De tocht: Katelijne Damen zoekt een man
‘Ik heb vooral heel hard gewerkt om goed voor mijn zoon te zorgen’
Wanneer ik aanbel aan haar huis op het Antwerpse Zuid, blijkt Katelijne Damen net terug van het UZ in Gent. Ze was er niet om een ingreep te ondergaan, wel voor een gesprek met het befaamde transgenderteam. In augustus speelt Damen een arts in Under
my skin, de debuutfilm van Lukas Dhont. Haar personage begeleidt een jonge balletdanser die vastzit in de grand écart tussen zijn mannelijke identiteit en het meisje dat hij wil zijn. ‘Het is een kleine rol, maar ik wil me er wel goed op voorbereiden’, vertelt Damen.
Vier uur later, wanneer onze fietstocht erop zit, drinken we nog een glas op een terras bij haar om de hoek. Bruiswater, want alcohol lust ze niet. ‘Nooit gedronken. Het smaakt als vergif.’ Daar geeft Katelijne Damen toe dat ze zich nooit zal omschrijven als actrice. ‘Meestal zeg ik gewoon dat ik acteur ben. Voor mij klinkt actrice als diva.’
En als er nu één ding is waarvan je de frêle Damen niet kan verdenken, zijn het streken. Op het podium van de Bourla speelt ze geregeld ondersteunende rollen, waarbij ze haar tekst vaker zachtjes in de microfoon fluistert dan met het grote gebaar declameert. Interviews met haar zijn amper te vinden. Er zijn nochtans weinig actrices – excuseer: acteurs – die net als zij telkens in de voorlinie van de vernieuwing stonden: ze speelde bij Eric De Volder, Luk Perceval, Ivo van Hove en Guy Cassiers, maar ook in de baanbrekende humorprogramma’s Kijk eens op de doos en De vloek
van Vlimovost van wijlen (pdw). Op sociale media geeft Damen ook een schuchtere indruk: haar profielfoto’s op Facebook zijn schilderijen van Modigliani, haar posts op Instagram stills uit oude films. Haar raadselachtigheid intrigeert me. Welke vrouw gaat er achter die sfinks schuil?
Om het antwoord te vinden, neemt Katelijne Damen me mee op een trip down me
mory lane. Langs het park waar ze als kind haar eerste mannelijk naakt tegenkwam, de pralinewinkel van haar zus, het ouderlijk huis waar moeder Mia en vader Staf nog steeds wonen, het ‘grotteke’ waar ze na de mis intieme momenten beleefde met Moeder Maria en langs theater Deugd en Vreugd waar ze haar podiumdebuut maakte als prinses.
Daar past slechts één vervoersmiddel bij: de fiets. ‘Mijn vader schreef vroeger boekjes over ons’, vertelt Damen. ‘Als kind was ik blijkbaar nogal een rare, flauwe madam. Maar één ding had ik wel gemeen met mijn vader, zo schreef hij: net als hij was ik een béést op de fiets.’ Ze lacht en geeft het startschot voor onze Ronde van Wilrijk.
Park Den Brandt
Als we het Nachtegalenpark inslaan, overvalt ons de rust. ‘Wanneer ik even moet uitwaaien, kom ik hier wandelen’, aldus Damen. ‘Zeker in de herfst kom ik hier graag. Zo melancholisch mooi dat alles hier dan is.’
We steken de Beukenlaan over en glijden Park Den Brandt binnen. De wilde natuur hier doet haar denken aan de idyllische vakanties uit haar jeugd in de Ardennen. ‘Iedere zomer gingen we twee maanden kamperen aan de Semois, bij Poupehan. Ons vake zette de tent mee op, ging tijdens de week weer werken in zijn pasteibakkerij en kwam dan ieder weekend langs.’
In de bossen spelen, dammen bouwen, grote herten die plots opdoken ... Ze had er de tijd van haar leven. ‘Ik klom er vaak in de bomen. Ik hou meer van de lucht dan van de zee. Nu nog ik kan op een autostrade soms halt houden op een parking, enkel om er te kijken naar de schone wolken.’
Naar het buitenland zou ze pas op haar zeventiende gaan. ‘Wij hadden het thuis niet zo breed. Mijn broer Mark had ontdekt dat hij als monitor gratis naar Griekenland kon met de Internationale Bijschoolse Vakantiekampen. Mijn ouders en ik zouden ook meegaan als begeleiders.’
Drie weken met je moeke en vake in een Grieks tentenkamp: de gemiddelde achttienjarige zou er niet om staan te springen. Maar Katelijne Damen vond het heerlijk. ‘Onze ouders voerden weinig controle uit. Er heerste daar sowieso een enorme vrijheid: je kon opstaan wanneer je wou, gaan windsurfen, waterskiën, diepzeeduiken ... Daarnaast werden er ook lange praatsessies en inleefstages bij de Grieken georganiseerd. Die kampen waren een samenleving in het klein. Ik heb er zovéél geleerd.’
Waren daar toen ook al aanwezig: actrice Veerle Eyckermans en acteur Peter Van den Eede, haar latere kompaan bij Compagnie De Koe. ‘Bij De Koe zei ik Peter wel eens dat ik daar in Griekenland verliefd op hem was. “Ik ook op jou”, zei hij toen. Tja, toen was het al te laat.’
Mannelijk naakt had in die tijd geen geheimen meer voor Damen. Als kind ravotte ze met haar vriendinnen graag in Park Den Brandt. En ondertussen maar gluren naar de blote David, een reproductie van Michelangelo’s beeld. ‘Mijn moeder kreeg ooit eens een ongerust telefoontje van de schooldirecteur van Winter, mijn zoon. Hij had op school verteld dat hij een naakte man was tegengekomen in het park. Ons moeke had gelukkig snel door dat het over David ging.’ (lacht)
JeanJean
Onze tweede stop: de zaak in zoetigheden van haar zus Lieve in de Jules Moretuslei, hartje Wilrijk. Al 31 jaar staat zij achter de toog van JeanJean, genoemd naar de zoon van de eerste eigenaren.
Een zoetekauw is Katelijne niet. Pralines weigert ze, maar tegen marsepein kan ze geen neen zeggen. ‘Als kind was ik een dikkerdje. Nu nog moet ik heel erg letten op wat ik eet.’ Het is er niet aan te zien, stel ik haar gerust. Die molligheid blijkt niet haar enige jeugdcomplex. ‘Mijn zus en broer hadden het mooie haar van mijn moeder, ik het stroeve poppenhaar van mijn vader. En terwijl Lieve heel mooie benen had, kreeg ik al vroeg last van aderspatten.’
Op iedere première van Katelijne is Lieve erbij. ‘Soms vind ik het erg goed, soms minder’, vertelt ze. ‘Niet ieder toneelstuk ligt je even hard, natuurlijk. Maar ik kan niet zeggen dat ik Katelijne ooit al slecht heb zien spelen.’ Hét hoogtepunt was toch
Bloed en rozen. ‘Ik zag het zowel in de Bourla als in het Palais des Papes van Avignon, toen ik daar in de buurt op vakantie was. Dat was fenomenaal.’ Terwijl u dit leest, is Katelijne opnieuw in Avignon met Grensge
val van Guy Cassiers. Voor we de winkel verlaten, checkt ze nog snel bij Lieve of zij komende week wat extra op bezoek kan gaan bij hun ouders. Ze knikt.
Op de dag van onze fietstocht krijgt Damen dubbel slecht nieuws. Die ochtend werd Christiane, de vorige uitbaatster van JeanJean, op gezegende leeftijd begraven. Maar veel tragischer: Stefaan Degand, met wie ze nog in Bloed en rozen speelde, verloor net zijn vriendin en hun ongeboren kind. Damen is er het hart van in.
Twee jaar geleden moesten Katelijne en Lieve afscheid nemen van hun grote broer Mark. ‘Hij werkte als burger op de filmdienst van het leger. Prachtige films heeft hij daar gemaakt, die veel prijzen wonnen.’ Maar toen werd hij ziek. ‘Mark is dan toch nog aan de opleiding tot beroepsmilitair begonnen, met succes. En hij trouwde met zijn vriend, in zijn galakostuum van het leger. Dat vond ik zo sjiek.’ Ze kan het nog steeds niet vatten dat hij er niet meer is. ‘Mark was mijn held. En ook die van Winter.’ Op haar smartphone toont ze een foto van de jonge Mark en van haar zoon, die nu bijna twintig is. De gelijkenis is frappant.
Het ouderlijk huis
We fietsen voort. Onaangekondigd bellen we aan ten huize DamenSegers. Kate lijne was het eerst niet van plan – ‘anders blijven we een uur plakken’. Maar om binnen te kunnen in het Dionteater, heeft ze de sleutel van haar vader nodig. Op de tv in de living staat de Tour de France op. De poes springt onrustig rond.
De liefde voor theater kreeg Katelijne thuis met de paplepel ingegoten. Haar ouders zijn al 46 jaar actief bij het Dionteater, het vroegere Deugd en Vreugd. Vanavond heeft Staf (84) een repetitie gepland van
Erik & het insectenboek. ‘Mijn allerlaatste regie’, zegt de kloeke tachtiger. ‘Met dit stuk zwaai ik af.’ Achter de schermen blijven ze wel actief. Mia (82) naait nog steeds kostuums voor Dion. Hun engagement ontroert me. Mia zat vroeger in het gemeentebestuur voor de Volksunie, Staf regisseerde nog de geitenstoet in Wilrijk. Het zijn bekende figuren in het dorp.
