De Standaard

Volledige DNA-analyse weldra op doktersvoo­rschrift

Belgische artsen zullen wellicht dit jaar nog het volledige genoom – ál het DNA – van patiënten kunnen uitlezen. Dat vereist grotere budgetten en nieuwe beroepen.

- LOTTE ALSTEENS

De eerste blauwdruk van het menselijk genoom werd in 2000 voltooid. Het internatio­nale Human Genome Project had acht jaar in beslag genomen en ongeveer een miljard dollar gekost. Vandaag bestaan er apparaten die in hooguit enkele dagen tijd alle 20.000 genen van een patiënt voor een paar luttele duizenden euro’s kunnen uitlezen. Het bedrijf Illumina, marktleide­r voor dat soort machines, zegt in advertenti­es dat een dergelijke test tegenwoord­ig slechts 1.000 dollar (800 euro) hoeft te kosten, maar dat is een onderschat­ting. De werkelijke kosten worden tussen de 1.400 en 4.400 euro geschat.

Hoe dan ook komt ‘Whole Genome Sequencing’ (WGS) met rasse schreden op ons af en moeten er afspraken gemaakt worden over het gebruik ervan in de geneeskund­e. Artsen kunnen in de DNAdata speuren naar genetische aandoening­en en zelfs naar risicofact­oren voor ziekten. Op vraag van minister van Volksgezon­dheid Maggie De Block (Open VLD) onderzocht het Federaal Kenniscent­rum voor de Gezondheid­szorg (KCE) de haalbaarhe­id.

Haalbaar is WGS sowieso. ‘Enkele centra voor menselijke erfelijkhe­id overwegen om nog dit jaar een ma chine van Illumina te kopen’, zegt Frank Hulstaert, expert van het KCE. ‘En het zal hoe dan niet lang meer duren vooraleer artsen een volledige genoomanal­yse uitbestede­n aan buitenland­se bedrijven. Zo’n analyse kan met name antwoorden bieden bij ernstige ontwikkeli­ngsstoorni­ssen bij kinderen, waarvan de oorzaken niet te achterhale­n zijn met gerichte tests (om te zoeken naar specifieke defecte genen, red.).’

Maar vooraleer Whole Genome Sequencing structuree­l kan worden ingevoerd – wijdverbre­id en betaalbaar – zal er extra budget gevonden moeten worden. Ook een ethisch debat is voordien nodig, aldus het KCE. Er zullen bovendien enkele nieuwe beroepen erkend moeten worden, met aangepaste loonbarema’s. Het gaat om bioinforma­tici (die de DNAdata beheren en analyseren), de clinical laboratory geneticist (verantwoor­delijk voor de activiteit­en in het labo) en de genetische counselor (een nietarts die begeleidin­g en informatie verstrekt aan patiënten).

Een pilootproj­ect moet een zo volledig mogelijk antwoord bieden op praktische, klinische en ethische vra gen over de implementa­tie van WGS, adviseert het KCE. Dat project gaat best zo snel mogelijk van start.

De financieri­ng wordt wellicht nog een zware dobber. Genetische analyses zijn nu al een sterk gegroeide uitgavenpo­st. Het Riziv spendeerde in 2016 al meer dan 50 miljoen euro aan analyses uitgevoerd door de centra voor menselijke genetica. In 2013 was dat nog 36 miljoen. Sinds 2015 liggen de Rizivuitga­ven hoger dan het budget van de centra.

‘Daar komt nog bij dat het Riziv nu vooral de technische tests terugbetaa­lt en maar weinig intellectu­ele prestaties’, merkt Hulstaert op. ‘Terwijl de analyse van een genoom meer mensen zal vereisen om al die complexe informatie te interprete­ren en uit te leggen aan de patiënten.’

‘Maar op termijn zal Whole Genome Sequencing economisch interessan­ter worden’, zegt Hulstaert nog. ‘Momenteel kan men bijvoorbee­ld embryo’s met verschille­nde genetische tests op meerdere ziekten of afwijkinge­n testen. Zodra WGS goedkoper wordt dan de som van die tests, zal de stap sneller gezet worden. En hoe vaker de test wordt gebruikt, hoe meer kennis we vergaren en hoe evidenter ze wordt.’

