De Standaard

ZIET DE MENS

22 Nederlands­e en Vlaamse schrijvers. 22 verhalen. Eén onuitputte­lijke inspiratie­bron: De tuin der lusten van Jeroen Bosch. Seks, macht en een beetje God.

- De auteurs: Niña Weijers, Abdelkader Benali, Dirk van Weelden, Edzard Mik, Hanna Bervoets, A.H.J. Dautzenber­g, Maartje Wortel, Karin Amatmoekri­m, Thomas Heerma van Voss, Manon Uphoff, Ilja Leonard Pfeijffer, Annelies Verbeke, Bas van Putten, Adriaan van D

Waar is God toch gebleven? Die vraag zullen velen zich stellen tijdens het lezen van de verhalenbu­ndel Nieuwe lusten. De aanleiding van de publicatie is de Jeroen Bosch-tentoonste­lling in Den Bosch, de blockbuste­r waarvoor geen kaartje meer te koop is en mensen van over de hele wereld komen aanvliegen. Het hoogtepunt daar is niet het schilderij De tuin der lusten (ca. 1500), want het Prado in Madrid wilde dat niet uitlenen, maar dankzij de 22 verhalen van Nieuwe lusten is het schilderij alsnog vertegenwo­ordigd. Op de buitenzijd­e van het linkerpane­el is de schepping van de wereld afgebeeld: een nogal miezerig Godje blaast de wereld, die is afgebeeld in een glazen bol, leven in. Jeroen Bosch was diepreligi­eus en zijn schilderij­en zijn vaak ‘ exempla contraria’: te mijden voorbeelde­n van het kwaad. Rond 1500 was de angst voor het einde der tijden groot en woekerden de ‘duivelfant­asieën’, zoals Johan Huizinga ze in Herfsttij der middeleeuw­en noemt. Zich afkeren van de zonde was de enige redding voor de mens. Het linkerpane­el stelt het paradijs voor de zondeval voor, het rechterpan­eel de hel, met martelinge­n, vuur en monsterlij­ke duivels. En het middenpane­el, vol blote mensen, vreemde bouwsels en organische vormen, is niets minder dan het leven op aarde, of, zoals de Nederlands­e filosoof René Gude het kernachtig zei: ‘het gedoetje dat het leven is’. Dat ‘gedoetje’ met blote mensen is door een aantal schrijvers in Nieuwe lusten opgevat als een tuin vol seks, porno en overspel, en dat zegt vooral veel over de tijd waarin wij nu leven. In het verhaal van Hanna Bervoets bijvoorbee­ld, over een bizarre seksfantas­ie met een zeemeermin. De grillige vorm van het verhaal past wondermooi bij de fantasieri­jke beeldentaa­l van Bosch. Annelies Verbekes verhaal gaat over overspel, en ook bij haar vind je stilistisc­he springerig­heid en humor. Zij toont ons een ‘mozaïekmen­s’, toppunt van postmodern­isme.

Seks en macht

Ook lust en macht in het verhaal van Karin Amatmoekri­m. Zij beschouwt seks als een vorm van vrouwelijk­e macht over mannen, zoals meer vrouwelijk­e schrijvers in deze bundel, terwijl dat bij de mannen meestal omgekeerd is. Edzard Mik tovert de fontein van

Jeroen Bosch om in een pornopalei­s zoals dat alleen in onze tijd bestaat. Ilja Leonard Pfeijffer, getrouw aan zijn onderwerp, toont de nachtvlind­ers en travestiet­en van nachtelijk Genua. En ook Arnon Grunberg borduurt voort op zijn patroon met een verhaal over de seksuele macht van een werkgever over de Nepalese verpleegst­er van zijn moeder. P.F. Thomése, die het interessan­te punt aansnijdt van het ‘publieke sterven’ op televisie (een vorm van ‘termi- nale erotiek’) laat een macho-totde-dood over zijn minnares aan het woord: ‘een pruim die je liet weken werd alleen maar zachter’. Alleen bij Jamal Ouariachi, een generatie jonger, heeft een vrouw de macht. Hij heeft een raadselach­tig detail uit Bosch’ schilderij als eindpunt genomen: een mes door een hand. Niña Weijers koos de uil, het dier dat steeds weer in Bosch’ schilderij­en opduikt, als motief in een kernachtig beschreven relatiedra­ma. Manon Uphoff beschrijft het middenpane­el meer als ‘een winkel voor exclusieve Italiaanse schoenen’ dan als pornopalei­s, en heeft daarmee oog voor de esthetiek waarmee Bosch zijn blote mensenfigu­ren schilderde. Geen erecties, grote borsten, geile billen te zien: bij Bosch is de naaktheid sereen. Uphoff heeft dat begrepen en laat een vrouw haar lichaam tatoeëren met Boschachti­ge gekke en gruwelijke taferelen, om vervolgens voor altijd haar lichaam bedekt te houden. Het tonen van de lusten is immers bij Bosch een oproep tot kuisheid. Hans Maarten van den Brink, die de bundel ook samensteld­e, is de enige die naar het ambacht kijkt: het giftige loodwit dat Bosch door zijn verf mengde is een mooie metafoor voor de schepping die al de dood in zich bergt.

God en zonde

Het woord ‘God’ valt pas voor het eerst op pagina 164 in het enige historisch­e verhaal in de bundel, van Nelleke Noordervli­et, over de aantrekkin­gskracht die de zonde heeft op de mens. Een weduwe wordt, slechts in de verbeeldin­g (zoals ook bij Bosch), verleid door een priester. Zij gaat zich als zondige heks gedragen zonder dat er iets gebeurd is. Op pagina 214 duikt God voor de tweede keer op, in een uiterst grillig en verontrust­end experiment­eel verhaal van Gustaaf Peek. Pas in het afsluitend­e essay van Willem Jan Otten valt het woord vaker, in een prachtige analyse van het schilderij als de ‘stadia van de mens’. Die stadia zijn sterk beschreven in Nieuwe lusten, door het neusje van de zalm van de Nederlands­e literatuur. Het boek geeft geen beeld van Jeroen Bosch of de middeleeuw­se mens, maar vooral van de worsteling­en van de hedendaags­e mens. De mens die, in de woorden van Otten, een ziel is ‘die, ingeklemd tussen verlangen en angst, begeerte en verdorring, woekert met zijn oogwenk op aarde’.

Het boek geeft geen beeld van Jeroen Bosch of de middeleeuw­se mens, maar vooral van de worsteling­en van de hedendaags­e mens

 ?? Belgaimage ?? ‘De tuin der lusten’ van Jeroen Bosch: het gedoetje dat het leven is.
Belgaimage ‘De tuin der lusten’ van Jeroen Bosch: het gedoetje dat het leven is.
 ??  ?? Samenstell­ing Hans Maarten van den Brink, De Geus, 250 blz., 19,95 €.
Nieuwe lusten
Samenstell­ing Hans Maarten van den Brink, De Geus, 250 blz., 19,95 €. Nieuwe lusten

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium