Een genereus migratiebeleid werkt racisme tegen
Een positieve houding tegenover migranten creëert geen ‘white backlash’, maar het kan racisme wel flink terugdringen, zo blijkt uit onderzoek van BART MEULEMAN en MARIE-SOPHIE CALLENS.
Het samenspel tussen beleid en publieke opinie dreigt in een vicieuze cirkel te verzanden
Een ‘desastreus’ migratiebeleid verklaart waarom racistische opvattingen welig tieren in Vlaanderen, zo stelt Theo Francken (DS 4 augsutus). Met ‘desastreus’ bedoelt Francken vooral een genereus beleid: een beleid dat te veel migranten België laat binnenkomen, en deze nieuwkomers te makkelijk toegang geeft tot stemrecht en de Belgische nationaliteit (hij heeft het dus niet enkel over het migratiebeleid, maar ook over het integratiebeleid). Op het eerste zicht strookt deze redenering met onze intuïtie. Wanneer beleid gul sociale en politieke rechten toekent aan nieuwkomers, lijkt het logisch dat de meerderheidsgroep zich bedreigd voelt en negatieve attitudes ontwikkelt. Meer mensen die met elkaar concurreren om schaarse goederen (zoals politieke macht en jobs), dat kan er alleen maar voor zorgen dat er negatieve opvattingen ontstaan over nieuwkomers, toch? Systematisch wetenschappelijk onderzoek toont nochtans exact het tegendeel aan. In een studie die binnenkort gepubliceerd wordt in het vakblad International Journal of Comparative Sociology vergeleken we het integratiebeleid en antimigratie-attitudes in 27 Europese landen. Uit deze vergelijking blijkt dat burgers in landen met een genereus integratiebeleid er beduidend positievere houdingen tegenover immigranten op na houden. Staten die nieuwkomers vlot toegang verlenen tot sociale rechten, de arbeidsmarkt, nationaliteit en stemrecht (zoals bijvoorbeeld Zweden, Portugal en Finland) kennen een positief opinieklimaat ten aanzien van migranten. In landen die een restrictiever integratiebeleid voeren (zoals onder meer Hongarije, Oostenrijk en Malta) zijn intolerante attitudes beduidend wijder verspreid onder de bevolking.
Electorale afstraffing
Hoe valt deze samenhang tussen genereus integratiebeleid en positieve houdingen ten aanzien van migranten te verklaren? Het is te simplistisch te stellen dat een genereus integratiebeleid tolerante opvattingen bij de bevolking eenvoudigweg veroorzaakt. Samenhang is natuurlijk geen bewijs voor oorzakelijkheid. Het is daarentegen zinvoller te spreken over een cirkelvormige relatie, waarbij integratiebeleid en publieke opinie elkaar wederzijds beïnvloeden. Enerzijds oefent de publieke opinie invloed uit op de manoeuvreerruimte waarover beleidsmakers beschikken. Een intolerant electoraat zet bevoegde beleidsmakers onder druk om een streng en restrictief beleid te voeren naar nieuwkomers toe, zo niet loert de electorale afstraffing om de hoek. Maar anderzijds geeft het gevoerde beleid ook vorm aan de publieke opinie. Een restrictief integratiebeleid geeft het signaal dat migranten slechts tweederangsburgers zijn. Wanneer (een deel van)
het grote publiek deze signalen oppikt, kan dit tot intolerante houdingen en zelfs racistische opvattingen leiden. Een genereus beleid van gelijke rechten geeft daarentegen een normatieve boodschap mee dat migranten als volwaardige burgers beschouwd moeten worden. Dergelijke ‘policy feedback’-effecten worden maar al te vaak uit het oog verloren in het maatschappelijke debat.
De negatieve spiraal ombuigen
Vandaag dreigt het samenspel tussen beleid en publieke opinie overduidelijk in een vicieuze cirkel te verzanden. Opgejaagd door de publieke opinie luiden beleidsmakers de trom van strenge en restrictieve maatregelen. Hiermee geven ze – al dan niet bewust – aan de bevolking het signaal dat nieuwkomers niet welkom zijn, wat dan weer intolerante houdingen in de hand werkt. Meer dan ooit is het nodig om deze negatieve spiraal om te buigen naar een zogenaamde virtuoze cirkel. Een genereus en inclusief integratiebeleid, dat duidelijk te kennen geeft dat nieuwkomers integraal deel uitmaken van onze samenleving, kan een belangrijke bijdrage leveren aan het terugdringen van antimigratie-attitudes en racistische opvattin- gen. En een meer tolerant opinieklimaat vergroot op zijn beurt dan weer het speelveld van beleidsmakers om een beleid van gelijke rechten te voeren. Kortom, het integratiebeleid en de publieke opinie bewegen synchroon. Er is helemaal geen bewijs dat een open migratie- en integratiebeleid een zogenaamde ‘white backlash’ creëert en racisme in de hand werkt. Genereus beleid is geen desastreus beleid. Integendeel, een inclusief integratiebeleid kan een belangrijke hefboom zijn om te werken aan een samenleving waarin racistische opvattingen onaanvaardbaar zijn. Vandaar dat men in de strijd tegen racisme beter kan inzetten op een beleid en communicatie dat nieuwkomers gelijkwaardige burgers zijn zoals u en ik.