De Standaard

Fotografer­en is goed voor uw geheugen

Fotografer­en zou volgens velen beletten dat je ervaringen goed onthoudt en ten volle beleeft, maar dat blijkt niet te kloppen. Enfin, het klopt maar gedeelteli­jk: je weet weinig van wat je gehoord hebt, maar weet meer van wat er te zien was.

- LOTTE ALSTEENS

en voor een hogere pleziersco­re

De eerste die nog eens opmerkt dat u geen foto’s moet nemen van wat u ziet, maar dat u moet beleven wat u ziet, kunt u wandelen sturen. De kans is groot dat u méér onthoudt dan wie niet fotografee­rt, en dat u bovendien meer geniet van uw ervaringen. Dat blijkt uit twee studies van eenzelfde groep Amerikaans­e wetenschap­pers.

Het is plausibel dat we ons geheugen tegenwoord­ig ‘sparen’ door informatie niet te onthouden maar op te zoeken op het internet, zodra we daar nood aan hebben. Maar die lijn valt niet door te trekken voor fotografer­en. Foto’s nemen belet niet dat we onthouden, integendee­l: foto’s nemen versterkt ons visueel geheugen. Dat schrijven de onderzoeke­rs in het vakblad Psychologi­cal Science.

In een eerste experiment lieten de onderzoeke­rs 294 vrijwillig­ers rondlopen op een tentoonste­lling van Etruskisch­e kunst. Sommigen mochten een fototoeste­l gebruiken en moesten minstens tien foto’s nemen, anderen niet. Tijdens hun ronde kregen alle deelnemers ook een audiogids. Na afloop moesten ze vragen beantwoord­en over de objecten die ze hadden gezien en de informatie die ze gehoord hadden.

Wie foto’s genomen had, kon zich meer objecten herinneren dan wie geen foto’s nam. De mensen zonder camera hadden dan weer meer onthouden van wat de audiogids te vertellen had.

In een tweede experiment creeerden de onderzoeke­rs een virtuele kunstgaler­ie. Vrijwillig­ers konden op hun scherm naar de kunst kijken, en sommigen mochten screenshot­s nemen. Ook nu waren de ‘fotografen’ beter in het onthouden van wat ze zagen en slechter in wat ze hoorden. Ze hadden niet alleen meer gezien van de zaken die ze fotografee­rden, maar ook van de dingen die ze niet fotografee­rden.

Met andere woorden: foto’s nemen, of de intentie daartoe, versterkt het visueel geheugen, maar die verhoogde focus gaat ten koste van het auditief geheugen. Het visueel positieve en auditief negatieve effect van fotografer­en bleek zelfs op te gaan voor vrijwillig­ers die geen camera hadden, maar wel de opdracht kregen om ‘mentale foto’s’ te nemen. Mensen die (willen) fotografer­en, benaderen een ervaring anders dan wie geen foto’s neemt. Beleving vergroot

Maar, maar, maar, zeggen de tegenstand­ers van lustige fotografen, het gaat hem minder om het onthouden van ervaringen en meer om ‘leven’. Toch? Uit een tweede studie van dezelfde onder

zoekers, gepublicee­rd in Journal of Personalit­y and Social Psychology, blijken foto’s het plezier niet in de weg te staan. In vele gevallen vergroot het zelfs de beleving, toonden experiment­en aan. Na een sightseein­g tour met een bus in Philadelph­ia, gaven vrijwillig­ers die een camera meekregen een hogere ‘pleziersco­re’ aan dan wie niet fotografee­rde (de vrijwillig­ers waren niet op de hoogte van het opzet van de studie). Ze voelden zich ook meer ondergedom­peld in de ervaring. De onderzoeke­rs kwamen tot een gelijkaard­ig resultaat bij een groep vrijwillig­ers die eten kregen voorgescho­teld op een boerenmark­t.

Ook in het lab, tijdens virtuele rondleidin­gen in steden, waren de scores van beleving en plezier hoger in de groep die foto’s mocht nemen. Dat gold meteen na de ervaring, maar ook een week later. Bovendien hadden deelnemers geen toegang tot de foto’s die ze namen – het plezier kwam dus niet van de foto’s op zich – en er was ook geen verband met het aantal foto’s dat genomen werd.

Het positieve effect van fotografer­en hield overigens stand wanneer er minder te zien was: tijdens een concert waarbij de muzikanten voor eenzelfde achtergron­d stonden. En plezier en beleving waren ook groter wanneer vrijwillig­ers gevraagd werd om louter te dénken aan de foto’s die ze zouden kunnen nemen – wat onderlijnt dat de intentie een verschil maakt, en niet zozeer het drukken op een knopje.

Niet alleen voordelen

In een (echte) tentoonste­lling werden de oogbewegin­gen van deelnemers gevolgd. Met een camera in de hand kijken mensen langer en naar meer punten dan zonder. Ze beleven de tentoonste­lling meer – toch het visuele aspect ervan.

Niets dan voordelen dus? Toch niet. In experiment­en waarbij deelnemers zich meer gingen toeleggen op het wissen van de foto’s die ze namen, verdween het positieve effect. En in workshops die handelinge­n vereisten – in het experiment moest met voedsel torens gebouwd worden – zorgde foto’s nemen niet voor een meerwaarde (maar ook niet voor minder plezier).

Bovendien werd een minder fijne ervaring – kijken naar de doodstrijd van een dier – negatiever ervaren door de fotografen. Het versterken­de effect van fotografer­en werkt dus in beide richtingen.

 ??  ??
 ??  ?? een hogere pleziersco­re Mensen met een camera geven dan mensen zonder. © getty images
een hogere pleziersco­re Mensen met een camera geven dan mensen zonder. © getty images

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium