Croenen weer in bad met Phelps
De voorbije nacht heeft Louis Croenen de finale van de 200 meter vlinderslag afgewerkt. Dat alleen al is heel knap.
RIO DE JANEIRO | Na zijn zevende plaats vorig jaar op het WK in het Russische Kazan droomde Louis Croenen er stiekem weleens van: een olympische medaille. Na een mislukt EK in Londen dit jaar wegens ziekte wist hij dat een finaleplaats allicht het meest realistische doel was in Rio. En na de reeksen van de 200 meter vlinderslag zag het er zelfs naar uit dat hij ook die niet zou halen, met maar de veertiende tijd op zestien deelnemers. Maar in de nacht van maandag op dinsdag zwom hij een tactisch sterke race en forceerde toch knap een plaatsje bij de laatste acht. Daarmee is hij de eerste Belg in een individuele olympische zwemfinale na Fredje Deburghgraeve twintig jaar geleden in Atlanta. Croenen was naar (slechte) gewoonte matig vertrokken in zijn halve finale en zwom lange tijd in zevende en zelfs achtste positie. Maar in de laatste 50 meter haalde hij verschroeiend uit. Hij kon in de slotmeters nog versnellen en werd vierde in 1.56.03, nipt voor de Australiër Grant en de Chinees Quah. ‘Ik had met de coach afgesproken om de race progressief op te bouwen en dat is perfect gelukt. Al blijft de tijd matig. Maar iedereen was trager dan normaal. Dat heeft allicht met het late uur te maken waarop hier moet worden gezwommen.’ En zo dook Croenen afgelopen nacht weer het bad in met zijn held Michael Phelps, en mocht hij de titanenstrijd tussen de Amerikaan, de Zuid-Afrikaan Chad Le Clos – die Phelps vier jaar geleden klopte in Londen – en de Hongaren Cseh en Kenderesi vanop de eerste rij volgen. ‘Ik had vorig jaar de finale van het WK gehaald, dus moest ik hier met dezelfde ambitie staan’, zei de 22-jarige Kempenaar. ‘In de finale hoop ik nu toch mijn Belgisch record (1.55.39) te verbeteren.’ En die medaille, dat is dan voor Tokio 2020, als Phelps en Cseh met zwempensioen zijn.
Timmers en Surgeloose
Mogelijk heeft Pieter Timmers afgelopen nacht België een tweede finaleplaats geschonken. Hij zwom de negende tijd in de series van de 100 meter vrije slag (48.46). ‘Het was een goeie race. Ik ben niet te snel vertrokken, zodat ik op het einde nog wat overschot had. Om de finale te halen, zal het nog twee tienden sneller moeten.’ Glenn Surgeloose (48.65) kon zich op datzelfde nummer niet plaatsen. Evenmin als Basten Caerts op de 200 meter schoolslag (32ste in 2.13.44). Dat had de 19-jarige Limburger ook niet verwacht. ‘Het was een goede ervaring. In Tokio over vier jaar kan ik hoger mikken.’
‘Iedereen was trager dan normaal. Dat heeft allicht met het late uur te maken’ LOUIS CROENEN Finalist 200 meter vlinderslag