‘Mensen doen alsof we vuil en vies zijn’
Vasile, een dertiger uit Roemenië, houdt van hoge hakken. Hij tut zich graag op. Dat hij nu een gekregen jas van DRC Denderleeuw draagt en een lange onderbroek onder zijn gedemodeerde jeans, vindt hij verschrikkelijk. ‘Deze jongen houdt van luxe’, zegt Vasile terwijl hij zijn lange haren uit zijn gezicht strijkt. Ze moeten dringend gewassen worden.
Omdat Vasile te lang te smalle schoenen heeft gedragen, heeft hij een knobbel aan de zijkant van zijn voet. Bovendien heeft hij last van schimmel omdat hij altijd dezelfde, natte kousen draagt. ‘Ik ben over een drempel gemoeten, vooraleer ik stapschoenen kon aantrekken. Zeg nu zelf: het ziet er niet uit.’
Niet zo lang geleden woonde hij in Duitsland en Zwitserland. ‘Ik woonde bij een rijke zakenman. Eerst was het zalig. Maar daarna werd die man kwaad op mij. Omdat ik te veel rookte, omdat ik te veel praatte. Op een dag heb ik gezegd:
saluut en de kost. En ik ben vertrokken.’ Zijn mond staat niet stil, terwijl hij op de behandeltafel ligt. Maar als de voetverzorger aan zijn tenen komt, springt hij een meter omhoog. ‘Darling, niet mijn tenen. Dat kietelt.’ Feest op de walletjes
Dan vertelt hij over hoe hij heel Europa heeft rondgereisd. ‘Denemarken, Zweden, ook Amsterdam was tof. De walletjes, wat een feest. Ik heb zoveel vriendjes gehad, dat kun je niet op twee handen tellen. Maar niemand bij wie ik wil de blijven.’
Vasile wil graag werken, maar alleen voor zichzelf. Hij probeerde een poetsbedrijf te beginnen in Zwitserland. ‘De verkeerde mensen hebben het kapot gemaakt. Er was een Braziliaan die ik werk had gegeven, maar hij begon te stelen. Hij viel me lastig. Toen ben ik vertrokken naar Brussel. Enkele weken geleden lag ik in het station te slapen en ben ik opnieuw bestolen. Mijn papieren zijn weg, en al het geld dat ik nog had.’
‘Nu zit ik hier, in de daklozenopvang. Maar niet voor lang: zodra ik weer wat geld heb, reis ik naar Canada. Een vriend heeft me verteld dat vooroordelen er niet bestaan. In Europa krijgen Roemenen geen kans. Mensen doen alsof we vuil en vies zijn.’
‘Zodra ik weer wat geld heb, reis ik naar Canada. Een vriend heeft me verteld dat vooroordelen daar niet bestaan’