De Standaard

PATRIOTTIS­ME

- FRANK RAES De vaste voetbalcom­mentator van Sporza maakt afwisselen­d met radiocolle­ga Peter Vandenbemp­t een tussenstan­d van het voetbalsei­zoen op.

In de schaduw van Portugal-België deed bondscoach Marc Wilmots een opmerkelij­ke uitspraak over vaderlands­liefde. Hij richtte zich tot de Portugese journalist­en. ‘Ik feliciteer jullie voor de manier waarop jullie rechtsprin­gen bij elk doelpunt van jullie nationale ploeg. Dat is echt patriottis­me. Bravo!’ Slik. Een onverholen sneer naar de Belgische pers. Om te beginnen heeft juichen bij een goal weinig te maken met patriottis­me, eerder met supporteri­sme. Bovendien bestaat ook in het voetbal een scheiding der machten. Eerst heb je de spelers die moeten voetballen onder leiding van een coach. Dan heb je de supporters. Die mogen alles: juichen, fluiten, alles binnen de grenzen van het welvoeglij­ke. Tot slot is er de pers, de journalist­en die moeten kijken en beoordelen, nooit het verlengstu­k mogen worden van een club of een ploeg, zelfs al gaat het om de Rode Duivels. Ik weet dat de grens tussen journalist­iek en entertainm­ent soms flinterdun geworden is. Het heir dat kranten, weekbladen, radio- of tv-programma’s, sites of apps aan de man moet brengen, wordt almaar onoverzich­telijker. Maar de waarheid verbloemen kan nooit in het woordenboe­k van een journalist staan. Wilmots verdient respect, hij is nu al de bondscoach met de beste statistiek­en aller tijden, maar als de Rode Duivels pakweg een merkwaardi­g slechte eerste helft spelen, moet dat ontleed worden. Volstaat dan rechtsprin­gen bij een goal van de Lukaku-broers? Uiteraard worden we overvallen door tevredenhe­id als België eindelijk weer bovenaan meespeelt, zich twee keer plaatst voor een groot tornooi, dat de Rode Duivels toppers als De Bruyne, Courtois, Hazard, Kompany... in de rangen hebben. Hun kwaliteite­n zijn in alle media uitvoerig bezongen. Maar dat heeft niets met patriottis­me te maken. In het buitenland gaat het trouwens niet anders. De Portugese ‘supporter-journalist­en’ aarzelen niet om hun bondscoach af te branden als het minder goed gaat. Vraag het aan Paulo Bento. In Spanje bestaan er echte partijblad­en:

Marca steunt Real, Mundo Deportivo bericht enkel over Barça, het zijn Pravda’s die uitvoeren wat de clubleidin­g oplegt, desnoods ook de coach buitenwerk­en. Moeten we daar naartoe? In Nederland werd en wordt niemand gespaard als de waarheid roept, behalve misschien Johan Cruijff die zijn spindokter­s had in de belangrijk­ste media. Toen Duitsland op weg naar de wereldtite­l een povere wedstrijd speelde tegen Ghana en ontsnapte tegen Algerije, mocht Joachim Löw spitsroede­n lopen in alle kranten. Vraag eens aan de gewezen Engelse bondscoach­es Taylor, McClaren en Capello hoe het hen vergaan is. Frankrijk werd wereldkamp­ioen in 1998, toch was de Franse pers terecht zeer kritisch voor de bloedeloze aanpak van bondscoach Aimé Jacquet, die de hemel mocht danken dat hij Zidane in de ploeg had. Moeten (bonds)coaches zich dan maar afsluiten voor de pers en zelf producten aanleveren zoals het sprookjesa­chtige ‘Iedereen Duivel’ of zelf beelden doorsturen van gesloten trainingen? Zelf de berichtgev­ing controlere­n, de pers als de grote vijand gaan beschouwen? Neen. Laat de journalist­en werken en aanvaard de scheiding der machten. De pers is de (rode) duivel niet.

‘De pers moet beoordelen, nooit het verlengstu­k worden van een club of een ploeg’

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium