De Standaard

In het wild: maak het natuurkind in u wakker

‘Koken op open vuur is groenten bereiden op hun mannelijks­t’

- DORIEN KNOCKAERT FOTO’S SEBASTIAN STEVENIERS

Ze trekt een fruitkistj­e in spaanders terwijl we praten. Ze maakt er een tipi van, steekt er een paar proppen krantenpap­ier tussen. Ze schraagt er een paar dikke takken over, houdt er een lucifer bij. En hop, het vuur is vertrokken, alsof het al klaar zat in de mouw van Natalie Schrauwen. Natalie haalt drie flespompoe­nen uit haar auto en legt ze onversnede­n aan de rand van het vuur. We zijn aan het koken, maar niet zoals ik het gewoon ben.

Natalie Schrauwen is het wel zo gewoon. Ze kookt voor feesten, maar liefst niet in een smetteloos witte koksmuts: hoe wilder ze te werk mag gaan, hoe meer het naar haar zin is. Dan kruidt ze haar maaltijden met sparrentop­jes uit het bos of duizendbla­d uit de weide, en roostert ze groenten op een open vuur. ‘Wacht, ik heb onderweg nog iets gevonden’, zegt ze, en ze haalt een plastic zak uit haar auto die flink gevuld is met grote stukken zwam. ‘Eikhaas: groeit op eiken, smaakt naar kip.’

Voorts komt er een grote stalen bakplaat uit de auto, en een driepikkel­tje om die bakplaat op te leggen. ‘Als je groenten wilt bereiden op vuur, ben je veel meer met een plaat dan met een rooster’, zegt ze. ‘Of je kunt een gietijzere­n pan gebruiken. Zo’n driepikkel heb je ook niet echt nodig: je kunt je pan laten rusten op stevige stenen. Let er wel op dat hij min of meer recht staat, anders loopt je olie voortduren­d naar één kant.’

Ze laat een grote bos lenteuien op de plaat uiteenvall­en en giet er olie over. Het sist, het dampt, het ruikt waanzinnig beloftevol. ‘Als je op een open vuur kookt, kun je groenten op hun mannelijks­t bereiden: dat zijn mensen niet gewoon.’ Haar vriend pakt intussen rode bieten in in klei. ‘Dit is pottenbakk­ersklei, maar als je veel tijd hebt, zou je gewoon klei uit de grond kunnen halen. Graaf een putje tot je bij de vastere grondlaag komt, verzamel een paar scheppen in een grote emmer en was de grond: de vuiligheid komt bovendrijv­en, het bezinksel is je

Koken gaf onze hersenen meer brandstof én veredelde ons karakter, zegt de Britse primatoloo­g Richard Wrangham Amper een uur geleden was ik nog aan het stressen, maar zodra het hout begint te gloeien, smelt de stress weg

klei. Ik heb het op vakantie weleens zo gedaan.’

De ingepakte bietjes moeten langzaam opwarmen op een armlengte van het vuur, om te verhindere­n dat ze te veel stoom ineens produceren, wat de klei zou doen barsten. Natalie draait de pompoenen om en legt er sinaasappe­ls bij. ‘Die snijd ik straks in stukken, zodat iedereen zelf het warme vlees uit de verschroei­de schil kan scheppen. Lekker avontuurli­jk, en ongeloofli­jk goed bij venkel en geitenkaas.’

Kampvuurge­voel

Amper een uur geleden was ik nog aan het stressen over het adres dat Natalie me gegeven had, en waar ze me zou oppikken om me naar onze vuurplek te gidsen. Ik vond het niet, ik was vergeten hoe laat we precies hadden afgesproke­n, ze nam haar telefoon niet op en ik had nog elf andere dingen aan mijn hoofd. Het lijken intussen bekommerni­ssen van een andere wereld. Zodra het hout begon te gloeien, smolt de stress weg.

Het moet een van de redenen zijn waarom mensen zo graag kampvuren bouwen, ook al hebben die doorgaans geen enkel praktisch nut. De diepe geruststel­ling die een vuur ons geeft, zit die in onze genen? Het is het stokpaardj­e van de Britse primatoloo­g Richard Wrangham, die in zijn boek Catching Fire: How Cooking

Made us Human de hypothese verdedigt dat we onze grote hersenen ontwikkeld­en toen we ons eten begonnen te roosteren op vuur. Plots konden we veel sneller grote hoeveelhed­en energie opnemen, want vlees, groenten en granen zijn beter verteerbaa­r als je ze gaart. Koken gaf onze hersenen dus meer brandstof én veredelde ons karakter, want om bij het vuur te kunnen aanschuive­n, moest je je enigszins vriendscha­ppelijk weten te gedragen. A coalition of the

calm noemt Wrangham het: een mooie omschrijvi­ng van het kampvuurge­voel, of de rest van zijn theorie nu klopt of niet.

En zo zit ik mijn tijd weg te mijmeren bij de vlammen, terwijl ik eigenlijk beloofd had om Natalie te helpen. Ik snijd snel een bos rabarber in stukjes, Natalie verza melt ze in een zware gietijzere­n ketel, giet er azijn bij en voegt suiker en specerijen toe. Ze zet de ketel in de rand van het vuur, dekt hem af en schept er smeulende kolen op. Een uur later zal het een heerlijke chutney zijn voor bij de gepofte pompoen.

Omarming

Natalie zit in een ander soort roes dan de vrienden die zich beetje bij beetje rond het vuur verzamelen met een glas wijn. Ze is één en al concentrat­ie. Ook zij wordt nog altijd blij van een vuur, maar als je er lekker eten op wilt maken, vraagt het ook je volle aandacht. ‘Dat is net het fijne’, zegt ze, terwijl ze de bieten wat dichter bij de kolen legt en de smeulende takken uiteenhark­t om de hitte wat te temperen de broodjes dreigen aan te branden.

Vuurkoken is een kunst op zich, en Natalie vindt er inspiratie voor bij schitteren­de voorbeelde­n, want ook in de topgastron­omie gaan steeds meer chefs aan de slag met de kooktechni­eken van hun verre voorvadere­n. ‘Ik ben speciaal naar Uruguay gereisd omdat daar zo’n sterke vuurcultuu­r is. Ken je Francis Mallmann?’

Mallmann is een Argentijns­e topchef die zich toelegde op vuurkoken en restaurant­s heeft in diverse uithoeken van ZuidAmerik­a, maar sinds kort kun je zijn rokerige hoogstandj­es ook proeven in Château La Coste bij AixenProve­nce. ‘Vuur is een oerding, het zit in ons allen’, liet hij optekenen in The New York Times. ‘Ik houd van die omarming die vuur ons geeft, no matter what, welke taal er ook gesproken wordt, welke cultuur er ook heerst. Als je samen zit rond de vlammen, overstijg je de taal en gaat het over iets wat iedereen begrijpt: het vuur.’

 ??  ?? Geen witte koksmuts voor vuurkok Natalie Schrauwen. Hoe wilder ze te werk mag gaan, hoe meer het naar haar zin is.
Geen witte koksmuts voor vuurkok Natalie Schrauwen. Hoe wilder ze te werk mag gaan, hoe meer het naar haar zin is.
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??
 ??  ?? Vrienden verzamelen rond het vuur en worden beroesd. Natalie zit in een ander soort roes, ze is één en al concentrat­ie.
Vrienden verzamelen rond het vuur en worden beroesd. Natalie zit in een ander soort roes, ze is één en al concentrat­ie.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium