Achter glas
Voor het eerst wordt de Grote Oorlog geëxposeerd vanuit de archeologie. Wat vertelt het landschap van de Westhoek over hoe het er honderd jaar geleden toeging? Het is een welsprekende getuige.
Van Willy Roth blijft vandaag het volgende over: twee ingedeukte leren schoenen, zes knopen, 1 muntje en een half geslepen potlood. De Duitse soldaat sneuvelde in juni 1917 in Wijtschate, een klein dorpje ten zuiden van Ieper. Met twintig kameraden lag hij bijna een eeuw verborgen in een granaattrechter in de Vlaamse klei.
Vandaag is Roth een kijkkastje. In de expositie Sporen van oorlog staat hij met acht andere Duitsers (schoenen, kammen, knopen, zakmessen) tentoon. In hun hoekje staan ze voor een scherp belichte houten doodskist, waarin een van hen lag. Van de anderen is zelfs de identiteit niet bekend.
Daarover gaat Sporen van oorlog. Welke verhalen vertelt het land ons vandaag? De expositie toont wat opgravingen in de Westhoek de voorbije tien jaar blootlegden. Loopgraven, mijngangen, flessen en bestek, munitie en skeletten. Dus ook persoonlijke bezittingen, losgekoppeld van hun eigenaars, die in Langemark netjes herbegraven werden.
Zo kregen ze alsnog het respect dat ze niet konden krijgen in juni 1917. Toen werden ze overhaast in kraters gedumpt, drie verdiepingen op elkaar. Toen de Britten de Duitse frontlijn opbliezen met genoeg vuurwerk om tot in Londen gehoord te worden, was de wereld Blikvanger van de expo is een zandbak met twee skeletten van rijdieren.
immers verschrikkelijk en werkte zelfs het geoliede evacuatiesysteem voor lijken niet meer.
Kijkkastjes
De expositie is goed doordacht. Maximaal is de verhaalsetting, minimalistisch de materiële invulling. Dat is een goeie keuze. Een dertigtal monumentale panelen tonen beelden van soldaten, landschappen en situaties van toen. De leesteksten zijn kort en helder. Daartussen staan sobere kijkkastjes of zijn stukjes loopgraaf neergezet. Je wordt in het verhaal gezogen, maar er niet door verpletterd.
Blikvanger is een zandbak met twee skeletten van rijdieren. Vandaag zijn de rechten van dieren veelbesproken, toen niet. Maar Persoonlijke bezittingen die in de Westhoek zijn opgegraven.
paarden en muildieren speelden een belangrijke rol in de Grote Oorlog, en ze hadden er geen luizenleven. Hoeveel er stierven door granaten, ondervoeding en ziekte is niet bekend: ongetwijfeld een paar miljoen.
Verderop wordt uitgelegd hoe de loopgraven stelselmatig beter werden. Omdat soldaten diep in het water stonden, werd het Aframe uitgevonden: voorgebouwde gangstructuren waar het water onderdoor kon lopen. Ook dat is oorlog, ellende dwingt tot innovatie. Wie wil weten hoe claustrofobisch mijngangen waren, kan zijn hoofd in een stukje steken. Ontdaan van water, duisternis en ratten lijkt de dikhouten constructie bijna een fijn stukje Scandinavisch design.
Tussendoor: loden shrapnel, geblutste helmen, conservenblikken en verkoold brood. Het dagelijkse leven is wat de aarde ons vandaag laat zien. En de littekens: op Lidaranalyses en luchtfoto’s kan de bezoeker interactief het landschap van Wijtschate, Ploegsteert en Bellewaerde oproepen zoals de oorlog het verminkt achterliet.
‘In de jaren zeventig werd bij de aanleg van de autoweg naar Ieper “geen enkel lichaam” gevonden. Dat kan niet, weten we nu’
Archeologie
Er waren veel jonge archeologen op de opening: de expositie is een erkenning van hun beroep, dat in de 21ste eeuw aan profilering won. Jef Verschoore, voorzitter van het In Flanders Fieldsmuseum, liet niet na te vergelijken: ‘In de jaren 70 werd bij de aanleg van de autoweg naar Ieper “geen enkel lichaam gevonden”. Dat kan niet, weten we nu.’
De houding tegenover dit gevoelige erfgoed is veranderd, wetenschappelijk onderzoek heeft amateurisme vervangen. Rik Van de Walle, rector van de Universiteit Gent, legde uit hoe zijn instelling interdisciplinair de problemen van de tijd wil aanpakken, in samenwerking met lokale instanties.
De winst is kennis en respect. We leren hoe de oorlog zich op het terrein afspeelde en we kunnen meer respect tonen voor de namen die we vinden. GrootBrittannië mist nog 55.000 van hen, Duitsland weet niet eens hoeveel er nog ‘in Flanders fields’ zitten. In afwachting eert Sporen van oorlog hen met een intieme blik in hun dagelijkse leven.
JEF VERSCHOORE
Voorzitter In Flanders Fieldsmuseum
Tierenteynmosterdpot.