De Standaard

De alledaagse waanzin van een

autistisch meisje

- ELIEN DELAERE

‘I k ben niet zo goed in oogcontact’, excuseert Maaike Ottoy (26) zich bij voorbaat aan het begin van ons gesprek. ‘Vind je het erg als ik mijn blik naar beneden richt?’ Ze wrijft zenuwachti­g over haar armen en plooit haar vingers alle richtingen uit. Het gaat nochtans relatief goed met Ottoy. Want ze camoufleer­t de verschijns­elen van ASS, een autismespe­ctrumstoor­nis, niet langer. Twee jaar geleden zou ze wel bewust, tegen haar angsten in, oogcontact met me hebben gezocht, omdat dat sociaal wenselijk is tijdens een interview.

Vandaag verraadt de kamerbrede glimlach onder haar neergeslag­en ogen vooral de trots op haar boek, vol waanzinnig­e kleurrijke collages. De geduldig bij elkaar gezochte en geplakte plaatjes waren, samen met de verlossend­e diagnose en de steun van vrienden en familie, Ottoys redding. ‘Ik heb nu een droomjob als boekhouder en opvoeder in een school en krijg veel fijne reacties op mijn boek.’

Dat was ooit anders. ‘Ik haatte mijn werk en begon elke dag met tegenzin. Het moeilijkst­e was het contact met mijn collega’s. De roddels, ik kon er niet mee om. En ik had het ook lastig met gezag. Mijn bazin was een echte workaholic. Ik bleef daarin meegaan en werk aannemen tot ik eronderdoo­r ging’, schrijft ze in de inleiding van haar boek.

In december 2014 trok Ottoy het niet langer. Na ziekteverl­of volgde haar ontslag en daarna de roes: niets was nog zeker, ook haar relatie niet, dus drukte ze ook daar op de pauzeknop en verloor ze zich in het nachtleven. Toen bleek dat haar vriend iemand anders had, stortte haar wereld finaal in.

Ottoy wou niet meer bestaan en belandde op de spoedgeval­len. Daar sprak ze na haar ontwaken met de eerste psychiater, onderging ze de eerste testen. Een mallemolen volgde, van halve diagnoses, nog meer testen en interviews, een verblijf op open en gesloten psychiatri­sche afdelingen en vooral veel vraagteken­s. Tot een jaar na de crisis eindelijk het woord autismespe­ctrumstoor­nis viel. In het psychiatri­sch centrum Dr. Guislain in Gent, waar een afdeling speciaal voor mensen met autisme bestaat, bloeide Ottoy open en ontdekte ze zichzelf weer. ‘Slechte momenten waren van kortere duur en donkere, zwarte gedachten bleven weg.’ Ambitieus

In totaal verbleef Ottoy gedurende twee jaar in vier ziekenhuiz­en. Waarom de diagnose niet sneller viel? ‘Ik ga al sinds mijn twaalf jaar naar een psycholoog. Daar heeft mijn mama ook wel eens autisme geopperd, maar de psycholoog veegde dat van tafel met het argument dat ik geen problemen had op school en goede punten haalde. Dat was ook zo. Ik deed enorm mijn best om me aan te passen aan alles en iedereen. Ik was ambitieus in mijn studie boekhouden en fiscalitei­t en wist al in het middelbaar dat ik erkend boekhouder zou worden en daarna accountant. Maar thuis viel mijn masker af en leidde de minste prikkel tot een woedeaanva­l. Ik heb over het dak gelopen, ben

tegen muren aangebotst en heb borden op mijn hoofd stukgeslag­en.’

‘Vrouwen zijn ook goed in het kopiëren van gedrag. Daarom zou het veel moeilijker zijn om autisme bij vrouwen vast te stellen’, gaat Ottoy verder. ‘Er wordt van jongs af aan verwacht dat meisjes zich sociaal opstellen, een groep bij elkaar houden. Als een jongen een eenzaat is, worden daar minder vragen over gesteld. Ik durfde in de lagere school niet zeggen dat ik niet bij een vriendinne­tje wou blijven slapen, omdat ik het bestierf.’

Onderzoek bevestigt dat vrouwen veel vaker met autismespe­ctrumstoor­nis rondlopen dan gedacht én daar enorm onder lijden. ‘De kenmerken vallen minder op bij vrouwen, omdat ze die beter weten te camouflere­n dan mannen. Dat werkt dan weer burnout en depressie in de hand. Want het continu afstemmen op wat sociaal wenselijk is, werkt uitputtend. Het nabootsen van andermans gedrag kan er ook toe leiden dat de eigen identiteit stagneert’, citeert NRC Handelsbla­d uit onderzoek. Die wetenschap zou wel eens tot meer diagnoses bij vrouwen kunnen leiden.

Ottoy ploegde alvast 24 jaar lang onverminde­rd voort in het leven door alle verschijns­elen te camouflere­n. Ze wist niet beter. De vraagteken­s kostten haar een burnout, een relatiebre­uk en een jaar waanzin op psychiatri­sche afdelingen. ‘Een opname is traumatise­rend en een evenwichts­oefening op het vlak van waardighei­d’, schrijft zorgcoördi­nator Hugo Pietermans daarover. ‘De diagnose gaf Maaike strijdlust en waardighei­d. Maaikes getuigenis toont aan hoe relevant het is om ervaringsd­eskundigen op te nemen in beleidsorg­anen en denktanks in de geestelijk­e gezondheid­szorg.’

Naast de diagnose speelt ook de omgeving een belangrijk­e rol. Want wat weten we eigenlijk over wat het is om een jonge vrouw te zijn met autisme? Vijftig jaar geleden wist een onderzoeke­r amper wat autisme was. Nog steeds wordt de erfelijke aandoening weggezet als modeziekte. Maar het verdriet dat wordt veroorzaak­t door pas op latere leeftijd een juiste diagnose te stellen, kan worden vermeden.

‘Voor mij betekent ASS vooral veel chaos in mijn hoofd’, zegt Ottoy. ‘Ik ben een enorme piekeraar en voer constant gesprekken in mijn hoofd, met mezelf, maar ook met anderen, om alle mogelijke scenario’s in toekomstig­e situaties voor te zijn. Of ik blijf na een gesprek redeneren: heb ik dat nu juist geformulee­rd? Daarom heb ik nood aan structuur en ritme. Mijn ochtendrit­ueel ligt minuut per minuut vast, zo vind ik rust en vertrouwen.’ Liedjestek­st

‘Ik weet al heel mijn leven dat ik niet ben zoals de rest. De opluchting bij de diagnose was dan ook groot. Ik voelde me altijd schuldig ten opzichte van mijn mama, omdat ik zo “de zot” heb uitgehange­n. Nu weten mijn omgeving en ikzelf hoe ermee om te gaan. Het is oké als ik geen knuffel wil wanneer ik gespannen ben. Ook bij mijn vriendinne­n, voor wie ik lange tijd een gesloten boek was, kan ik eindelijk mezelf zijn. Nu ik me goed voel bij hen, kunnen we samen ook uit de bol gaan, lachen en feesten.’

‘Die wilde, uitgelaten kant van mij zie je ook terugkeren in mijn collages. Tijdens creatieve therapie ontdekte ik dat het maken van collages, het zoeken naar de geschikte prentjes me ontspande. Ik maakte steeds meer collages en de positieve feedback die ik kreeg, stuwde me voort. Ondanks donkere gedachten koos ik toch vaak voor vrolijke kleuren, grappige situaties, vrijende mensen ...’

‘Het is een misvatting dat mensen met ASS introvert zijn. We hebben naast de symptomen allemaal een eigen persoonlij­kheid. Ik heb ook veel liefde te geef, in tegenstell­ing tot wat mensen vermoeden. Daten is moeilijker. Ik kan niet tegen onvoorspel­bare situaties, die maken me heel zenuw

Maaike Ottoy. © rr

achtig. Ik probeer wel te daten, maar blok dat weer even snel af. In een ideale wereld kwam er iemand aan mijn deur staan die zei: “Maaike, ik voldoe aan het lijstje in je hoofd, hier ben ik dan” (lacht). Eerlijkhei­d en duidelijkh­eid zijn het belangrijk­st. Dan kan ik heel liefdevol zijn. Maar wanneer ik het moeilijk heb, loop ik het risico om te vereenzame­n.’

Ook een terugkeren­d thema in Ottoys collages: paniek en angst. De politie die een ziekenhuis belegert, of een trui met het opschrift ‘don’t panic’. ‘Ben jij dan niet bang als er politie in de buurt is?’, vraagt Ottoy. ‘Ik denk dan altijd dat ik iets misdaan heb. Het is ook de reden dat ik blokkeer bij strenge mensen. Ik ben enorm plichtsbew­ust en zal nooit de regels overtreden, maar strenge, autoritair­e mensen bevestigen mijn gevoel dat er iets mis met me is, dat ik het fout aanpak.’

Vrouwen met ASS geven vaak aan dat sociaal contact hen veel energie kost. Vanwege heftig wisselende stemmingen en onhandighe­id in sociaal contact ontstaat het risico op een verkeerde diagnose, zoals borderline. Ook bij Ottoy leek geen enkele therapie echt aan te slaan, waardoor het gevoel dat er iets mis is blijft hangen, met daaraan gekoppeld het eeuwige schuldgevo­el. The rest of the world was screaming black and white, but we were screaming color: bij elke collage plakt Ottoy een liedjestek­st, hier een zanglijn van Taylor Swift. ‘Ik heb vaak het gevoel dat ik in een eigen wereld leef die niet bestaat, enkel in mijn hoofd. De collages maken die wereld bevattelij­ker. Ze zijn chaotisch, er staan veel dingen bij elkaar. Maar het kan, want het staat in een boek (lacht). Ik denk meestal in zwartwit, de collages zijn mijn grijze zone.’

‘Als ik eerlijk ben met mezelf, moet ik toegeven dat er nog heel wat downs zijn. Als het niet wit is, dan is het overduidel­ijk zwart. In therapie heb ik geleerd wat ik moet doen wanneer er zich een zwarte periode aandient. En van een goede vriendin leerde ik dat je niet elk moment van de dag gelukkig moet zijn. Iedereen heeft donkere momenten, of je nu ASS hebt of niet. Met dit boek heb ik mijn droom kunnen realiseren en ik wil mensen aansporen om ook hun dromen te volgen. Het is mogelijk, voor iedereen. Blijf alleen in jezelf geloven.’ Bij het afscheid vang ik toch nog een glimp op van Ottoys goudgroene ogen. Ze blinken onstuimig en

vol levenslust.

24 jaar lang ploegde Maaike Ottoy onverminde­rd voort in het leven. De vraagteken­s kostten haar een burnout, een relatiebre­uk en een jaar op psychiatri­sche afdelingen

 ??  ??
 ??  ?? ‘Ondanks donkere gedachten kies ik vaak voor vrolijke kleuren.’
‘Ondanks donkere gedachten kies ik vaak voor vrolijke kleuren.’
 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium