Goochelen met glaasjes alcohol
Levensverkorting berekenen per glas alcohol moeten we vooral niet doen. Reconstructie van een dwaling.
BRUSSEL I Dat de levensverwachting vanaf 100 tot 150 gram alcohol per week – 10 tot 15 glazen per week – begint te dalen: dat is wat we hadden moeten onthouden van de grote alcoholstudie die vorige week in het vakblad The Lancet stond. Maar door onzorgvuldige communicatie van zowel wetenschappers als journalisten bleef wereldwijd een andere boodschap hangen: dat elk glas alcohol schaadt. Ook De Standaard ging in de fout. Een reconstructie.
Zowat alle Vlaamse en Nederlandse kranten die over de studie hebben bericht, vroegen tekst en uitleg aan het Erasmus Medisch Centrum (MC) in Rotterdam, een van de vele instellingen die bij de studie betrokken waren. Op zijn website had het ziekenhuis een nieuwsbericht geplaatst, met de titel Geen alcohol = langer leven. In de tekst wordt wetenschapster Trudy Voortman geciteerd: ‘In tegenstelling tot wat mensen vaak denken, blijkt er geen veilige ondergrens te zijn voor het drinken van alcohol. Ook niet bij harten vaatziekten.’
In De Standaard zei Voortman nog: ‘We zien nu duidelijk dat elk glas alcohol schadelijk is. Het idee dat een glaasje wijn zou helpen tegen hart en vaatziekten, is onzin.’
Het probleem is dat het Erasmus MC de nadruk legt op ziekte, niet op sterfte, terwijl er alleen over dat laatste duidelijke conclusies getrokken kunnen worden. Tot 100 gram alcohol per week (in een pils van 250 ml zit 10 gram alcohol, net als in 100 ml wijn) neemt de levensverwachting niet af. Net boven de 100 gram een beetje, vanaf 150 gram veel.
Meer dan 350 gram alcohol per week zou 4 tot 5 levensjaren kosten. Maar voor ziekten zijn de cijfers minder eenduidig. Voor beroertes en sommige andere harten vaatziekten zijn er over de hele lijn, ook onder de 100 gram, verschillen vastgesteld. Het gaat om een lineair verband, zegt Voortman, waardoor je kan stellen: ‘Hoe minder alcohol, hoe beter’. Anders gezegd: elk glas schaadt.
Geen geheelonthouders
Dat gaat wel niet op voor hartinfarcten. Zoals uit deze en andere studies blijkt, is de kans op een hartinfarct het kleinst bij wie een beetje alcohol drinkt – wat te maken zou hebben met het verwijden van de bloedvaten.
Wat moeten we nu met die tegenstrijdige informatie? Wie alleen het onderzoek in The Lancet leest – geen persberichten – zou nooit conclusies trekken over één glas alcohol. Daarvoor zijn de data niet fijnmazig genoeg. Om te beginnen zijn alle 599.912 mensen die in rekening werden gebracht, drinkers – van heel weinig tot heel veel glazen per week. Maar een vergelijking maken met geheel onthouders, is niet mogelijk, want ze zijn niet meegerekend.
Bovendien werd gewerkt met zelfgerapporteerde alcoholconsumptie, wat doorgaans een onderschatting is. Dan is het delicaat om over een glaasje meer of minder te beginnen. Ook omdat heel wat factoren niet in rekening zijn gebracht, zoals voedingspatroon en sociaaleconomische status. De enige zinnige risicoberekening zit daar waar de levensverkorting duidelijk grote sprongen maakt, boven de 100 tot 150 gram.
Even erg als roken?
Het Erasmus MC heeft inmiddels een ‘vraag en antwoord’artikel op zijn website gezet om de verwarring te ontwarren, maar blijft op dezelfde boodschap hameren: er is geen veilige ondergrens voor alcohol. Alleen van de titel wordt nu gezegd dat het beter kon: ‘Minder alcohol drinken leidt mogelijk tot een langer gezonder leven’. Dat is geen kleine nuance.
Niet alleen bij ons, ook in Engelstalige media werd het alcoholverhaal opgeblazen. De Britse krant The Guardian rapporteerde (en kopte) dat ‘elk glas wijn extra uw leven met 30 minuten zal verkorten’. Dat glas extra slaat dan op elk glas bovenop een ‘normale’ consumptie van ongeveer 100 gram alcohol per week, maar dat moet je eerst begrijpend lezen. Wie alleen de titel leest, verslikt zich in zijn drankje.
Het helpt bovendien niet dat een wetenschapper die niet bij de studie betrokken was, het ‘glas extra’ vergelijkt met sigaretten en zegt dat ze beide even slecht zijn. Zo concludeert The Guardian dat ‘drinken even schadelijk is als roken’.
Bingedrinken
Hoeveel mogen we nu drinken? Epidemioloog Luc Bonneux schreef dinsdag een opiniestuk in deze krant over de uit de hand gelopen berichtgeving. Hij verkondigde ook: ‘Alcohol beschermt zelfs fors tegen sterfte door hartinfarcten.’ Is dat een pleidooi pro alcohol? ‘De media hebben er in de ene richting de kantjes vanaf gelopen, dus deed ik het in mijn opiniestuk een beetje in de andere richting. Maar ik zou nooit zeggen dat je alcohol moet drinken voor je gezondheid. Ook al blijkt uit studies dat geheelonthouders korter leven dan mensen die een kleine hoeveelheid alcohol drinken. Je kan niet voor alcohol pleiten
‘Je kan niet voor alcohol pleiten omdat je niet kan voorspellen wie eraan blijft hangen. De problemen die gepaard gaan met drankmisbruik, zijn verwoestend’
LUC BONNEUX Epidemioloog
omdat je niet kan voorspellen wie eraan blijft hangen. De problemen die gepaard gaan met drankmisbruik, zijn verwoestend. Bovendien is het moeilijk om verschillende vormen van schade (hartinfarcten tegenover andere
aandoeningen, red.) tegen elkaar af te wegen. Ik heb dus alle begrip voor terughoudendheid.’
‘Eén tot twee glazen per dag – of 10 per week – is geen probleem, zou ik stellen’, besluit Bonneux. ‘Al kun je die tien glazen beter niet op één avond drinken, want bingedrinken is aantoonbaar ongezond.’
‘Je moet niet drinken om gezonder te worden. Het omgekeerde (om gezonder te worden mag je niet drinken, red.), is niet bewezen’, zegt professor toxicologie Jan Tytgat (KU Leuven). ‘Ik volg het pleidooi van de wetenschappers voor een aanbeveling van maxi maal 100 gram alcohol per week. Maar levensverkorting berekenen per glas alcohol, moeten we vooral niet doen. Wist je dat alcohol een lichaamseigen stof is? Door gistingsprocessen van bacteriën komt er in ons lichaam een beetje alcohol vrij. Die sporen zijn detecteerbaar. Onze lever kan goed omgaan met kleine – met nadruk op kleine – hoeveelheden alcohol.’
‘Je kan met een gerust hart af en toe iets drinken’, denkt ook arts Marleen Finoulst, hoofdredactrice van Bodytalk. ‘Etenswaren of drank kan je nooit geïsoleerd neerzetten als iets waar je zoveel korter of langer van leeft. Te veel andere factoren spelen een rol. Wat we leren uit studies – ook uit deze studie – is het effect van overconsumptie. Voor mensen met een gematigd dieet en alcoholverbruik wordt gezondheidsnieuws al te vaak uitvergroot.’