De Standaard

Iets buitengewo­ons deden

-

een treinbegel­eider in uniform voorbij zag rennen. De deur gleed open en Ayoub elKhazzani, een Marokkaan die toen 25 was, kwam binnen. Hij droeg een AK47 en op zijn borst een rugzak die later honderden stuks munitie bleek te bevatten.

Intussen zat Stone tussen de stoelen gehurkt. Een fractie van een seconde later kwam hij overeind – hij is een meter negentig – en besprong hij elKhazzani in de gang. In zijn boek schrijft hij dat hij besefte dat hij een kogelregen kon verwachten, maar hij dacht dat de anderen een kans zouden hebben als hij de schutter lang genoeg kon vertragen.

‘Op het moment zelf dacht ik niet veel na’, zegt Stone. ‘Maar wanneer ik erop terugkijk, zie ik dat we gewoon nergens heen konden. We zaten op een rijdende trein, midden op het platteland en die man had een machinepis­tool. We konden ofwel blijven zitten en wachten tot hij ons neerschoot, ofwel proberen iets te doen.’

ElKhazzani probeerde te schieten, maar zijn wapen blokkeerde miraculeus. De twee mannen vielen vechtend op de vloer. Skarlatos kwam zijn vriend ter hulp, terwijl de terrorist een pistool trok en Stone probeerde neer te schieten. Daarna hakte hij er met een mes op los – Stone werd in zijn nek gestoken en verloor bijna zijn duim. Toch slaagde hij er in elKhazzani in een wurggreep te nemen en in bedwang te houden tot de Marokkaan het bewustzijn verloor.

Terwijl Skarlatos en de Brit, Chris Norman, elKhazzani met stropdasse­n vastbonden, ging Stone naar Moogalian, die een schotwond in de nek had. Stone kon het bloeden stelpen tot de trein een halfuur later in het station van Arras stopte en de politie en ambulancie­rs het overnamen.

Op weg naar het lot

Hoe voelde het om die brutale episode opnieuw te beleven? ‘Eigenlijk was het filmen best leuk’, zegt Skarlatos, maar hij noemt het ook onwerkelij­k en vreemd. ‘We zagen de mensen van toen terug (ook de vrouw van Moogalian en een aantal personeels­leden van de trein deden mee, red). Ray (Corasani, de acteur die elKhazzani speelt, red.) leek heel erg op de terrorist. Het was geen traumatise­rende of negatieve ervaring. Maar het was zo echt dat je heel gemakkelij­k dezelfde emoties voelde en bang of boos werd. Je kon die opstoot van adrenaline voelen.’

Hij benadrukt dat er geen doden zijn gevallen. Moogalian heeft het overleefd en Skarlatos hoeft niet verder met de wetenschap dat hij iemand heeft gedood. Dat had gekund: terwijl Stone de terrorist in bedwang probeerde te houden, zette Skarlatos de loop van de AK47 tegen elKhazzani’s hoofd en haalde hij de trekker over. Het wapen vuurde niet. Als het wel had gewerkt, was Stone waarschijn­lijk ook dood geweest.

Was het filmen een catharsis? Dat bevestigen ze allemaal. ‘We werden er opnieuw mee geconfront­eerd en leerden veel over het leven van elKhazzani’, zegt Skarlatos. ‘Het is goed dat we ons verhaal nu voor eens en voor altijd hebben kunnen vertellen. En we doen het in een film van Clint Eastwood. Beter kun je niet wensen.’

Ze denken alleen aan de aanslag als er in interviews naar wordt gevraagd, vertellen ze. ‘Het houdt ons niet bezig’, zegt Stone. ‘We laten er ons niet door verlammen.’ Vragen ze zich nooit af hoe het anders had kunnen gaan? Wat als ze gevlucht waren in plaats van te vechten? Wat als de vermeende terrorist – elKhazzani, die in Frankrijk op zijn proces wacht en de beschuldig­ing van terrorisme ontkent – erin geslaagd was een van hen te doden en nog meer slachtoffe­rs had gemaakt? ‘Daarover heb ik wel nagedacht’, zegt Sadler. ‘Je kunt daar niet omheen, zeker niet als er weer een aanslag wordt gepleegd en je de krantenkop­pen ziet. Ze geven altijd een cijfer: 50 doden, 5 doden … Wij hadden ook zo’n cijfer kunnen zijn, veel heeft dat niet gescheeld.’

De film suggereert dat het allemaal geen toeval was: de drie mannen waren op weg naar hun lot. ‘Dat hebben we niet zo gezegd, maar het is wel op echte gesprek ken gebaseerd’, zegt Stone. Ze zijn alle drie gelovig – ze werden vrienden op een christelij­ke school, ze waren vaste kerkganger­s, Sadler is de zoon van een dominee – en hebben gezegd dat ze geloven dat ze die dag door God werden geleid en beschermd. ‘Op het ogenblik zelf beseften we dat niet, maar achteraf lijkt het een beetje alsof heel ons verleden ons op die aanslag in de trein had voorbereid.’

De film wil een verhaal vertellen over gewone mensen die iets buitengewo­ons doen, maar dat is een optimistis­che interpreta­tie. Uiteindeli­jk had Stone de terrorist niet kunnen overmannen als hij niet in jiujitsu was getraind. Zonder de medische kennis die hij op het slagveld had opgedaan, had hij Moogalians leven niet kunnen redden. En zonder zijn militaire opleiding had Skarlatos het wapen niet kunnen gebruiken en onschadeli­jk maken.

De aanslag heeft hun leven veranderd. Onderschei­dingen, een ontmoeting met Barack Obama in het Witte Huis, optredens in praatprogr­amma’s, potentiële filmcarriè­res. In welk opzicht zijn zij zelf veranderd? Skarlatos: ‘Ik ben dankbaar voor elke dag dat ik leef.’ Stone: ‘Want als we hier één ding uit hebben geleerd, is dat je nooit weet wat er kan gebeuren.’

‘Ik twijfelde, omdat zoiets niet kan. Mensen spelen zichzelf niet’ ANTHONY SADLER

‘Op het ogenblik zelf beseften we het niet, maar achteraf lijkt het alsof heel ons verleden ons op die aanslag in de trein had voorbereid’ SPENCER STONE

‘The 15:17 to Paris’ loopt vanaf woensdag in de zalen.

 ?? © warner bros. pictures ??
© warner bros. pictures

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium