Pietjeprecies
Altijd en overal controle. Zo zit Pieter Timmers in mekaar. Niet alleen in het zwembad, ook daarbuiten. Portret van de vice-olympisch kampioen.
| 2013, een flat tweehoog in een van de Antwerpse leien, op een steenworp van het Wezenbergbad. Pieter Timmers en Glenn Surgeloose hebben net gedaan met het middageten wanneer Dieter Dekoninck, die een blok verderop woont, binnenvalt voor een groepsfoto van de estafetteboys. De insteek van het gesprek: de Belgische estafettezwemmers zijn niet alleen collega’s in het bad, ook kotgenoten erbuiten. En dus wil de fotograaf hen aan de keukentafel portretteren. Dat is buiten Timmers gerekend, die de fotograaf vraagt om te wachten. Hij haalt een pot met snoep van de tafel, zoekt in de koelkast enkele appels en legt die op de tafel. ‘Zo, dat is beter. Als Ronald (Gaastra, de coach, red.) dat zou zien, hij zou niet zo gelukkig zijn.’ Timmers, de huisvader van de rest. ‘We moeten niet naar mama bellen om op tijd eten op tafel te krijgen. Maar ik zorg er wel voor dat de boel proper blijft, daar moet ik geregeld op hameren. Ik geef toe dat ik de beste organisator ben.’ Wachtebeke, een Belgische kampioenschap klein bad, enkele jaren geleden. Op de parking prijkt een witte vrachtwagen: de slaapmobiel van Pieter Timmers, ongezien in de zwemwereld. Zijn routine om in de dag een dutje te doen als recuperatie tussen zijn ochtendtraining en avondtraining zal niet wor- den verstoord, BK zwemmen of niet. Timmers, de man die alles onder controle heeft.
Vis niet gaar
Maar als het niet gaat hoe hij wil, o wee. In het tv-programma Over eten heeft Timmers honger na een training – dat forse lichaam heeft tot 10.000 kilocalorieën per dag nodig, de gemiddelde man 2.500 kilocalorieën. Het eten komt op tafel, gestoomde vis met groenten in zilverpapier gewikkeld. Timmers prikt in zijn vis. ‘Die vis is helemaal niet gaar.’ Elle, zijn partner: ‘Die van mij wel.’ Timmers blijft doorzeuren: ‘Je vlees drie keer bakken, dat is toch ook niet leuk? En hij trekt balend naar de microgolf. Elle: ‘Pieter Timmers, dat is een gerief in huis. Maar straks is dat over.’ Typisch Timmers, elk detail moet kloppen, en niet alleen de perfecte zwemtechniek. Het is het soms moeilijk om zijn aandacht erbij te houden, maar hij heeft daarop een trucje gevonden om het monotone baantjes trekken te doorstaan. ‘Tijdens het zwemmen vergelijk ik soms zwembadtegels. Ik begin bij twee: als ik die nu in een andere richting draai, zouden die even groot zijn? En kan ik met die twee een vierkant maken? En dan probeer ik het met vier, en zo verder. Dat is een autistisch trekje van mij, ja.’
‘Tijdens het monotone baantjes trekken tel ik de zwembadtegels. Dat is een autistisch trekje van mij, ja’