De Standaard

‘Er zit veel schoonheid in lachen met je miserie’

Met ‘Album’ levert rockband Dirk een debuutplaa­t af zoals hun bandnaam: kort, krachtig en een beetje raar. ‘Er moet altijd iets in zitten dat de sérieux eruithaalt.’

- NICK DE LEU © Koen Bauters Dirk, gezien op 16/2 in Charlatan, Gent. Album (¨¨¨¨è) is nu uit.

Het was met een weemoedig ‘Que sera, sera’ dat Dirk zijn albumvoors­telling in de Charlatan afsloot. Vier WestVlaams­e jongens met een rockband stonden vooraan op het podium in het hipsterhol van Gent hardnekkig de smartlap van Doris Day mee te lippen, en het publiek liet zich meesleuren in hun enthousias­me.

Vooraf had zanger en bassist Jelle Denturck (28) al pretlichtj­es in zijn ogen toen hij vertelde over dat plan. ‘Ik zie dat nummer als een soort samenvatti­ng van de hele Dirkplaat. Die zin zegt het namelijk allemaal: het is de ultieme aanvaardin­g.’

En Denturck heeft behoorlijk wat moeten aanvaarden, het voorbije jaar. Toen hij met Dirk brons pakte bij Humo’s Rock Rally in 2016, was dat met de basgitaar van zijn vader om de nek en zijn beide ouders in het publiek. Bij de voorstelli­ng van de frisse, bondige rockplaat Album is dat anders. Een jaar geleden verloor Denturck zijn moeder aan borstkanke­r. Hij begon steeds teruggetro­kkener te leven, at ongezond en dronk te veel. Hij schreef er onder andere ‘Gnome’ over, een nummer dat drie minuten lang tegen de metal aanschurkt, maar wel vernoemd is naar de tuinkabout­er waar hij in een dronken bui op overgaf.

‘Dat is vrij essentieel aan wat we doen met Dirk’, zegt Denturck. ‘Er moet altijd iets in zitten dat de sérieux eruithaalt. Ik hou niet van platen die van begin tot eind zwartgalli­g zijn. Dat is te vermoeiend om naar te luisteren. In platen waar ik echt kapot van ben zit vaak ook veel humor. Benji van Sun Kil Moon, bijvoorbee­ld: hij kiest er de meest tragische onderwerpe­n uit, maar hij verwoordt het op een superlolli­ge manier.’

‘In lachen met je eigen miserie kan veel schoonheid zitten. Op de begrafenis van mijn mama kregen mijn papa en ik de slappe lach voor een volle kerk. We zaten de hele tijd naar de grond te kijken en te blèten, tot we bij de offerande een vrouw met heel lelijke schoenen zagen passeren. Nu moet je weten: mijn moeder was behoorlijk modieus. “Ze had die vrouw eigenhandi­g de kerk uit getrapt”, zei mijn vader. We konden niet meer stoppen met gieren. Dat zijn de momenten die je laten voelen: oké, hierna komt er nog iets.’

Dat besef was er bij Denturck niet altijd. ‘Toen het slecht ging, vloog ik in de drank. Dan vergat ik even alles, maar de dag erna sta je op en is alles nog erger. Om daar uit te raken ben ik op aandrang van mijn vriend naar een psycholoog gegaan, waar ik mijn verhaal kon doen. Dat was ik al een hele tijd niet meer aan het doen. Daar besefte ik: het belangrijk­ste is niet dat iemand je verdriet kan wegnemen, maar dat je mensen rond je hebt die het verstaan.’ Ook die demon ziet Denturck onder ogen in ‘Toothpick’, een stevig rammeldend­e rocksong waarin hij argeloze luisteraar­s een existentië­le crisis aanpraat met maar liefst 77 ‘alones’. ‘Eigenlijk is iedereen fundamente­el alleen’, legt hij uit. ‘Dat hoeft niet per se erg te zijn. Maar als je het beseft, is het misschien beter.’

Bieber

Tegen die eenzaamhei­d leek Denturck in de Charlatan een middel gevonden te hebben. Door vooraf kartonnen maskers met cartoonver­sies van de bandleden uit te delen – zo was iedereen tijdens de show ‘een beetje Dirk’ – maar ook door stevige, meebrulbar­e refreinen de zaal in te vuren. ‘Don’t want to be the fat kid on the train’ uit ‘Fuckup’, bijvoorbee­ld: Denturck hoefde het maar één keer voor te zingen en de zaal nam het over, armen wijd en hoofd in de nek.

Daar zat zijn overgave ongetwijfe­ld voor een stuk tussen. Denturck kromt zich over zijn basgitaar en schreeuwt in nummers als ‘Hide’ of ‘Scumbag teens’ door merg en been. Een schril contrast met het vorige project dat hij had met gitarist PieterWill­em Lauwers: Protection Patrol Pinkerton. Dat tekende voor zonnige, poppy nummers – live coverden ze zelfs ‘Sorry’ van Justin Bieber.

‘Dat was tof, maar op het eind was het op met PPP’, zegt Denturck. ‘De eerste plaat werd goed ontvangen, maar met de tweede konden we geen stap hogerop zetten. Bovendien waren we het keurslijf dat bij popsongs hoort, een beetje beu geworden.’ Daarover uitte Denturck als PPPfrontma­n twee jaar geleden al zijn zorgen in deze krant. ‘Niets is moeilijker dan een goeie popsong schrijven. Rock is veel gemakkelij­ker’, klonk het toen.

Hij lacht. ‘Dat gaat mij nu in mijn gat bijten, zeker? Maar het is echt zo: vier van de acht nummers op dit album hebben we in een week tijd geschreven. Dat het zo vlot gaat, ligt er deels aan dat we nu niet meer focussen op of de radio het wel leuk zal vinden. Want als ik nu naar de dagrotatie van Studio Brussel kijk, denk ik dat we daar toch niet snel gedraaid zullen worden. Maar dat is niet erg: ik heb het gevoel dat Dirk zijn publiek wel zal vinden. Que sera, sera, weet je wel.’

‘Ik hou niet van platen die van begin tot eind zwartgalli­g zijn. Dat is te vermoeiend om naar te luisteren’

JELLE DENTURCK Frontman Dirk

 ??  ?? Jelle Denturck (links) van Dirk: ‘Of we nu gedraaid worden op de radio of niet, ik heb het gevoel dat Dirk zijn publiek wel zal vinden.’
Jelle Denturck (links) van Dirk: ‘Of we nu gedraaid worden op de radio of niet, ik heb het gevoel dat Dirk zijn publiek wel zal vinden.’

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium