Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Belg wil wel meer controles, maar vooral van andere bestuurders
Mobiliteitsminister Galant stelt paradox vast na oproep in ons land
éér controles op drugs in het verkeer, een nultolerantie voor alcohol en een alcoholslot voor betrapte dronken bestuurders. Dit vragen vijfduizend Belgen aan minister van Mobiliteit Jacqueline Galant (MR) na haar oproep om mee na te denken over een veiliger verkeer.
Als het over alcohol gaat, is de visie van de Belgen unaniem: drinken en rijden, dat kan echt niet meer. Toch had afgelopen zomer tijdens de BOB-campagne één op de twee gecontroleerde bestuurders bij een nachtelijke controle te veel op. “Niettemin is het pleidooi van de burger duidelijk: hij wil meer controles op alcohol en ook op drugs in het verkeer”, verduidelijkt Koen Peeters van het BIVV. “Zo’n 64% van de Belgen kan leven met een nultolerantie voor alcohol: geen enkel pintje dus vooraleer iemand achter het stuur kruipt. 86% vindt dat de overheid een alcoholslot moet verplichten bij hardleerse overtreders.” Een harder beleid, het mag dus. Maar de tolerantie stopt aan de voorbumper van onze auto. Want als al die maatregelen in de auto een effect hebben – en dus raken aan ons rijgedrag – dan zijn we tegen een harder beleid.
“Dat is de rode draad”, stelt het BIVV vast. “Zo is de helft van de burgers tegen een auto die straks zelf remt als dat nodig is. Een zwarte doos in de auto die ons rijgedrag in detail analyseert, willen we niet. Twee derde van de Belgen is tegen. Een dashcam, een camera op ons dashboard, dat vinden we dan weer wel goed, want die filmt andere bestuurders.” “Een heel herkenbaar beeld”, zegt verkeerspsycholoog Gerard Tertoolen. “Je kunt het vergelijken met het niet-in-mijn-achtertuinsyndroom. Van onze auto, daar blijf je af. We vinden het rechtvaardig als de politie een hardrijder straft. Als we zelf 10 kilometer per uur te snel rijden, dan zeggen we tegen diezelfde politie: ‘Ga boeven pakken.’ Als het harde beleid te dichtbij komt, dan haken we af.” “Dat is de paradox die ik zelf ook heb vastgesteld”, zegt bevoegd minister Galant (MR). “Ik krijg geregeld vragen en ik voel de weerstand tegen politiecontroles. Ik hoor sinds jaar en dag de kritiek op de sensibiliseringscampagnes, ik lees de klachten van wie een boete kreeg ‘voor amper 3 kilometer per uur te snel’. Tegelijk zijn we verontwaardigd over het hoge aantal slachtoffers in het verkeer. Daarom wil ik de burger betrekken bij het debat over een veiliger verkeer.” Van de vijfduizend Belgen die een voorstel hebben ingediend, komt er een honderdtal half november bijeen om voort te debatteren. Hun voorstellen worden in december besproken op de Staten-Generaal van de Verkeersveiligheid, een groot debat over onze mobiliteit. WIM BRILLOUET