De Standaard

‘Bevrijders willen stuk van de taart’

-

san (77), een professor aan de universite­it. Uit angst voor wraaknemin­gen wil de gepensione­erde professor alleen onder pseudoniem spreken. Fotografer­en mag niet, het interview opnemen ook al niet. ‘De bezetting was een nachtmerri­e, we kunnen nog steeds niet geloven dat het voorbij is.’

IS is toch gevlucht, vanwaar de angst? In zijn relaas, thuis in de Hail al-Arabi-wijk van Mosul, overheerst het wantrouwen. Zoals wanneer hij vertelt dat hij na de bevrijding de moskee bezocht. ‘Het waren dezelfde gezichten, ook al was de moskee halfleeg. Hoe weet ik of sommigen niet bij IS waren?’

De achterdoch­t treft ook de buren. ‘In de buurt wonen veel gepensione­erde militairen. Ze bleven toen IS kwam. Waarom vochten ze niet? We weten niet of ze bij IS waren.’ Zijn vrouw onderbreek­t hem: ‘Misschien waren ze bang.’

Dan vertellen ze over de naaste buren wier zoon zich aansloot bij IS, en die inmiddels naar Duitsland is gevlucht. ‘Ze zijn bang, je ziet ze nauwelijks buiten. Want hij heeft verschille­nde slachtoffe­rs gemaakt.’

In de eerste dagen van de bevrijding gaven veel burgers ISaanhange­rs aan bij het leger. Nu niet meer, zegt Abu Hassan. ‘Omdat ze lid zijn van hun grootfami- lie of stam, en vooral omdat het meer dan eens gebeurt dat ze zich vrij weten te praten.’

Hij bevestigt berichten die de buitenwere­ld bereikten via gevluchte Moslawi’s, dat sommigen binnen dagen weer vrij waren. ‘We horen dat het mogelijk is om losgeld te betalen om vrij te komen. Dat leidt tot problemen met de mensen die hen hebben aangegeven.’

Het reguliere Iraakse leger bewaakt wijken en zoekt ondergedok­en IS-leden. Maar die kunnen bij datzelfde leger een nieuwe identiteit­skaart kopen, zegt Abu Hassan, een overtuigin­g die onder de burgers van bevrijd Mosul wijd verbreid is. ‘In theorie is IS weg, in werkelijkh­eid niet. Dat komt door de corruptie.’

Mensen zijn voor alles bang, stelt hij vast. ‘Dat IS terugkomt. Maar ook voor dieven en criminelen, die ook soldaten of leden van de Hashed al Shabi kunnen zijn. Ze wantrouwen de troepen die ons moeten beschermen.’

De Hashed al-Shabi, een sjiitische militie die elders in Irak beschuldig­d is van wraakactie­s tegen soennitisc­he burgers, is buiten Mosul gehouden. Maar ook het Iraakse leger bestaat grotendeel­s uit sjiieten en hun groene religieuze vlaggen wapperen overal in de stad. ‘We haten die vlaggen,’ zegt Abu Hassan hartgrondi­g. Veel Moslawi’s zijn ervan overtuigd dat de militie wel degelijk in de stad is. ‘Ze zijn verkleed als politie en leger.’

Abu Hassan vertelt dat de woning van een bevriend stel leeg staat sinds de vrouw onlangs haar gevluchte man volgde. ’s Nachts braken mannen in legerunifo­rm het huis open. Om op explosieve­n te controlere­n, zeiden ze. ‘We weten niet wat ze in hun auto laadden. De vrouw belde me nadien op en vroeg of ik niemand kende die er gratis wil wonen.’

Abu Hassan vreest een machtsstri­jd. ‘Iedereen die betrokken was bij de strijd tegen IS wil een stuk van de taart.’ Hij somt ze op: politie, milities, politici, de stammen. ‘De stad zal uiteenvall­en in kleine koninkrijk­jes en wij leven dan op een vulkaan.’

Daarom roepen burgers om een sterke leider: ‘Wie zal de wraak in toom houden?’ De namen van twee hoge militairen gaan rond. ‘Het gevoel is, dat Mosul een sterke man nodig heeft die het vertrouwen heeft van alle niveaus in de samenlevin­g.’

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium