Meeverdienen met de meester
Brederode is het levenswerk van Pierre Van der Mersch, een Franstalige Belg die niet geheel zonder reden de Belgische Warren Buffett wordt genoemd. De man is nu 83, maar nog een actieve voorzitter. Na een carrière van twintig jaar in de bankwereld bouwde hij, samen met enkele andere exbankiers, in meer dan vier decennia zijn investeringsgroep uit tot het Brederode van vandaag, met een portefeuille die intussen bijna 1,8 miljard euro waard is. Van der Mersch & co. bezitten daar nog altijd ruim 54% van.
In de beginjaren bouwde Van der Mersch steeds meer belangen op in beursgenoteerde Belgische koloniale firma’s en steenkoolbedrijven die hun activiteiten hadden zien imploderen. Onder meer in Auximines, dat ooit furore maakte met oplaadbare lampen voor mijnwerkers. ‘Maître Renard’, de andere bijnaam van Van der Mersch, maakte de vaak nog rijke patrimonia te gelde en verwierf nog meer oude gloriën met vele participaties, waaronder Brederode.
Strategie
Van der Mersch werkte een hele tijd via liefst zes onderling verbonden beursgenoteerde vennootschappen en belegde steeds meer internationaal. Van 1999 tot 2010 bracht hij het aantal beursgenoteerde vennootschappen van de groep terug tot een enkele: Brederode.
Van der Mersch is het tegendeel van een cowboy: hij weegt steeds de risico’s zorgvuldig af tegen de mogelijke opbrengsten. Typisch is ook dat hij niet wil meebesturen in de bedrijven waarin hij belegt. Hij wil zelfs geen zitje in de raad van bestuur. ‘Brederode is een langetermijnbelegger, maar we willen altijd vrij zijn om te vertrekken’, zei hij ooit op een aandeelhoudersvergadering van Brederode.
Toch beet hij een keer zwaar in het zand. Tot de grote bankencrisis in 2008 was de portefeuille van de voormalige bankiers soms tot een derde belegd in financiële waarden. Met Fortis als favoriet. Nog tijdens de crisis gingen die aandelen grotendeels de deur uit. Brederode bleef heel lang volledig weg uit de sector.
Van der Mersch, die het adagio ‘beleg in wat je kent’ hoog in het vaandel voert, was gechoqueerd dat de banken zelf niet eens bleken te weten wat ze in portefeuille hadden. Pas sinds kort belegt Brederode opnieuw (een beetje) in de sector: Ageas is goed voor 1% van de portefeuille.
Portefeuille
Brederode was zowat twintig jaar geleden bij de Belgische pioniers in private equity: investeren in nietbeursgenoteerde bedrijven. Dat betekent meer risico, maar de rendementen zijn in principe hoger.
Brederode doet zijn investeringen via een 25tal internationaal gespecialiseerde fondsen. In de beste, meest ervaren fondsen (mogen) investeren is cruciaal. Discretie en betrouwbaarheid zijn nodig, want elke deelnemer verbindt zich tot opvolgingsinvesteringen. De privateequityfondsen zijn goed voor de helft van de portefeuille. Geen andere Belgische ‘holding’ doet beter. Brederode werkt zelf slechts met een handvol mensen, en dus met lage kosten, maar kan dankzij die fondsen toch alles volgen.
De andere helft van de portefeuille vormt een tegengewicht en wordt belegd in beursgenoteerde multinationals. Stuk voor stuk leiders, die niet zozeer uitblinken door hun groei, maar door hun omvang en betrouwbare inkomsten/dividenden. Dat deel van de portefeuille, met zo’n 25 aandelen, vormt een solide en flexibel (snel in of uitstappen mogelijk) tegengewicht voor de weinig liquide private equity.
Rendement
Ondanks de klap tijdens de bankencrisis benadert de economische return die van topper Ackermans. De beursreturn van het aandeel Brederode is, met gemiddeld 10,3% per jaar sinds 1990, ook sterk, maar had nog beter kunnen zijn als de discount meer was afgenomen.
Besluit
Na 40 jaar evolutie heeft Brederode een beproefde en geoliede formule. De invalshoek is zuiver rendement: Brederode bestuurt niet mee. De helft van de portefeuille geniet solide returns van grote beursgenoteerde aandelen, terwijl de andere helft geinvesteerd is in honderden nietgenoteerde bedrijven via de beste privateequityfondsen. Dat is veel en ook uniek.
Vreemd dat de discount met 22,5% nog relatief hoog is, zelfs al is die in 2017 een stuk afgenomen. De portefeuille werd toen 10% meer waard, het aandeel steeg met 19%.