Racen op het fietspad: het kan, maar het is duur

Dominique Verniers (42) uit Kapellen kocht een jaar geleden een speed pedelec. “Sindsdien ben ik veel sneller op mijn werk. Maar op het fietspad rijden is niet ongevaarlijk.” Ook Peter Huyghe (53) uit Brasschaat laat zijn auto sinds enkele jaren aan de kant staan.

Dominique werkt in het centrum van Antwerpen. “Ik fiets met mijn speed pedelec 25 minuten over een afstand van veertien kilometer. Met mijn auto doe ik er minstens drie kwartier over”, zegt Dominique. Van traagheid heeft de Kapelle- naar geen last. “Ik rijd met mijn speed pedelec 44 kilometer per uur. Daardoor kom ik wel bezweet op mijn werk aan. Maar ik kan de verleiding om flink door te trappen niet weerstaan. Wie dat wil, kan ook rustig trappen. Dan haal je met de turbostand nog steeds 35 kilometer per uur.” Daar wringt wel het schoentje: met de speed pedelec rijd je op het fietspad, en de andere fietsers rijden niet zo snel. “Ze horen me dikwijls niet aankomen”, zegt Dominique. “Ik mag nog twintig keer bellen, dan nog zijn ze druk met de muziek in hun oortjes in de weer. Als ik dan een fietser voorbij rijd, kijkt die meestal verschrikt op. Ik moet dus heel goed opletten. Ook de prijs voor een speed pedelec is hoog. Ik heb er 4.500 euro voor betaald. Als zelfstandige kan ik die kosten gelukkig van mijn belastingen aftrekken. Maar mijn vrouw vindt zo’n speed pedelec te duur.”

Slechte weginfrastructuur

Ook Peter Huyghe (53) uit Brasschaat laat zijn auto sinds enkele jaren vaak aan de kant staan. “Ik ben vastgoedmakelaar”, zegt Peter. “Met de auto kon ik in de Antwerpse regio elke dag drie à vier afspraken doen. Met mijn Vespa van 300cc doe ik er acht. Ik ga er zelfs mee naar de supermarkt. In mijn Vespa zit een bak waar ik spullen in kan steken, en de flessen frisdrank steek ik achter mijn zadel.”

Toch is zo’n scooter niet het ideale vervoersmiddel. “Ik moet in het verkeer nog meer opletten dan wanneer ik met de auto rijd”, zegt Peter. “Ik moet ogen vooraan, achteraan en opzij hebben, en de hele tijd inschatten welke automobilist een fout kan maken waardoor ik moet uitwijken. En dan zijn er nog de vele gaten en kiezels op de weg. De kwaliteit van onze weginfrastructuur is zeker niet op maat van de motorrijder gemaakt.”