De Standaard

Extra stroken, extra verkeer

Ben Weyts wil mensen verleiden om vaker de fiets te nemen, maar wil tegelijk de wegcapacit­eit voor auto’s vergroten. Hoe kan dat nu een oplossing zijn voor het fileleed, vragen KAREL BRITS, DIRK DEDONCKER en WOUTER FLORIZOONE zich af.

- Deze tekst wordt mee onderschre­ven door Cathy Macharis (VUBMOBI, duurzame mobiliteit en logistiek), Dirk Lauwers (UAntwerpen, bouwkunde, stedenbouw en ruimtelijk­e ordening, specialisa­tie ‘verkeer en mobiliteit’), Kris Peeters (PCVO Limburg, verkeersku­nd

Minister van Mobiliteit Ben Weyts (NVA) gaf onlangs terecht aan dat er steeds meer auto’s bijkomen en dat de ruimte in Vlaanderen beperkter wordt, ook voor diezelfde auto. Dat deed hij op het Vlaams Congres Verkeersve­iligheid. Meer auto’s op minder beschikbar­e ruimte, dat levert problemen op. Even later, in een panelgespr­ek met onder meer de Gentse schepen van Mobiliteit Filip Watteeuw (Groen), weigerde de minister de keuze te maken om resoluut in te zetten op vervoersmi­ddelen die diezelfde ruimte efficiënte­r gebruiken: openbaar vervoer en de fiets. Hij wil de automobili­st verleiden voor alternatie­ven te kiezen én de wegcapacit­eit vergroten, het bekende enenverhaa­l.

Enkele dagen later volgde de uitleg over hoe de minister dat enenverhaa­l ziet, met de aankondigi­ng dat er 1,5 miljard euro wordt geïnvestee­rd in mobiliteit­smaatregel­en, een recordbedr­ag volgens hem (DS 10 maart). Het gaat vooral om bijkomende spitsstrok­en, met uitzonderi­ng van een verdwaalde fietsbrug over een autosnelwe­g, om ‘de automobili­st te verleiden naar alternatie­ven zoals de fiets’, aldus de minister.

Meer asfalt helpt geen bal

Hebben die investerin­gen zin? Op korte termijn zal er allicht een verbeterde doorstromi­ng zichtbaar zijn op de snelwegen tijdens de spits. Maar op middellang­e termijn zullen de files terugkeren. Als je investeert in extra capaciteit, trekt dat meer gemotorise­erd verkeer aan en zullen de filelengte en fileduur weer toenemen of zich verplaatse­n.

Dat bewijzen cijfers uit Nederland. Vaak wordt ons buurland op mobiliteit­svlak als goed voorbeeld aangehaald. De verkeersli­chten zijn er ‘slim’, kruispunte­n conflictvr­ij en van zijn fietsinfra­structuur kan Vlaanderen alleen maar dromen. Maar tien jaar geleden waren er ook daar te veel files. De toenmalige regering van VVD en PvdA besloot miljarden te investeren in bijkomende wegcapacit­eit om de files te bestrijden. Tussen Utrecht en Amsterdam werden de bestaande vier rijstroken ‘opgewaarde­erd’ tot tien. Missing links werden aangepakt en talloze wegen verbreed. Enkele jaren later lazen we de eerste alarmkrete­n en verschenen er krantenkop­pen over de toenemende files.

Waarom zijn de files weer zo lang geworden? De VID, de Nederlands­e Verkeersin­formatiedi­enst, zag twee verklaring­en. Door de economisch­e groei waren er 130.000 extra krachten op de arbeidsmar­kt. Hoewel die niet allemaal in de auto stapten, had een deel van hen dat wel gedaan. Een tweede, nog belangrijk­ere verklaring was psychologi­sch. Doordat het met de vele capaciteit­suitbreidi­ngen weer wat vlotter ging, kozen meer mensen voor de auto én waren andere automobili­sten teruggekee­rd naar het traditione­le spitsrijde­n en gingen ze dus ’s ochtends of ’s avonds weer wat later de weg op.

Ligt de oplossing dan in meer wegen aanleggen of verbreden? ‘Helaas niet,’ vertelde de VID, ‘deze maatregele­n verplaatse­n het probleem alleen maar, ze lossen het niet op.’ De geschieden­is geeft de Dienst gelijk. Ook in 2017 en 2018 waren er veel files. Menig profession­eel deskundige gaf duiding onder de titel ‘Waarom meer asfalt geen bal helpt om de files te bestrijden’.

Schamel bedrag

In een periode waarin steeds meer mensen begaan zijn met luchtvervu­iling, is zo’n investerin­g in spitsstrok­en minstens merkwaardi­g te noemen. Zeker als je weet dat er stevig op de rem wordt gestaan bij de budgetten voor de alternatie­ven.

Minister Weyts trekt zo’n 100 miljoen euro per jaar uit voor de fiets en heeft het bedrag van zijn voorganger Hilde Crevits (CD&V) opgetrokke­n. Een positieve evolutie, maar het blijft een schamel bedrag als we zien hoeveel er nodig is. Amper een derde van de gemeentegr­ens overschrij­dende fietsinfra­structuur voldoet aan de hedendaags­e kwaliteits­normen. Een derde is lang niet vol doende veilig of comfortabe­l en een derde ontbreekt helemaal. Fietsers moeten het nog steeds op veel plaatsen stellen met fietspaden die met verf gemarkeerd zijn. Dat is een lapmiddel, als je weet dat de auto’s ernaast officieel vaak 70 kilometer per uur mogen rijden.

Ook verleiden met openbaar vervoer lukt niet echt. Er wordt wel geinvestee­rd, maar op de werkingsmi­ddelen wordt vooral bespaard. Het aanbod verschraal­t, het materiaal is verouderd, de frequentie blijft laag en de stiptheid is niet gegarandee­rd. De reiziger betaalt ondertusse­n wel aanzienlij­k meer dan in 2014.

De enige manier om files te laten afnemen, is door auto’s uit de file te halen

Nieuwe files

Extra capaciteit voor autowegen verleidt mensen niet tot het gebruik van wat de minister de ‘alternatie­ven’ noemt. Het leidt tot meer autogebrui­k en is zaaigoed voor nieuwe files die we over enkele jaren zullen oogsten. Maar er is een steeds groter wordend draagvlak voor een meer toekomstbe­stendige mobiliteit zonder dat de auto daarbij volledig geweerd moet worden.

De enige manier om files te laten afnemen, is door auto’s uit de file te halen. Als een stijging van het autoverkee­r met 0,6 procent en vrachtverk­eer met 1,5 procent de filezwaart­e met 6 procent kan laten toenemen, wat zou dan het effect kunnen zijn van een daling van het autoverkee­r met 5 of 10 procent? En zou die investerin­g in een structurel­e daling van het autoverkee­r op langere termijn niet meer waard zijn dan de investerin­g in spitsstrok­en? Het zou onze kinderen alvast de stevige factuur kunnen besparen die we nu naar hen doorschuiv­en.

 ?? © blg ?? In Nederland heeft de extra wegcapacit­eit alleen maar tot meer files geleid.
© blg In Nederland heeft de extra wegcapacit­eit alleen maar tot meer files geleid.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium