ING krijgt tik op de vingers van OESO om klimaatbeleid
ING blijft te veel geld steken in fossiele energie, klaagden vier organisaties bij de OESO. ING en de ngo's moeten nu om tafel.
ING heeft dinsdag een publieke tik op de vingers gekregen vanwege het klimaatbeleid van de bank. Het Nationaal Contactpunt OESO-richtlijnen, dat toeziet op internationale normen voor maatschappelijk verantwoord ondernemen, verklaart een klacht tegen ING van vier maatschappelijke organisaties ontvankelijk.
Het is wereldwijd de eerste keer dat een klacht over het klimaat door een OESO-contactpunt wordt aangenomen.
ING, met een balanstotaal van 845 miljard euro de grootste bank van Nederland, is tevens de grootste private financier in Nederland van fossiele energie in binnen- en buitenland. In 2015 had de bank zo’n 24,5 miljard aan krediet aan de fossiele sector uitstaan, meer dan acht keer zoveel als aan duurzame energie, volgens Onderzoeksbureau Profundo. Een INGwoordvoerder stelt dat deze cijfers „ongeveer” kloppen, maar zegt dat de financiering voor nieuwe energieprojecten inmiddels voor 58 procent uit duurzame energie bestaat.
Ontwikkelingsorganisatie Oxfam Novib, de milieugroeperingen Greenpeace en Milieudefensie en de Bank- Track – die banken doorlicht – hadden geklaagd bij het contactpunt van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) in Den Haag. ING zou onvoldoende open zijn over leningen aan bedrijven die CO2 uitstoten en zou te weinig doen om klimaatvriendelijker te worden. Dat zou in strijd zijn met de OESO-richtlijnen.
Onder leiding van het contactpunt gaat ING nu in „dialoog” met de vier organisaties om beter te gaan voldoen aan de OESO-normen. Daarna wil het contactpunt een eindoordeel vellen. Het contactpunt heeft vier onafhankelijke leden. Voorzitter is Lodewijk de Waal, oud-FNV-voorzitter en ook oud-commissaris bij ING.
De OESO-normen voor multinationals zijn juridisch niet bindend, maar critici kunnen wel verhaal halen via een contactpunt. Dat het contactpunt de melding in behandeling neemt, is een tegenvaller voor ING. De bank noemt de klacht „onuitvoerbaar, onnodig en ongegrond”, maar wil wel deelnemen aan de gesprekken.
ING moet rapporteren over het klimaateffect van ál zijn activiteiten, menen de klagers. In de OESO-tekst staat dat bedrijven worden „aangemoedigd” om verslag te doen van emissies, ook „indirect” – dat wil zeggen door de bedrijven die de bank financiert. ING zou „graag” ook die indirecte emissies in kaart brengen, zegt een woordvoerder. „De werkelijkheid is helaas weerbarstiger. Er bestaat momenteel geen internationale standaard voor betrouwbare en vergelijkbare data.”
ING is de grootste private financier in Nederland van fossiele energie in binnenen buitenland.