Francken dweilt met kraan open
TE WEINIG GESLOTEN CENTRA Op Vlaams Belang na durft geen enkele partij staatssecretaris van Asiel Theo Francken (N-VA) te bekritiseren. De aanpak van illegalen blijft immers een uiterst moeilijke klus.
BRUSSEL | Op papier lijkt het gemakkelijk. Wie geen recht heeft op een verblijfsvergunning, moet het land verlaten. De praktijk is een flink stuk weerbarstiger.
1. MOETEN WEG
In 2015 leverde de Dienst Vreemdelingenzaken meer dan 43.000 bevelen om het grondgebied te verlaten (BGV) af. Voor zowat 24.000 personen was dat het eerste BGV, de rest kreeg een tweede of eventueel een derde BGV. Algerije prijkt met 3.100 stuks op een tweede plaats. In elke communicatie geeft de staatssecretaris toe dat zijn diensten eigenlijk geen idee hebben van het aantal dat België daadwerkelijk verlaat. ‘Heel wat personen verlaten het land zonder dat dit wordt geregistreerd. Personen moeten uit eigen beweging gevolg geven aan het bevel om het grondgebied te verlaten.’ De overheid weet niet hoeveel illegalen er op haar grondgebied verblijven.
2. GAAN WEG
In totaal vertrokken vorig jaar haast 4.200 illegalen vrijwillig naar hun thuisland, iets meer illegalen werden gerepatrieerd. Algerije prijkt in dat lijstje op de tiende plaats, met 100 repatriëringen. Samengeteld verlieten in 2015 8.432 illegalen officieel het land.
3. GESLOTEN CENTRA
Een jaar geleden pleitte Freddy Roosement, de directeur-generaal van de Dienst Vreemdelingen, voor de ‘verdubbeling van de capaciteit’. De gesloten centra herbergen illegalen met het oog op een vertrek. Op dat moment bedroeg de capaciteit 450 plaatsen. In een antwoord op een parlementaire vraag van Denis Ducarme (MR) zei Francken enkele maanden geleden dat elke uitgeprocedeerde die niet vrijwillig terugkeert naar zijn thuisland ‘logischerwijs’ in een gesloten centrum thuishoort, in afwachting van een repatriëring. De regering besliste om de capaciteit tegen eind volgend jaar met 35 procent te verhogen, tot 699 plaatsen. Francken gaf onrechtstreeks aan dat deze verhoging onvoldoende was. In 2014 verbleven 5.600 illegalen in een gesloten centrum. Daarnaast zag hij een potentieel van 8.900 bijkomende illegalen. Het gaat om illegalen die worden ‘geïntercepteerd’ (tegengehouden) maar nadien vrijgelaten (5.400) en ex-gedetineerden die na het einde van de straf niet gedwongen worden verwijderd (3.500). Volgens hem moeten de gesloten centra aan zowat 15.000 illegalen onderdak kunnen bieden. De verhoogde capaciteit is goed voor twee derde van het aanbod. Daarom geeft hij ook de voorkeur aan illegalen die het gemakkelijkst kunnen worden gerepatrieerd. Zo komt er plek voor een volgende.
4. AFSPRAKEN
Francken was apetrots dat België eind april een akkoord met Marokko tekende voor, onder meer, de terugkeer van illegalen. Daar stond een diplomatieke prijs tegenover (de hulp aan Marokko om het vrijhandelsakkoord met de EU te herstellen). Maar de deal rendeert. Ook gedetineerden gaan sneller terug. Met Algerije blijft zo’n bilateraal akkoord vooralsnog een verre droom.