. Vooral de hardwerkende Nederlander mag zich verheugen op het nieuwe kabinet.
Bedoeling is dat zij er financieel flink op vooruitgaan, onder andere door een hervorming van het belastingstelsel. Nederland heeft, in vergelijking met België, een relatief eenvoudig systeem met vier belastingschijven, maar Rutte wil er slechts twee overhouden. Een schijf voor alle inkomens en een schijf voor de 5 procent rijkste Nederlanders. Door deze ‘sociale vlaktaks’ moeten de modale verdieners bijna 5 miljard euro minder belastingen betalen.
Om dat gat in de begroting op te vullen wordt het lage btwtarief van 6 procent wel verhoogd naar 9 procent. Een gemiddeld huishouden is straks 20 euro per maand extra kwijt aan alledaagse zaken als voedsel, de kapper of de bioscoop. Maar vooral de arme Nederlanders zullen dit voelen in hun portemonnee.
Bedrijfsvriendelijk
Rutte III moet ook een bedrijfsvriendelijke regering worden. De bedoeling is dat de Nederlandse arbeidsmarkt nog flexibeler wordt. Werkgevers moeten iemand pas een vast contract geven als hij drie jaar voor hen werkt en ontslag wordt eenvoudiger. Zelf standigen – een steeds grotere groep in Nederland – worden niet verplicht zich te verzekeren voor arbeidsongeschiktheid. Kleine en middelgrote bedrijven (met maximaal 25 werknemers) hoeven straks het salaris van zieke werknemers maar één jaar door te betalen, in plaats van twee.
Maar ook de grote, buitenlandse bedrijven krijgen een wortel voorgehouden. De nieuwe regering schermt met een lagere vennootschapsbelasting én met een afschaffing van de dividendbelasting. Volgens het Financi
eele Dagblad gaat het belangrijkste tarief van 25 naar 21 procent en het verlaagde tarief voor winst tot 250.000 euro zakt van 20 naar 16 procent. De dividendbelasting van 15 procent die bedrijven inhouden op het dividend dat zij aan aandeelhouders uitkeren, wordt in 2019 geschrapt.
De bedoeling hierachter is duidelijk. De nieuwe regering wil inspelen op de Brexit. De verwachting is dat veel bedrijven het Verenigd Koninkrijk willen verlaten. Rutte wil hen naar Nederland lokken.
De verlaging van de vennootschapsbelasting kan ook gevolgen hebben voor het Belgische bedrijfsleven. Maar minister van Financiën Johan Van Overtveldt (NVA) vindt het voorbarig om er al grote consequenties aan te koppelen. ‘Er zijn nog geen details over de exacte inhoud, het is dus voorbarig om al grote conclusies te trekken’, laat hij weten. Klimaatwet
Toch wordt Rutte III niet alleen een regering van belastingverminderingen. De regering wil
inzetten op klimaatbeleid. Dat was lange tijd het grootste knelpunt bij deze regeringsonderhandelingen. Ook Nederland moet de komende jaren zijn beleid flink bijsturen, wil het de klimaatdoelstellingen zoals die zijn afgesproken in Parijs, halen. Dat GroenLinks uit de onderhandelingen werd geknikkerd – tot groot ongenoegen van D66leider Pechtold – had vooral te maken met de hoge eisen die Jesse Klaver op tafel legde.
Toch lijkt Rutte van plan ernstig werk te maken van het klimaatbeleid. De nationale milieudoelen worden vastgelegd in een bindende klimaatwet: in 2030 moet er bijna 50 procent minder CO2uitstoot zijn dan in 1990. Dat is meer dan de Europese Unie eist.
Daarbij komt er onder meer een kilometer of tolheffing voor vrachtverkeer en milieubelasting op vliegtickets. Bedrijven die niet op vrijwillige basis hun activiteiten vergroenen, zullen zwaarder belast worden. Elektriciteitsbedrijven gaan een CO2belasting betalen. Hoe meer ze uitstoten, hoe hoger de taks wordt. Dat moet 600 miljoen opleveren. De verkiezingscampagne draaide voor een groot deel rond de Nederlandse identiteit. Vooral CDAleider Sybrand Buma bleef maar op die nagel kloppen. Dat vertaalt zich nu in concrete maatregelen. Op basisscholen komt meer aandacht voor burgerzin en de gedeelde waarden. Concreet moeten alle leerlingen les krijgen over het Wilhelmus, een expliciete eis van Buma. Pech–told vond het een beetje belachelijk en eiste in ruil ook een verplicht bezoek aan het Rijksmuseum, zodat alle leerlingen De Nachtwacht van Rembrandt hebben gezien voor ze de school verlaten. Iedereen die 18 jaar wordt, krijgt ook een boekje over de geschiedenis van Nederland. Rutte III zal toekomstige asielzoekers daarom streng opvangen. Het kabinet stuurt aan op nieuwe migratiedeals met NoordAfrikaanse landen. Asielzoekers krijgen maar voor drie jaar een verblijfsvergunning. Dat is nu nog vijf jaar. Na drie jaar wordt bekeken of een asielzoeker terug kan naar het land van herkomst. Mocht dat niet het geval zijn, dan kan zijn vergunning met twee jaar verlengd worden. Wie daarna nog steeds aan de eisen voor een vluchtelingenstatus voldoet, kan een vergunning voor onbepaalde tijd krijgen. (domi)