Zagen ze altijd al een actrice in hun dochter? ‘Eerst wilden we dat ze een serieuze job zou doen, secretaresse of zo’, zegt Staf.’ Daarnaast zou ze altijd nog kunnen spelen bij Deugd en Vreugd.’ Maar omdat Stafs jongste broer Hubert (inderdaad: Witse) in die tijd al grote rollen speelde bij de KNS in Antwerpen, stuitte ingangsexamen doen aan de toneelschool thuis niet op al te veel protest. Bij Studio Herman Teirlinck werd Katelijne Damen nog afgewezen, bij Dora van der Groen aan het conservatorium werd ze wel toegelaten. Ze zat er in een waanzinnig getalenteerde klas, met onder meer Dirk Tanghe, Tania Van der Sanden en Chris Nietvelt.
In het derde jaar wees Van der Groen haar de deur. ‘Dat was voor mij het grootste drama ever. Ik begreep niet goed waarom, waarschijnlijk was ik net niet goed genoeg. Maar nu kan ik wel zeggen dat ik ongelooflijk veel van haar heb geleerd. Dora leerde je de waarde van woorden: hoeveel volume en kleur je aan een woord kan geven, hoe ze proeven. Ik savoureer nu nog steeds mijn woorden. Een woord is niet zomaar een woord.’
Het ‘grotteke’
Terwijl haar vader zijn elektrische fiets van stal haalt, maken wij nog even een ommetje door de Valaarwijk. Er is veel veranderd. Uit de hofjes van de witte huisjes klinkt nu Arabische muziek, buiten oefenen breakdancers hun moves. De kerk aan het ‘grotteke’, waar Katelijne Damen als kind iedere zondagochtend naar de mis kwam, staat te koop. ‘Ik zei laatst nog tegen
‘Het is hier paniek. Mijn agenda is nog veel te leeg. Ik moet nieuwe jobs beginnen zoeken’
Maria is voor mij de ultieme goede vrouw en moeder. Ik verzamel alles wat met haar te maken heeft. Echt alles’
Guy: koop die kerk toch met Toneelhuis. Dan hebben we extra repetitieplek.’ (lacht)
Na de mis wreef ze altijd even over de steen in het grotteke, die recht uit Lourdes komt. Nu neemt Katelijne een kijkje op het rijk versierde altaar in de grot. ‘Is dat nu toeval?’, roept ze plots uit. ‘Hier ligt een Bijbel open, net op het verhaal over Witte Donderdag. Ik ben geboren op die dag!’ We checken het: 14 april 1960 was inderdaad een Witte Donderdag.
Misschien is het wel een teken van Moeder Maria. ‘Ik hou nogal van Maria’, geeft ze toe. ‘Zij is voor mij de ultieme goede vrouw en moeder. Ik verzamel alles wat met Maria te maken heeft: beelden, kaarsen, aanstekers. Echt alles.’
Het Dionteater
Staf opent de deur van het Dionteater. Hier zette de kleine Katelijne haar eerste stapjes op de planken, in de regies van haar vader. ‘Ik moest altijd prinsessen spelen’, herinnert ze zich. ‘Oersaai vond ik dat: die waren altijd zo braaf! Pas toen hij Vrouw
Holle regisseerde, mocht ik eens een mormel spelen.’
We lopen door de foyerover het podium naar de coulissen in de kelder. Het is er één groot doolhof vol oude foto's, kostuums en rekwisieten. Katelijne weet de lichtknoppen nog steeds blindelings te vinden. In 1992 regisseerde ze er zelf een stuk: Een
vreemd koppel. Plots waren de rollen omgedraaid en mocht zij haar vader regisseren. ‘Ik was veel strenger voor hem dan hij voor mij.’
Haar ouders komen naar de première van ieder stuk waarin ze speelt. Na afloop neemt Staf haar altijd even apart voor zijn commentaar. ‘De laatste tijd zegt hij me meestal: “Luider praten, Katelijne!”. Het zal wel aan zijn gehoor liggen, maar ik krijg vaker de commentaar dat men mij in de zaal niet goed verstaat. Dat frustreert me. Ik kan wel degelijk luid genoeg praten, hoor.’
