‘Buurtregisseur’ moet band tussen politie en wijk versterken
Om het contact met de wijken te verbeteren, stelt de Brusselse politie ervaren politiemensen aan als ‘buurtregisseurs’.
BRUSSEL I Net zoals andere korpsen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ervaart de zone BrusselHoofdstad/Elsene een kloof tussen de politiemensen en de inwoners van bepaalde wijken. Getuige daarvan de bij momenten gewelddadige schermutselingen tussen (jongeren)bendes en patrouilles.
In theorie staan wijkinspecteurs in voor die rechtstreekse lijn met de Brusselaars. In realiteit verliezen zij veel tijd met administratieve taken en uitgestelde verhoren, of moeten ze gaten vullen bij bijvoorbeeld de beveiliging van evenementen. De Brusselse korpschef Michel Goovaerts wil daarom de functie van ‘buurtregisseur’ in het leven roepen.
‘Hun taak zal erin bestaan oplossingen te zoeken op maat van de wijk’, zegt Goovaerts. ‘De bedoeling is dat ze zich zo weinig mogelijk moeten bezighouden met administratie, maar echt aanwezig zijn in de wijk. Ze zullen contacten onderhouden met scholen, huisvestingsdiensten, wijkcomités en alle andere betrokkenen in een buurt. Hun aanwezigheid in de wijk moet voelbaar zijn.’
Voor de invulling van de functie van buurtregisseur kijkt Goovaerts naar de hoofdinspecteurs in zijn korps. Die graad bij de poli tie situeert zich in het middenkader. Hoofdinspecteurs hebben gewoonlijk leidinggevende taken.
‘Onder onze hoofdinspecteurs in de afdelingen bevinden zich zeer bekwame mensen, vaak met een universitair diploma. Een volgende stap in hun carrière zou de doorstroming naar commissaris kunnen zijn, maar dat is niet zo eenvoudig. De vaardigheden die ze hebben opgebouwd bij de politie, zoals autonoom werken, zouden uitstekend van pas komen als buurtregisseur. Je hebt valabele mensen nodig die durven de regie op zich te nemen en mensen bij elkaar te brengen.’
Volgens Goovaerts werkt op dit moment geen enkel ander korps in ons land met dit soort functie, die de brug slaat tussen de directie van een korps en de wijkwerking. ‘Andere zones hebben dat niet per se nodig’, zegt hij. ‘Wij zijn een zeer grote zone (het kader telt 2.600 mensen, red.). Dat maakt het minder eenvoudig om een fijnmazig netwerk te hebben dat tot diep in de wijken reikt. Dit zal de politie daar echt versterken.’
Risico op blinde vlek
Overlapping met de opdrachten van de wijkinspecteurs wordt er niet verwacht. De wijkpolitie staat bijvoorbeeld in voor de opsporing van radicalisme en de controles bij domiciliëringsaanvragen. Brussel kent jaarlijks een verloop van dertig procent. ‘Het is een stevige taak om daarop toe te zien’, zegt Goovaerts. ‘Molenbeek had daar een groot probleem mee. Ze hadden onvoldoende capaciteit in het korps en moesten natuurlijk voorrang geven aan de noodhulp, waar de wijkwerking onder leed. In een stad of gemeente met veel verloop riskeer je zo een blinde vlek te creëren.’
De politie probeert ook meer te rekruteren onder Brusselaars, onder meer door in de basisgraad van ‘agenten’ aan te werven. Die rekruten hoeven geen diploma te hebben, maar het statuut is lange tijd niet populair geweest omdat agenten minder bevoegdheden hebben. ‘Wij zijn er altijd blijven aanwerven, ondanks de kritiek’, zegt Goovaerts. ‘Voor velen is dat de ideale ingang. Daarna kunnen ze doorstromen. Op dit moment volgen 67 van onze agenten de opleiding tot inspecteur.’
‘Ze zullen contacten onderhouden met scholen, huisvestingsdiensten, wijkcomités en alle andere betrokkenen in een buurt’ MICHEL GOOVAERTS Korpschef Brusselse politie