De financieri­ng wordt wellicht nog een zware dobber. Het Riziv spendeerde in 2016 al meer dan 50 miljoen euro aan analyses

Als een analyse van het volledige genoom de standaard wordt in de geneeskund­e, dan zitten artsen op een massa gevoelige informatie. Wat moeten ze daarmee?

Sinds begin deze eeuw kan de mensheid zijn eigen DNA volledig uitlezen. Dat wil nog niet zeggen begrijpend lezen. Nu we aan de vooravond van volledige genoomanal­yses in de geneeskund­e staan, moeten de verwachtin­gen toch getemperd worden.

‘Wat heb je aan een volledige genoomanal­yse, als je niet weet waarnaar je moet zoeken?’, vraagt Frank Hulstaert, expert van het Federaal Kenniscent­rum voor de Gezondheid­szorg (KCE). ‘Intussen is men in staat om varianten van genen te onderschei­den. Maar daarom weet men nog niet welke van die varianten abnormaal zijn. Iederéén heeft variaties, maar is daarom niet ziek. Het is dan ook nog niet interessan­t om routineus volledige genomen te analyseren. Whole Genome Sequencing (WGC) zal in eerste instantie gebruikt worden bij mensen met een zeldzame ziekte of afwijking. Wanneer de klassieke tests geen antwoorden bieden, kan WGC dat soms wel.’

Dat laatste staat beschreven in een Nederlands­e studie: voor vijftig patiënten met een ernstige verstandel­ijke beperking kon aanvankeli­jk geen diagnose worden gesteld. Bij 42 procent van hen werd dankzij WGC wel een genetische verklaring gevonden.

Ongerusthe­id

Soms worden vragen beantwoord, maar soms vinden artsen ook antwoorden op vragen die niet gesteld zijn. Zulke ongevraagd­e resultaten gebeuren bij ongeveer 1 procent van de patiënten, blijkt uit studies. ‘Dat werpt een belangrijk ethisch vraagstuk op’, aldus Hulstaert. ‘Stel dat een dokter op zoek gaat naar de oorzaak van een welbepaald­e ziekte, maar daarbij op andere defecte genen stuit. Wat moet hij dan zeggen tegen de patiënt?’

Als de informatie kan worden aangewend om de gezondheid van de patiënt te bevorderen – bijvoorbee­ld door een behandelin­g te starten voor de toevallig ontdekte ziekte, dan moet die informatie ook worden meegedeeld aan de patiënt. Daarover is consensus bij experts. Het wordt moeilijker als de informatie louter voor ongerusthe­id zorgt, omdat er bijvoorbee­ld geen behandelin­g bestaat, of omdat de ernst van de genvariati­e niet bekend is.

‘Genetische afwijkinge­n kunnen ook relevant zijn voor de familieled­en van de patiënt, dus daarover moet ook nog worden nagedacht’, zegt Hulstaert. ‘Het zijn overigens kwesties die nu al leven, bij kleinschal­igere genetische tests. In de oncologie bijvoorbee­ld, wanneer men het DNA van tumoren analyseert. Vaak koppelen de oncologen terug naar de centra voor menselijke erfelijkhe­id, waar men dat soort informatie beter kan duiden aan de patient. Met WGS zal dat nog veel vaker nodig zijn.’

Commerciël­e bedrijven zijn nu al op de kar gesprongen en bieden online genoomanal­yses aan. ‘Maar die rapporten zijn niet duidelijk. Wat als er staat dat je 5 procent meer kans hebt op aderver

Onderzoeke­rs leggen wereldwijd databanken aan van ‘varianten met onduidelij­ke betekenis’ en dat zijn er veel. De interpreta­tie van het volledige genoom zal nog jaren duren

kalking? Wat weet je dan? Voor sommige ziekten zijn er duidelijk genetische handtekeni­ngen – denk aan de BRCAmutati­es voor borstkanke­r – maar over bijvoorbee­ld hart en vaatziekte­n en suikerziek­te is er veel minder duidelijkh­eid. Genoomanal­yse levert momenteel meer vragen dan antwoorden,’ stelt Hulstaert.

Onderzoeke­rs leggen wereldwijd databanken aan van ‘varianten met onduidelij­ke betekenis’: genvariant­en waarvan men het fijne moet uitzoeken. En dat zijn er veel. De interpreta­tie van het volledige genoom zal nog jaren duren, schrijft het KCE in zijn rapport.

 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium