Honda CR-V
De Nederlandse autoconsument loopt vooral warm voor compacte hatchbacks. Toch is de crossover duidelijk in opmars. Er is echter één model dat heel ver bij de concurrentie achterblijft: de Honda CR-V. Wat is er mis met deze degelijke Japanner?
Voor de CR-V betaal je tweemaal zoveel bpm als voor de belangrijkste concurrenten.
In de rubriek Muurbloempje belichten we maandelijks een auto die onder aan de verkooplijsten bungelt. We proberen te begrijpen waarom niemand het model (meer) ziet staan, mijmeren over de mooie historie of wellicht juist over een gouden toekomst. Hoe dan ook zetten wij elk Muurbloempje – of garagedochter – op deze pagina nog één keer in de schijnwerpers.
Dat de Honda CR-V in zijn topjaar 2007 niet meer dan 1606 keer over de toonbank ging, geeft al aan dat het nooit een bestseller is geweest. Maar dat je bij een aantrekkende automarkt in een groeisegment het eerste halfjaar niet verder komt dan een schamele 54 stuks, geeft toch wel te denken. Hoe komt een degelijke, moderne crossover als de CR-V op plek 204 van de ranglijst terecht? Om te beginnen vergaat het Honda als merk al jarenlang niet jofel in Nederland. In de afgelopen paar jaar kon het geen potten breken in de door boekhouders gedomineerde markt. Hoe anders was dat nog in de jaren van de Civic Hybrid! Vanwege zijn lage bijtelling was deze compacte sedan een megahit. Maar nadat de uitstootgrenzen strenger werden en de subsidiekraan opdroogde, stond de Hondaverkoper met lege handen. Daar komt nog bij dat het tot eind vorig jaar duurde voordat Honda ontdekte dat je ook turbomotoren kunt hangen in relatief gewone auto’s als huis-tuin-en-keuken-Civics.
NIET ONDER DE INDRUK
Helaas gaan de nieuwe geblazen motoren aan de CR-V voorbij. Die wordt met een atmosferische benzinemotor geleverd. Deze 2,0-liter viercilinder hoest weliswaar 155 pk op, maar daar heeft hij 6500 toeren voor nodig. En van het maximum koppel van 192 Nm bij 4300 tpm raakt ook niemand onder de indruk. Natuurlijk is de CR-V ook te koop met Honda’s uitstekende 1,6-liter dieselmotor, maar die slaagt er evenmin in kopers massaal naar de showroom te lokken. Niet zo gek als je bedenkt dat de 120 pk-variant wat te weinig power heeft voor een auto die anderhalve ton weegt. Er is ook een versie met 160 pk, maar die is alleen leverbaar in de vierwielaangedreven CR-V. Vanafprijs: ruim 47 mille. Maar ook de instap-benzineversie moet al bijna 34,5 mille opbrengen. Bestsellers Volkswagen Tiguan en Nissan Qashqai (allebei tot dusver goed voor zo’n 3100 stuks) beginnen op een aanzienlijk lager prijsniveau. Grote boosdoener is de CO2-taks. Omdat hij relatief dorstig is, betaal je voor de CR-V een dikke 13.000 euro aan bpm. Dat is ongeveer tweemaal zoveel als je voor de belangrijkste concurrenten moet neertellen.
BASKETBALLERS
Vóór de CR-V spreekt zijn riante interieur. Gezien de overbemeten hoofdruimte is het de ideale auto voor basketbalteams. Sporttassen en ballennet in de 589 liter metende kofferbak en gáán naar die uitwedstrijd! Voor losse spullen zijn er zo veel opbergvakjes, dat er in bochten niets los door de auto vliegt, zelfs niet als de powerforward achter het stuur zit. Keerzijde van de medaille is dat iedereen zich bij aankomst afvraagt waar hij z’n powerdrankje en mueslireep ook alweer had opgeborgen. Met de wegligging en het bochtgedrag van de CR-V is weinig mis, zeker als je de hoogte van 1,69 meter in aanmerking neemt. De uitrusting is op orde, maar niet riant. De afwerking is netjes, maar niet superluxueus. En dan het uiterlijk. Tja, dat blijft een kwestie van smaak, maar vergeleken met de meeste concurrenten oogt de auto wat log en zwaar. Hij ziet er meer uit als het favoriete vervoermiddel van mensen die veelvuldig op hun elektrische fiets rondtoeren dan als de vlotte crossover voor het jonge gezin. Trouwe Honda-rijders waarderen de CR-V niet alleen vanwege zijn ruimte en goede rijeigenschappen, maar bovenal om zijn betrouwbaarheid. Dat is echter onvoldoende; het mwah-gehalte van de CR-V is gewoonweg te hoog. De Nederlandse consument wil een crossover met een zuinige, vlotte turbomotor – en dan komt het met de prijs vast ook goed – en een dynamischer uiterlijk. Kortom, huiswerk voor Honda!