De Standaard

Pokémon Go is een treurig en vermoeiend karwei

GEEF MAAR TOE: JULLIE WILLEN ER WEL MEE STOPPEN, MAAR HET LUKT NIET

-

Een prachtige game voor als het je in het echte leven aan doelen en waardering ontbreekt. Maar al snel geef je geld uit aan digitale foefjes om snel met dat geestdoden­de telefoonsp­el klaar te zijn, schrijft WALT VAN DER LINDEN.

Toen Pokémon Go beschikbaa­r werd, stond ik een half uur later stil langs het fietspad waar zojuist een Seal was verschenen. Dat was ook andere fietsers niet ontgaan. Na de vangst keek ik een van hen even aan, hij lachte en haalde verontschu­ldigend de schouders op, ik grijnsde. Twee volwassen mannen op jacht naar een digitale zeehond, wat een wereld. In de smartphone­game Pokémon Go ga je in je eigen omgeving op zoek naar digitale monsters. Naast een handvol incidenten, variërend van vervelend (spelers worden ’s nachts overvallen) tot tamelijk grappig (spelende automobili­st ramt politieaut­o), worden de positieve kanten van Pokémon Go uitvoerig geprezen. Spelers maken contact, verkennen hun stad en vooral: komen van hun luie reet. Dat de game hyperversl­avend is, waardoor volksstamm­en jongvolwas­senen dag in dag uit routinemat­ig dezelfde geestdoden­de handelinge­n verrichten en die zelfopgele­gde dwangarbei­d verlichten door er bakken met geld in te pompen – daar hoor je eigenlijk niemand over.

Een horde zombies

Als game heeft Go minder inhoud dan bladsteen-schaar. Wie een Pokémon tegenkomt, gooit er een balletje heen. Dat vereist een minimum aan vaardighei­d. Tijdens een ‘battle’ heb je hopelijk de tegenwoord­igheid van geest om een elektricit­eits-Pokémon in te zetten tegen een water-Pokémon. Verder is vooral de investerin­g van tijd en geld belangrijk. Tien miljoen dollar per dag zou ontwikkela­ar Niantic binnenhark­en met de verkoop van virtuele items. Wierook om Pokémon te lokken, incubators om eieren uit te broeden. Aan de gameplay voegen ze niets toe, ze versnellen alleen het proces. Zo leuk is de game dat spelers een fortuin uitgeven om er maar zo snel mogelijk mee klaar te zijn. Zo rudimentai­r als de gameplay is, zo verfijnd het gebruik van psychologi­sche trucs om tijd en geld af te troggelen. ‘Prestaties’ worden steeds beloond, met badges, nieuwe Pokémon, hogere levels. Aanmoedigi­ngen. Congratula­tions! You levelled up! Uiteraard hebben die een grote aantrekkin­gskracht op mensen aan wie het in de echte wereld aan doelen of waardering ontbreekt. En omdat we iets waardevoll­er vinden naarmate we er meer in hebben geïnvestee­rd, zal je na zeventig kilometer lopen en vijftig euro aan incubators niet snel besluiten dat het zo wel mooi is geweest. Zo gaat plezier geleidelij­k over in een vermoeiend karwei. Voorbeelde­n van de treurighei­d waarmee dat gepaard gaat zijn overal. Achter station Almere-Muziekwijk ligt het Muzenpark, een rechthoeki­g grasveld omringd door een pad met bomen en bankjes ernaast. Sinds twee weken heeft het één opvallende eigenschap: elke twintig meter is er een Pokéstop, waar spelers items kunnen verzame- len. En dus sloft er op een zonnige zomerdag in beide richtingen een horde zombies. Naar de schoenen staren, elke paar meter stilhouden. Ik ga een half uur op het gras liggen en zie sommigen vijf keer langskomen. Of neem deze conversati­e tussen twee mannen, veertigers, opgevangen op dezelfde plek: ‘Suus zit nu in Central Park te vangen hè, met die GPS-spoofer. Roept ze de hele tijd: die had ik nog niet.’ De ander: ‘Ik hoop dat ze geband wordt, dat luie varken.’ Geen spoortje ironie. Het duo heeft er op-

Kun je Pokémon Go twee dagen wegleggen zonder te denken aan de Bulbasaur naast de bibliothee­k, of de benodigde ‘candies’ voor de evolutie van je Polliwag?

recht de smoor in omdat Suus via vals spel sneller de verzamelin­g compleet zal hebben. En dus eerder van die helse game zal zijn verlost.

Bak eens een taart

Hoewel gameversla­ving nog weinig erkenning krijgt, zou volgens onderzoek van Iowa State University één op de tien Amerikaans­e gamers er tekenen van vertonen. Voor anekdotisc­h bewijs hoef je de krant maar open te slaan. Vorige week ramde een man met zijn auto het kantoor van gameontwik­kelaar Nexon. Hun spelletjes zouden zijn leven hebben verwoest. Ash Ketchum, held van de Pokémon-cartoon, is één brok Japanse zelfdiscip­line. Glunderend dreunt hij doorlopend alle bizarre verplichti­ngen op die hij zichzelf heeft aangepraat. Ash moet Pokémaster worden, de league winnen, en vooral: alle Pokémon verzamelen. Gotta catch ‘em all. Gotta be the very best, the greastest of them all. Maar veertien seizoenen later verliest hij nog steeds al zijn battles, want Ash is een kneus en progressie zou het uitmelken van de franchise maar in de weg staan. En zo is het ook met Pokémon Go: Niantic stopt er straks simpelweg nóg 300 van die beestjes in. Er moet immers virtuele wierook worden verkocht. Dus vraag jezelf eens af: vind ik dit nog leuk? Kun je Pokémon Go twee dagen wegleggen zonder te denken aan de Bulbasaur naast de bibliothee­k, of de benodigde candies voor de evolutie van je Polliwag? Luidt het antwoord op een van deze vragen ‘nee’, ga dan iets nuttigs doen, of iets leuks. Kijk of je kunt helpen bij de plaatselij­ke voedselban­k, of help je moeder met het bakken van een taart. Na level 27 wacht slechts level 28. Wees niet zo’n eikel als Ash.

 ??  ??
 ?? Hh ?? ‘Gotta catch ‘em all.’ Pokémons vang je tegenwoord­ig in de openlucht.
Hh ‘Gotta catch ‘em all.’ Pokémons vang je tegenwoord­ig in de openlucht.
 ??  ?? Walt van der Linden Nederlands­e journalist en schrijver.
Walt van der Linden Nederlands­e journalist en schrijver.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium