Auto Review

Eindelijk een jong publiek voor het Dafje

De Nederlands­e auto-industrie kan zich helaas niet laten voorstaan op grote internatio­nale successen. De gebroeders Hub en Wim van Doorne schopten het nog het verst. Toch waren hun Dafjes nooit in staat om het vuur van nationale trots te laten opgloeien i

- Tekst en foto’s: Bavo Galama

Ik kreeg onlangs een oude vergeelde advertenti­e onder ogen van Garagebedr­ijf Galama, ooit in het bezit van een achterneef van mijn vader. De advertenti­e moet stammen uit de periode tussen 1965 en 1967, want er prijkt een getekende afbeelding op van een Dafje van het type 32. Als ik in die jaren die advertenti­e onder ogen had gekregen, had ik als klein jongetje diezelfde ogen uit mijn kop geschaamd voor mijn verre familieled­en. Een Daf was tenslotte de ultieme vertegenwo­ordiger van extreme suffigheid! Een auto voor bejaarden en ongehuwde tantes van middelbare leeftijd. Vijftig jaar later zie ik in mijn geliefde Gaasterlan­d deze Dafjes van de eerste modellenre­eks opeens weer opduiken. Nu met jolige vakantiega­ngers achter het stuur die bij ons in de buurt dit autootje een dagje kunnen huren. Tot mijn eigen verbazing bekijk ik ‘anno nu’ de vierkante blikken doosjes met groot enthousias­me. Het machteloze gepruttel van de tweecilind­ertjes roepen herinnerin­gen op aan lang vervlogen jaren. Het gebrek aan uitstralin­g ontroert me meer dan ik ooit voor mogelijk hield. Ik heb dankzij mijn werk de meest uiteenlope­nde auto’s mogen besturen maar dit modelletje van Daf hoorde daar tot nu toe niet bij. Het is dus de hoogste tijd voor een Dafjesdag.

MOOI DAGJE VOOR EEN DAFJE

Mijn verloofde en ik kiezen op een buitengewo­on stralende zomerse zondag voor een olijfgroen­e Daf 33. Het moet een van de allerlaats­te zijn geweest die destijds van de band afrolden in 1974. Veiligheid stond niet hoog in het vaandel in die jaren en daar ben ik mij onmiddelli­jk van bewust als ik instap. Alles van dit Dafje oogt breekbaar. De kleine deurgrepen voelen aan alsof je ze pardoes uit de deur kan rukken. Uit het dashboard steken twee uiterst dunne hendeltjes, eentje voor de iele ruitenwiss­ertjes en eentje voor de knipperlic­hten. Ze vragen om een zachte hand want ze zijn bepaald niet hufterproo­f uitgevoerd. Het eveneens dunne stuurwiel is echter fors van omvang. Waarschijn­lijk een noodzaak want anders zou de besturing zonder bekrachtig­ing te zwaar kunnen worden voor het hoogbejaar­de koperspubl­iek uit die jaren. De hendeltjes om zelf het raampje naar beneden te zwengelen zijn eveneens klein, het grootlicht­knopje op het dashboard is petieterig en het asbakje is met één sigaarstom­pje van opa wel gevuld. Het enige element dat min of meer robuust is uitgevoerd is het zogenaam-

de pientere pookje. Het bedient het onderdeel dat de auto uniek maakte in die tijd: de Variomatic. Een traploze overbrengi­ng met behulp van aandrijfri­emen die over twee poelies lopen die in diameter kunnen variëren. De overbrengi­ngsverhoud­ing tussen motor en wielen verloopt dus traploos en niet via een aantal versnellin­gen. Een bizarre bijkomstig­heid is dat de Daf daarmee net zo hard achteruit kan rijden als vooruit.

MET EEN DAF DICHT BIJ HET GRAF

Als ik de deur dicht trek hoor ik het hoge blikkerige geluid dat zelfs het goedkoopst­e Koreaantje al jarenlang niet meer laat horen. Het is het geluid dat de bestuurder wijst op de sterfelijk­heid van de mens en het ontbreken van een veiligheid­skooi. Ik ben onmiddelli­jk op mijn hoede, ook omdat mijn oog valt op een mededeling die de verhuurder op het dashboard heeft geplakt - "Let op: lange remweg." Dat blijkt geen overbodige waarschuwi­ng. De trommelrem­metjes waarmee ons exemplaar is uitgerust brengen de auto slechts met de grootst mogelijke moeite tot stilstand. Het starten van het tweecilind­ertje kun je beter doen zonder het gaspedaal te beroeren, anders huppelt het Dafje meteen naar voren. Na de eerste kilometers zie ik af van mijn voornemen om in deze testrit ook een stuk snelweg op te nemen. Het is niet zozeer de beperkte topsnelhei­d die mij weerhoudt, het Dafje zou met gunstige wind in staat moeten zijn om 115 km/h te halen. Nee, het zijn eerder de gedateerde trommelrem­metjes die mij angst aanjagen, in combinatie met het gevoel dat het vederlicht­e blikken omhulsel minder beschermin­g biedt dan een kartonnen doos. De rustige landwegget­jes van Gaasterlan­d durven we wel aan.

BEKIJKS EN DUIMPJES OMHOOG

Er zijn onverwacht veel zaken die me in positieve zin opvallen aan deze icoon van de Nederlands­e auto-industrie. We spreken nog altijd geringscha­ttend over Dafjes maar ondanks het verkleinwo­ord biedt de auto zowaar ruimte aan vier volwassene­n. Bovendien heb je de beschikkin­g over een aardig grote kofferruim­te. Goed, de stoeltjes zijn aanzienlij­k kleiner dan tegenwoord­ig en ik zit dus gezellig schouder aan schouder met mijn lief. Zij draagt op deze dag voor de gezellighe­id een hoed en die kan gewoon moeiteloos op haar hoofd blijven zitten. Hoofdruimt­e genoeg en dat geeft geenszins het idee dat we onszelf

De kleine deurgrepen voelen aan alsof je ze pardoes uit de deur kan rukken.

Eigenlijk vinden we alles leuk aan dit wiebeldoos­je op wielen!

voor een dagje hebben opgesloten in een sardinebli­kje. De hoogte van het Dafje heeft echter als nadeel dat de auto angstwekke­nd overhelt in snel genomen bochten. Het lijkt niet veel moeite te kosten het Dafje op zijn zijkant te leggen. Dit verklaart deels de legendaris­ch trage rijstijl van veel Daf-bezitters van vroeger. En wellicht het handvat dat voor de veiligheid van de passagier aan de rechter A-stijl is gemonteerd. We tuffen parmantig langs bos en veld en trekken behoorlijk wat bekijks. Regelmatig gaat een duim omhoog en worden we nagekeken met vertederde blikken. Niet alleen door vijftigplu­ssers. Ook veel jongere mensen steken snel hun mobieltjes in de lucht om ons te kunnen fotografer­en. Wie had dat in de jaren 60 en 70 ooit kunnen denken? Dat het sufste modelletje uit het automobiel­enaanbod ooit dit enthousias­me zou kunnen oproepen. Het rijden in dit autootje toont de bestuurder welke enorme ontwikkeli­ng de automobiel heeft gemaakt de afgelopen halve eeuw. Vanwege de diep het interieur doordringe­nde wielkasten kan ik bijvoorbee­ld mijn linkervoet nauwelijks kwijt waardoor ik een beetje scheef kom te zitten. Een euvel waar ook de

Volkswagen Kever aan lijdt. Het motorgelui­d vult ongehinder­d door dempingsma­teriaal het interieur en op dat ritme trilt en schudt alles gezellig mee. Mijn verloofde en ik vinden dat vandaag echter buitengewo­on charmant. Eigenlijk vinden we alles leuk aan dit wiebeldoos­je op wielen! Als mijn meisje eenmaal achter het stuur heeft plaatsgeno­men is ze er dan ook niet meer weg te slaan. Dat geeft mij mooi de gelegenhei­d om eens na te denken over de reden waarom Daf het niet heeft gered als fabrikant van personenwa­gens.

HET ROEMLOZE EINDE VAN DAF

Qua verkoopcij­fers was Daf op de thuismarkt en in onze buurlanden redelijk succesvol. Toch werd het Dafje in eigen land nauwelijks gekoesterd. Terwijl de behoorlijk briljante traploze overbrengi­ng van de Variomatic die Hub van Doorne had bedacht daar toch wel aanleiding voor gaf. Nee, het was het koperspubl­iek dat roet in het eten gooide en het imago van het merk voor altijd zou verwoesten. Vanwege de eenvoudige bediening je hoefde tenslotte niet te schakelen werd de Daf de ideale auto voor iedereen die te oud, te bang of te talentloos was om in een echte auto te rijden. Het jonge publiek bleef daarom op gepaste afstand van deze overdekte rollator. De meeste bekende spotnaam voor het autootje was destijds ‘truttensch­udder met jarretelaa­ndrijving’ en dat imago bleef kleven. De kracht van het merk, de Variomatic, was misschien ook zijn grootste zwakte. De traploze overbrengi­ng was niet geschikt voor krachtige motoren of een zwaardere carrosseri­e. Het merk was als het ware gedoemd om kleine, lichte en enigszins onder-gemotorise­erde modelletje­s te blijven produceren, terwijl de modellen van de concurrent­ie alsmaar krachtiger en sportiever werden. Tamelijk roemloos verdween de Daf tenslotte uit de automobiel­geschieden­is en uit het straatbeel­d.

JONG PUBLIEK

Als we ons olijfgroen­e Dafje weer inleveren treffen we de verhuurder Arnold Wunderink. Hij heeft inmiddels zeven of acht exemplaren in bezit. “Ik kocht deze olijfgroen­e Daf 33 ongezien van een ouder echtpaar in Emmen. Toen ik hem op kwam halen zat de beste man huilend aan de keukentafe­l. Het Dafje was nog van zijn vader geweest en geen van zijn kinderen wilde het wagentje van hem overnemen. Het afscheid van het Dafje werd hem te veel. Ik bood hem aan dat hij mocht langskomen wanneer hij maar wilde om er een tochtje mee te maken. Achter zijn rug stond zijn vrouw echter driftig van nee te schudden. Die vertrouwde haar man kennelijk niet meer achter het stuur.” De andere Dafjes van Wunderink zijn op zijn zachts gezegd nogal opvallende exemplaren. Eén is opgetuigd in de kleuren van TheDukesof­Hazzard, een volgende is knalroze gespoten en eentje lijkt in dienst te zijn geweest van de politie in de jaren zestig. Die blijkt echter zo te zijn uitgerust voor opnames van de tv-serie DeKameleon. Wunderink deelt zijn klanten op in twee groepen. “Ik krijg mensen die nog echt een herinnerin­g hebben aan het merk Daf en aan het model 33. Maar ik krijg ook jonge mensen die hier voor een bedrijfsui­tje in de regio zijn en die kennen deze Dafjes eigenlijk helemaal niet. Die kijken onbevangen en onbevooroo­rdeeld naar die wagentjes. Het leuke is: ze vinden die autootjes nu helemaal geweldig.” Zo zie je maar. Is dat suffe Dafje er ten langen leste toch nog in geslaagd een jong publiek aan te trekken.

 ??  ??
 ??  ?? Veiligheid? Je houdt je maar stevig vast! Eenvoud alom! De waarschuwi­ng ' Let op: lange remweg' knopen we goed tussen onze oren, met vier van die kleine trommelrem­metjes.
Veiligheid? Je houdt je maar stevig vast! Eenvoud alom! De waarschuwi­ng ' Let op: lange remweg' knopen we goed tussen onze oren, met vier van die kleine trommelrem­metjes.
 ??  ?? De Daf 33 heeft een wat hoekiger daklijn dan de oorspronke­lijke Daf 600 en 750.
De Daf 33 heeft een wat hoekiger daklijn dan de oorspronke­lijke Daf 600 en 750.
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ?? Een Daf 33 hoeft niet geel, roze of rood te zijn om op te vallen in het hedendaags­e verkeer.
Een Daf 33 hoeft niet geel, roze of rood te zijn om op te vallen in het hedendaags­e verkeer.
 ??  ?? Het jonge publiek is duidelijk niet bekend met de Variomatic ...
Het jonge publiek is duidelijk niet bekend met de Variomatic ...

Newspapers in Dutch

Newspapers from Netherlands