Renault ZOE Q90 Z.E. 40
Vier jaar geleden reed Bavo Galama drie weken lang met een Renault ZOE. Dat doet hij nog een keer, en nu met een versie die meer dan twee keer zo lang met een acculading doet. Bevalt dat een beetje?
Eind 2013 kon het elektrische rijden nog rekenen op een behoorlijke portie scepsis. Een grote meerderheid meende destijds dat een elektrische auto zonder hulpmotor geen serieus alternatief kon zijn voor de brandstofmotor. Het grootste struikelblok was de beperkte actieradius en de lange tijd die het in beslag nam om het onding weer helemaal op te laden. Toch gaf in diezelfde periode 85 procent van alle eigenaars van elektrische auto’s aan dat hun volgende auto ook weer een elektrisch exemplaar zou zijn. Voor gebruikers telden de nadelen kennelijk veel minder dan voor buitenstaanders. Vandaar dat ik eind 2013 besloot drie weken lang in een Renault ZOE te rijden met een praktisch bereik van slechts 130 kilometer. Daarvan deed ik onder andere in dit blad verslag. De belangrijkste conclusies waren de volgende: 1. Elektrisch rijden moet je leren. Na een dag of acht raakte ik gewend aan het vooraf plannen van laadbeurten en ritten. Vanaf dat moment kostte het experiment mij niet meer inspanning dan het bijhouden van de batterij in mijn smartphone. 2. Elektrisch rijden vraagt vooral een verandering in mindset. Het belangrijkste onderdeel daarvan is de toepassing van de wet ‘parkeren=laden’. 3. Afhankelijk van de laadpaal kon het volledig opladen van de ZOE wel tot zeven uur duren. In de praktijk laad je onderweg al snel alleen het aantal kilometers dat je nodig hebt. Dan ben je soms na een kop koffie en het checken van je mail alweer onderweg.
MINSTENS 10 JAAR
Vier jaar later is er van alles veranderd. Er zijn snellaadstations gekomen, het aantal ‘gewone’ laadpalen is enorm uitgebreid. Met name luxemerk Tesla maakte elektrisch rijden ‘hip and happening’. Maar hoe zit het dan met dat enorme struikelblok van de actieradius? Ik herinner me een professor van een technische universiteit, die in 2014 nog aangaf dat het minstens tien jaar zou duren voordat de accucapaciteit zou zijn verdubbeld. Renault logenstraft deze voorspelling en slaagde er dit jaar al in om een ZOE te leveren die het oorspronkelijk praktische bereik van 130 kilometer meer dan verdubbelt met een accu van hetzelfde gewicht. Een ware revolutie in accutechnologie eigenlijk. Tijd om de duurtest van 2013 nog eens dunnetjes over te doen en te zien wat voor verschil de nieuwe accu in de praktijk maakt.
GRAATMAGER
De ZOE schijnt een facelift te hebben gehad, maar dat ontgaat me totaal. Wat wel telt is de nieuwe accu van 41 kWh, die beschikbaar is gekomen naast de oorspronkelijke van 22 kWh. Volgens de NEDC praten we dan over een theoretisch bereik van 400 kilometer.
IN 2013 VOELDE EEN BEREIK VAN 80 KILOMETER NOG ALS ‘BIJNA VOL’, NU VOELT HET MEER ALS ‘BIJNA LEEG’.
Dat is misschien haalbaar als een graatmagere chauffeur die afstand stapvoets aflegt op een snikhete zomerdag zonder bagage, passagiers en tegenwind. In de praktijk heeft deze ZOE een actieradius van ongeveer 280 tot 300 kilometer. De ZOE lag al op de tekentafel toen de Nederlander Laurens van den Acker aantrad als designchef bij Renault. In het huidige modellengamma blijft de ZOE nu achter met zijn uiterlijk. Desondanks zie je aan zijn design gelukkig nergens dat het hier om een volledig elektrische auto gaat. Gelukkig maar. Anders krijg je van die onaantrekkelijke bouwsels als een Toyota Prius, een BMW i3 of een Mitsubishi i-MiEV.
