Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Parkeergebouwen moeten hinder Oosterweel verlichten
Efficiënter gebruik van spoorwegen kan dertigduizend wagens van de baan halen
De Beheersmaatschappij Antwerpen Mobiel (BAM) breidt park-and-rides uit met parkeergebouwen om de verkeershinder tijdens de werkzaamheden voor Oosterweel te verminderen. Er komt onder meer een parkeertoren op Linkeroever en in Merksem en de parking bij de rotonde in Wommelgem wordt uitgebreid. De BAM legt ook tijdelijke park-and-rides en park-and-bikes aan. Bij een park-and-bike laat je de auto achter om met de fiets verder te rijden.
TIM VAN DER SCHOOT Woordvoerder BAM ‘‘Parkandrides verder van de stad hebben alleen zin als je daar ook efficiënt openbaar vervoer kunt aanbieden.’’
Volgens de mobiliteitsclub VAB liggen de huidige en geplande parkandrides te dicht bij de toekomstige werfzone van de Oosterweelverbinding. Mobiliteitsexperts treden dit bij, maar zien vooral een oplossing in de trein.
VAB peilde via de Oosterweelbarometer bij 2.410 automobilisten naar hun inschatting van de verkeershinder door de werken aan de Oosterweelverbinding. Daaruit blijkt dat drie op de tien chauffeurs de wagen best wil inruilen voor een ander vervoersmiddel. Een efficiënt openbaar vervoer speelt in die beslissing een cruciale rol. Alleen zou een deel van de huidige park-and-rides te dicht bij de stad liggen en door de te verwachten verkeershinder onvoldoende vlot bereikbaar zijn. Volgens VAB moeten er dus meer park-and-rides verder van de stad komen.
In en rond Antwerpen zijn er veertien park-and-rides waar pendelaars hun wagen kunnen achterlaten om over te stappen op bus of tram. De parkings op Linkeroever, Keizershoek in Merksem en Luchtbal zijn voorbeelden van park-and-rides die te dicht bij de stad liggen. “Je moet een parkand-ride aanleggen in het gebied vóór de files”, zegt mobiliteitsdeskundige Dirk Lauwers. “Melsele, waar de terminus van tram 3 ligt, is bijvoorbeeld een goede locatie. De aanleg van een parking op de Havanasite in de wijk Luchtbal is goed voor de directe omgeving, maar zal geen oplossing zijn voor de pendelaars die van verder ko- men. Je hebt eigenlijk een tweede gordel van park-and-rides nodig buiten de stad.”
Parkeergebouwen
De Beheersmaatschappij Antwerpen Mobiel (BAM) plant een uitbreiding van de bestaande park-and-rides met parkeergebouwen. Het eerste gebouw zou rond 2020 in gebruik worden genomen in de buurt van de voetbalvelden Turk Sport aan de Blancefloerlaan op Linkeroever. Het parkeergebouw heeft een capaciteit van 1.500 wagens en 150 fiet- sen. Er is plek voor deelfietsen en -auto’s. Aan de Havanasite komt een parkeergebouw met een capaciteit van ongeveer 1.800 wagens. Aan Keizershoek in Merksem komt een gebouw met 690 parkeerplaatsen. In Wommelgem wordt de parking gelijkvloers uitgebreid met 430 parkeerplaatsen.
“We leggen ook tijdelijke parkand-rides of park-and-bikes aan”, zegt BAM-woordvoerder Tim Van der Schoot. “Bij een park-andbike laten mensen hun wagen achter om met de fiets verder te
rijden. Op de middenberm tussen de op- en afrit Linkeroever aan de redactie van Gazet van Antwerpen komt een tijdelijke parking voor tweehonderd wagens. Die zal in de lente klaar zijn. Ik begrijp de opmerking van VAB dat er parkand-rides moeten komen verder van de stad, maar dat heeft alleen zin als je daar ook efficiënt openbaar vervoer kunt aanbieden.”
Binnen het Vlaams Routeplan 2030 wordt nog wel gekeken naar extra park-and-rides. “Vooral in de Antwerpse zuidrand gaan we kijken naar mogelijkheden”, zegt Van der Schoot.
Onderbenutte spoorwegen
Dirk Wiesé van de belangenorganisatie TreinTramBus (TTB) ziet eerder een oplossing in de momenteel onderbenutte spoorwegen. “Het is berekend dat dertigduizend wagens van de baan kunnen worden gehaald door het efficiënt gebruiken van de spoorweginfrastructuur”, zegt Wiesé. “Met de trein kun je echt het verschil maken. De sporen en de stations zijn er al. NMBS moet inzetten op stoptreinen. De frequentie is recent verhoogd naar twee treinen per uur op de lijn tussen Essen, Antwerpen-Centraal en Puurs. Dat is goed voor de daluren, maar nog ruim onvoldoende tijdens de spitsuren. Dan zou er om het kwartier een trein moeten zijn.”
Ook Antwerps schepen van Mobiliteit Koen Kennis (N-VA) ziet winst in het voorstadsnet van de NMBS. “Zo is de capaciteit tijdens de spits nog niet volledig benut”, zegt Kennis. “De NMBS bekijkt ook of het aantal parkeerplaatsen aan de stations kan worden uitgebreid.”
Volgens NMBS-woordvoerder Dimitri Temmerman is die capaciteit de afgelopen jaren al fors uitgebreid, met tijdens de ochtenden avondspits drie extra piekuurtreinen tussen Antwerpen-Centraal en Noorderkempen. Deze treinen stoppen ook in station Luchtbal. Met de uitbreiding van het treinaanbod in december 2017 lag de focus op de voorstedelijke netten. Dat zorgde ook voor een betere aansluiting op bus en tram.