Die fijngevoeligheid hoort natuurlijk bij het microfoon en videotheater van Guy Cassiers, die net als Katelijne Damen van 1960 is en in Wilrijk opgroeide. In hun jeugd kenden ze elkaar niet, nu zijn ze al vijftien jaar een haast onafscheidelijk toneelduo. Ook na al die tijd kan ze nog steeds verrast worden door hem, vertelt ze. ‘Guy blijft me uitdagen. Soms denk ik: deze keer ga ik mijn rol spelen alsof ik op een voetbalveld sta. En dan geeft hij me precies één vierkante meter bewegingsruimte. Dan probeer ik te zoeken hoe ik mijn voetbalveld op die ene vierkante meter krijg.’
(lacht)
De muze van Guy Cassiers wil ze niet genoemd worden. ‘Ik voer niet slaafs uit wat hij bedenkt. We zijn streng voor elkaar. Ik kan ook kritiek op Guy hebben, bijvoorbeeld als ik het gevoel heb dat hij een systeempje herhaalt dat we in een eerder stuk uitprobeerden. Soms hebben we stevige discussies, maar omdat we elkaar zo goed kennen, kan dat.’
Jarenlang had ze een vast contract bij Toneelhuis, maar na Avignon wordt Katelijne Damen terug freelance actrice. Komend seizoen speelt ze mee in Cassiers’ nieuwe productie Vergeef ons, maar verdere engagementen zijn er nog niet. ‘Het is absoluut paniek’, geeft ze toe. ‘Naast dit nieuwe stuk, de herneming van Grensgeval en een project over Sartre met twee jonge Leuvense acteurs, is mijn agenda nog leeg. Ik moet dus nieuwe jobs beginnen te zoeken, maar ik weet niet goed hoe of waar.’ Met Ivo van Hove zou ze graag nog eens werken. ‘Maar die heeft bij Toneelgroep Amsterdam al genoeg actrices van mijn leeftijd.’ En stiekem droomt ze ook nog eens van een hoofdrol, want op haar monoloog
Orlando na is dat toch al te lang geleden.
Venue 219
We besluiten nog iets te eten bij Venue 219 op de Troonplaats. Want over één thema ben ik nog te weinig te weten gekomen: de liefde.
Vijftien jaar is ze al gescheiden van Govert Deploige, de vader van haar zoon en als acteur vooral bekend uit Thuis. Lange relaties heeft ze sindsdien niet meer gehad. ‘Dat lag ook wel aan mij: ik heb vooral heel hard gewerkt, om zo goed mogelijk voor Winter te zorgen. Een bont sociaal leven heb ik niet gehad. Al heb ik wel veel vrienden die diep in mijn hart zitten.’
Ze is bang om eenzamer te worden, nu Winter stilaan zijn vleugels uitslaat. ‘Hij is vaak bij zijn vriendin, met wie hij al vier jaar samen is. En na de zomer gaat hij interieurvormgeving studeren in Mechelen. Eerst heeft hij een jaartje geschiedenis aan de universiteit gevolgd, maar dat was niets voor hem. Hij heeft vroeger wat leerproblemen gehad, maar ik hoop dat hij nu zijn draai mag vinden. Het is zo’n goede, lieve en tedere jongen.’
Een leven als alleenstaande moeder, vaak op tournee in het buitenland bovendien, was geen evidentie. ‘Die eerste jaren waren verschrikkelijk. Ik betaalde – bij wijze van spreken – meer aan de babysit dan ik verdiende door te werken. Dus vingen mijn ouders Winter vaak op. Als ik in Amsterdam speelde, reed ik in het holst van de nacht terug naar Wilrijk. Nu denk ik: hoe heb ik dat ooit allemaal volgehouden?’
Ze heeft eraan gedacht om een andere job te zoeken. ‘Maar dan zei Damiaan De Schrijver van Tg Stan me: “Wat zou Winter het liefst hebben: een moeder die haar werk graag doet en er weinig is? Of een moeder die haar job haat en er vaker is?” Mijn keuze was snel gemaakt.’
‘En nu Winter ouder is, ben ik er relaxter in. Als ik volgende week in Avignon ben en de diepvries is gevuld, dan weet ik dat hij zijn plan trekt.’
En hoe zit dat met de mannen? ‘Die mogen me altijd bellen’, lacht Damen. ‘Liam Neeson mag zelfs binnen zonder bellen. Zo’n imposante, innemende man. Mooi ook. En groot!’ Ze schatert het uit.
Maar ze meent het wel. ‘Ik mis het zeker, hoor: een babbel, tederheid, aandacht. Dat laatste klinkt zo vies, maar een mens heeft nu eenmaal aandacht nodig. Gewoon samen met iemand aan de keukentafel zitten en kunnen vragen: vond je het lekker?’
‘Ik mis het zeker, hoor: een babbel, tederheid, aandacht. Dat laatste klinkt zo vies, maar een mens heeft nu eenmaal aandacht nodig’