HOOFDREKENEN
De eerste rit gaat van mijn woonplaats Amstelveen naar mijn tweede verblijfplaats in Friesland. Bij vertrek lees ik op het dashboard dat ik een bereik heb van 228 kilometer, terwijl mijn gepande route 146 kilometer lang is. Op mijn bestemming moet ik dus nog 82 kilometer overhouden. Uit mijn vorige duurtest weet ik echter dat een rit over de snelweg veel grotere happen neemt uit je actieradius dan het werkelijk gereden aantal kilometers. Het verbruik van een auto op brandstof is vooral afhankelijk van het toerental, dat van een EV is lineair gekoppeld aan de snelheid. Met argusogen zie ik hoe het aantal kilometers van mijn actieradius inderdaad een stuk harder daalt dan die op mijn navigatie. Bij afslag Bolsward ben ik al 34 kilometers ‘kwijtgeraakt’, terwijl ik met ingeschakelde ecoknop sloom heb meegesukkeld met het vrachtverkeer. Onderweg doe ik niets dan hoofdrekenen met aantallen kilometers. Hierna moet ik nog 30 kilometer provinciale weg volgen. Dan gebeurt er een soort van wonder. Op de provinciale weg begin ik kilometers terug te verdienen. En veel meer dan ik had kunnen verwachten. Uiteindelijk 17 stuks. De eindstand laat zien dat ik op een rit van 146 kilometer (volgens de navigatie) met voornamelijk snelweg, uiteindelijk 163 kilometer actieradius heb verbruikt. Dat geeft vertrouwen. Ik realiseer me dat ik in 2013 deze afstand sowieso niet had kunnen rijden zonder tussendoor te laden. Twee dagen later op de terugweg is er van mijn doorlopend hoofdrekenen en beginnende ‘range anxiety’ weinig meer over. Ik knal met 130 door de polder terug naar de Randstad. De ZOE gaf 268 kilometer aan toen ik vertrok en daar zijn er in Amsterdam nog 60 van over. Who cares? Ruim voldoende. Tijdens de daaropvolgende korte ritten in de stad blijkt de ZOE met de aangegeven 60 kilometer actieradius er veel meer te kunnen rijden. Nog een belangrijk verschil met de vorige duurtest betreft mijn beleving van het aantal resterende kilometers dat de ZOE aangeeft na een rit. In 2013 voelde een resterend bereik van 80 kilometer nog als ‘bijna vol’, nu voelt het meer als ‘bijna leeg’. Als het bereik nu onder de 100 kilometer komt, gaat er een zacht schemerlampje branden in mijn hersenpan. Maar eerlijk gezegd is dat niet vaak aangesprongen. Een stuk minder dan het zoeklicht dat ging branden in mijn brein als ik in 2013 onder de 40 kilometer geraakte. Het vertrouwen dat de nieuwe ZOE geeft, maakt me slordig. Ik moet mezelf er soms aan herinneren dat ik er nog altijd baat bij heb om de Renault ook voor een korte parkeertijd steeds aan de laadpaal te zetten.
LAADPALENPARK
In mijn eigen buurtje ontdek ik al snel dat het aantal laadpalen in vier jaar sterk is gegroeid. Nog even en heel de wijk Buitenveldert is één groot laadpalenpark. Voor eventuele noodgevallen kan ik inmiddels ook terecht bij een van mijn buren, die een Tesla heeft en een wallbox aan de zijkant van zijn huis. Wat ik wel een paar keer vergeet, is om de ZOE op tijd ook weer op te halen bij een openbare laadpaal om andere auto’s de gelegenheid te geven op te laden. Het ‘zelfdenkende’ laadsysteem haalt de maximale hoeveelheid stroom uit elke laadpaal en hoeft daardoor zelden langer dan drie uur aan de paal. In deze duurtest was ik in bijna alle gevallen na een uur al uit de brand. De enorme lengte van het laadsnoer komt vaak van pas, maar de ontwerpers hebben nog een uitdaging in het vinden van een handig opbergoplossing. Iets waardoor het laadsnoer zichzelf oprolt in een onzichtbaar compartiment zou een welkome aanvulling zijn. De afstand tussen Friesland en Amstelveen leg ik nog tweemaal af. In 2013 moest ik altijd wat kilometers bijtanken bij het tankstation tussen Almere en Lelystad. Dat kon alleen in noordwaartse richting. Inmiddels, nu ik het niet meer per se nodig heb, is aan beide kanten van de snelweg de mogelijkheid om bij te laden. In deze tiendaagse duurtest ben ik, helaas voor dit verhaal, nergens in de problemen gekomen. Wellicht omdat mijn oude Volvo vanwege zijn kleine LPG-tankje ongeveer hetzelfde bereik heeft. Ik ben gewend aan deze actieradius. Wat dat betreft was de ZOE met de 22 kWh-accu toch spannender. De acceleratie blijft een leuk extraatje van een elektrische auto. De ZOE nodigt niet bepaald uit tot een sportief rijgedrag, maar het laag geplaatste accupakket houdt de auto ook op hogere snelheden behoorlijk op koers. Oprit 19 van de A6 bij Sint Nicolaasga is een hele fijne doordraaier die ik regelmatig moet nemen. Het ontbreken van motorgeluid geeft een achtbaanachtige ervaring. Daar kun je zomaar een beetje verslaafd aan raken.