Rampzalige toeslagenaffaire sleept voort
DEN HAAG - De gedupeerde ouders in de toeslagenaffaire moeten ruimhartig gecompenseerd worden, zonder te veel procedurele struikelblokken. Dat zegt de Nationale Ombudsman Reinier van Zutphen.
Die oproep doet Van Zuthpen woensdag tijdens een gesprek met de Tweede Kamer. Onder de nieuwe staatssecretaris Alexandra van Huffelen (Financiën) is een begin gemaakt met het compenseren van gedupeerde ouders. Maar die ouders zijn inmiddels gefrustreerd omdat ze toch weer langer moeten wachten op duidelijkheid, en in sommige gevallen ook zelf weer in actie moeten komen omdat ze niet automatisch in aanmerking komen voor een schadevergoeding.
Dat zint ook ombudsman Van Zutphen niet: “Ik snap dat er ‘stroomschema’s’ zijn en dat mensen soms beroep moeten doen. Maar laat het liever niet zo ver komen. Compenseer ruimhartig. Goede bedoelingen alleen zijn niet voldoende.”
En ook geld alleen is niet voldoende, stipt Van Zutphen aan. “Het gaat verder dan alleen compenseren, het gaat ook om mensen aan de hand nemen en zorgen dat ze uit de ellende komen.” De ombudsman roept de Belastingdienst op om niet moeilijk te doen over het geven van dossiers aan gedupeerde ouders en hen ondersteuning te geven. “Ik denk dat ik dat nog een tijdje moet blijven doen”, zegt Van Zutphen over die oproep.
De ombudsman sprak – samen met twee gedupeerde ouders en Eva González Pérez, advocaat van veel ouders in deze affaire – woensdagmiddag met Kamerleden. Bij de gedupeerde ouders bleek het vertrouwen in de Belastingdienst en overheid helemaal verdwenen. “Ik weet niet hoe lang ik nog moet strijden”, verzuchtte Dulce Goncalves. “Ik heb er eigenlijk geen energie meer voor, ik heb er geen vertrouwen meer in.”
De getroffen ouder Tamara de Haas zou graag zien dat het proces van compenseren omgekeerd moet worden en ouders niet langer zelf hoeven te bewijzen dat ze verkeerd zijn behandeld door de Belastingdienst. “Het zou niet meer aan ons moeten zijn, laat het maar andersom gaan. Laat de Belastingdienst maar bewijzen dat we het verkeerd hebben gedaan.”
(De Telegraaf)