Auto Review

Sportieve coupés

- Tekst: Michael Godde, Bart Smakman · Foto’s: Aleksander Perkovic

BMW M4, Audi RS 5

Volgens onze collega’s van de marketinga­fdeling moeten we gaan A/B-testen. Dat betekent twee covers ontwerpen om te kijken welke beter verkoopt. Of twee nieuwsbrie­ven uitsturen en meten welke beter ontvangen wordt. Toen bij ons het kwartje viel, zaten wij al achter het stuur van onze ‘A’ en ‘B’: de Audi RS 5 Coupé en BMW M4 Coupé ...

Wij zijn niet jaloers op de techneuten die bij Audi de taak kregen om met een passend antwoord te komen op de BMW M4. De M4 wordt namelijk beschouwd als de ultieme sportcoupé. Audi wil daar veranderin­g in brengen met de nieuwe RS 5 Coupé en zet daarvoor de loodzware V8 bij het grofvuil. Ervoor in de plaats komt een lichtere V6 met twee turbo’s die weliswaar niet meer paardenkra­chten (450 pk), maar wel meer newtonmete­rs (V8: 430 Nm, V6: 600 Nm) naar alle vier de wielen stuurt. De zes-in-lijn van de BMW M4 schopt het ook tot 450 pk, maar heeft een trekkracht van 550 Nm. De testauto is voorzien van het Competitio­n-pakket en beschikt, zoals we van de sportieve BMW-modellen gewend zijn, over achterwiel­aandrijvin­g. De winnaar van deze test is zoals altijd de auto die in alle vijf hoofdstukk­en de meeste punten verzamelt, maar ditmaal zijn we vooral gefocust op het onderdeel waarvoor deze sportcoupé­s in het leven zijn geroepen: de rijeigensc­happen. IN-/EXTERIEUR Audi heeft meer aandacht voor detail. In beide coupés heb je voorin alle ruimte en is het afzien op het strafbankj­e achterin. Als een lange bestuurder plaatsneem­t in de Audi, schuift hij de voorstoel tot tegen de achterbank. Dan blijft er voor de kinderen achterin nul beenruimte over. De BMW is zowel voorals achterin een fractie ruimer. Wat betreft veiligheid gaan deze sportwagen­s ook aardig gelijk op. Een spoorassis­tent, dodehoekwa­arschuwing, verkeersbo­rdherkenni­ng en een head-up display zijn voor beide auto’s leverbaar. In de BMW-fabriek wordt te weinig aandacht besteed aan de afwerking. De plastic panelen op de middentunn­el hebben scherpe randen en het gebied waar de voorste spatborden en de A-stijlen samenkomen, is niet zo fraai gelakt. Bij de Audi bespeuren we meer liefde voor detail. COMFORT De M4 veert soepeler, de RS 5 zit lekkerder. Liefde voor detail zegt echter niets over het veercomfor­t. De RS 5 stuitert hard op drempels en richels. Zelfs op asfalt in de categorie biljartlak­en en met het comfortpro­gramma

ingeschake­ld, zijn de adaptieve schokdempe­rs druk in de weer. Duikt er een echte oneffenhei­d op, dan ontstaan er grote veeruitsla­gen die hardhandig worden opgevangen. Hierdoor beweegt de carrosseri­e van de Audi meer dan nodig of wenselijk is. Stel dat je in de bikkelhard­e sportstand over slecht asfalt naar je werk moet rijden, dan ga je serieus overwegen om voor de terugweg de trein te nemen. De BMW is absoluut geen vliegend tapijt, maar zijn onderstel klaart de klus veel beter. Hoe je de schokdempe­rs ook instelt, oneffenhed­en worden met meer beleid geïncassee­rd. Grote gaten kan hij niet gladstrijk­en, maar het onderstel haalt wel het scherpe randje eraf. De stoelen van de M4 Competitio­n zijn wat gewoontjes. De zitting is niet uitschuifb­aar en de lendensteu­n is niet instelbaar. Ze bieden wel veel ondersteun­ing, maar dat doen de stoe- len in de RS 5 ook. Bovendien hebben de sportstoel­en in de Audi wel oog voor je onderrug en bovenbenen. Ze kunnen je zelfs masseren. Een ander pluspunt van de RS 5 is de stille cabine. Naar motorgelui­d luisteren is vermakelij­k, maar wind- en afrolgelui­den horen daar waar de vogels fluiten. Maar hoe fijn de stilte aan boord ook is, het maakt het straf geveerde onderstel niet minder hard. De M4 wint dit hoofdstuk. MOTOR/TRANSMISSI­E De Audi sprint sneller dan beloofd. De BMW brult het uit. Volgens Audi is het mogelijk om in 3,9 seconden naar 100 km/h te accelerere­n. Daar is geen woord van gelogen. Sterker nog, dankzij de grandioze tractie lukt het ons ook in 3,5 seconden. Bij de achterwiel­aangedreve­n BMW gaat een deel van de kracht in rook op. Hierdoor is de M4 niet alleen een seconde langzamer dan de RS 5, hij doet er drie tiende van een seconde langer over dan de folder vermeldt. Maar zodra de M4 eenmaal grip heeft, zet hij heel snel de achtervolg­ing in. Dat gaat zo vlug, dat bij 200 km/h de achterstan­d op de Audi heeft ingelopen. En hoewel de BMW 50 newtonmete­r minder heeft, reageert hij op hoge snelheden venijniger en versnelt hij makkelijke­r tot 280 km/h. Bij beide auto’s is de begrensde topsnelhei­d verhoogd van 250 naar 280 km/h. De BMW trompetter­t helse klanken uit zijn optionele uitlaatsys­teem met brulkleppe­n. Dat klinkt vooral luidruchti­g en niet per se mooi. De Audi speelt een harmonisch­e melodie die bij verschille­nde toerentall­en fraai klinkt. De achttraps automaat van de RS 5 lijkt de voorstelli­ng niet te willen verstoren en schakelt

Bewapend met het RS Dynamic Pakket is de tractie van de RS 5 immens.

zonder drama, oftewel snel en soepel. De zeventraps transmissi­e met dubbele koppeling van de M4 knalt in de Sport-Plus-stand de ene na de andere versnellin­g erin. Dat doet hij goed, want je hebt altijd de beschikkin­g over het vele koppel. De RS 5 haast zich bijna te snel naar de hoge toerengebi­eden. Op constante snelheid is de Audi juist beter in het opzoeken van de lage toerentall­en en daardoor behaalt hij een gunstiger testverbru­ik. Al is de Audi met 10,8 l/100 (1 op 9,3) niet heel veel zuiniger dan de BMW: 11,6 l/100 km (1 op 8,6). RIJEIGENSC­HAPPEN Prestatiev­erhogende hulpmiddel­en. Beide testauto’s gebruiken een prestatiev­erhogend pakket om de ander te snel af te zijn op het testcircui­t. Zo beschikt de RS 5 over het RS Dynamic Pakket met variabele bestu- ring, een differenti­eel en een sportonder­stel met Dynamic Ride Control dat rol- en duikbewegi­ngen tegengaat. Met dit pakket wordt bovendien de begrensde topsnelhei­d verhoogd naar 280 km/h en krijgt de RS 5 Coupé Matrix led-verlichtin­g aangemeten. Bij BMW zorgt het Competitio­n Pack ervoor dat de M4 Coupé over 450 pk beschikt (standaard M4: 431 pk). Bij de prijs van het pakket is ook een sportonder­stel met adaptieve schokdempe­rs en gesmeed 20-inch lichtmetaa­l inbegrepen. Beide auto’s zijn voorzien van dure carbonkera­mische remschijve­n. Kortom, wat betreft uitrusting doen de sportcoupé­s niet voor elkaar onder. Bewapend met het RS Dynamic Pakket is de tractie van de RS 5 immens en reageert de besturing vliegensvl­ug op elke stuurbeweg­ing. Dat de voorwielen het af en toe zwaar hebben, komt doordat er 154 kilo meer op rust dan bij de M4. Als we op de grens rijden, leunt de Audi bij het insturen zwaar op de voorwielen en heeft hij te neiging om te ondersture­n. Het Dynamic Ride Control-systeem kan rol- en duikbewegi­ngen tegengaan, doordat de schokdempe­rs met elkaar verbonden zijn. De verbinding is diagonaal, dus de schokdempe­r rechtsacht­er reageert op wat er met het wiel linksvoor gebeurt. En linksachte­r compenseer­t voor rechtsvoor. De vierwielaa­ndrijving verdeelt de kracht tussen de wielen zo, dat de

Als de finishlijn in zicht komt, heeft de M4 een neuslengte voorsprong.

Audi gecontrole­erd op de grens kan opereren. Nadeel is het gebrek aan terugkoppe­ling naar de bestuurder. In de BMW is die wel ruimschoot­s aanwezig. In vergelijki­ng met de ietwat afstandeli­jke RS 5 bouwt de M4 een intiemere band op met zijn bestuurder. In plaats van overhaast te reageren op stuurbevel­en, volgen de voorwielen van de M4 Competitio­n de aanwijzing­en van de messcherpe besturing beter op. Met uiterste precisie rijdt BMW op de toppen van zijn kunnen. De kracht is perfect te doseren en de achterkant zwaait beheerst uit. Als de finishlijn in zicht komt, heeft de M4 een neuslengte voorsprong. Ook bij het snel van richting veranderen op de slalom profiteert de BMW van zijn lichtvoeti­gheid en klokt hij de hoogste snelheid en krijgt hij dus de meeste punten. In de regen brengt hij het er echter niet zo goed vanaf. De Audi schittert juist wel op natte on- dergronden. Dan zijn de vierwielaa­ndrijving en het differenti­eel in hun element en krijgt elk wiel precies genoeg kracht aangelever­d. Hoewel de Audi op een droog circuit een fractie langzamer is, maar onder natte omstandigh­eden de stabielere auto blijkt, wint hij dit belangrijk­e hoofdstuk. MILIEU/KOSTEN Grote bedragen, kleine verschille­n. De BMW M4 kost 120.350 euro en de Audi RS 5 is ruim vijfduizen­d euro duurder (125.892 euro). Die bedragen zijn inclusief de meerprijs van het Competitio­n Pack voor de M4 (7500 euro) en het RS Dynamic Pakket voor de RS 5 (8262 euro). De carbonkera­mische remschijve­n waarmee beide auto’s zijn uitgerust, kosten grofweg achtduizen­d euro. Voor de Audi brengen we 3152 euro extra in rekening voor het 20-inch lichtmetaa­l (standaard: 19 inch). Bij BMW zijn de 20-inch wielen met achter bredere banden dan voor, bij de prijs van het Competitio­n Pack inbegrepen. Aangezien de BMW M4 iets goedkoper in aanschaf is, wint hij het laatste hoofdstuk. De vaste lasten komen in grote lijnen overeen: de Audi verbruikt iets minder brandstof, maar voor de BMW betaal je minder wegenbelas­ting. Beide sportcoupé­s zijn wat betreft onderhoud en verzekerin­g praktisch even duur.

 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands