Is de wetenschap te links?
Draagt de wetenschap een vooringenomen, linkse bril, zoals ter rechterzijde graag wordt beweerd? Zijn er taboeonderwerpen waaraan niemand zich waagt? En in welke mate worden wetenschappers die onkiese vragen stellen of onwelgevallige waarheden opdiepen,
Kind, zei mijn grootmoeder altijd: doe je best op school. Dan kun je later je eigen geld verdienen en hoef je nooit afhankelijk te worden van een man. Zelf was ze, amper veertien, in 1917 vanuit haar Zeeuwse geboortedorp naar Antwerpen gestuurd om te gaan ‘dienen’ bij een gezin uit de hoge burgerij. Dat ze daardoor haar goede verstand nooit heeft kunnen ontwikkelen, daar heeft ze haar hele leven spijt van gehad.
Onwelgevallig besluit
Mij zat de tijdgeest mee, zodat ik haar raad heb kunnen opvolgen. Al ruim dertig jaar verdien ik mijn eigen kost, tot mijn en hopelijk ook uw tevredenheid. Ik word dan ook niet blij van stellingen als zou het feminisme per saldo nadelig hebben uitgepakt voor onze maatschappij, of van suggesties dat de intelligentie van vrouwen gemiddeld lager zou liggen dan die van mannen. Toch mag van mij iedereen dat beweren – op voorwaarde dat hij met bewijzen komt. Ik ben niet bang van mijn eigen schaduw: kom maar op met die onderzoeksresultaten.
Niet iedereen is het daarmee eens. Om geen voedingsbodem te bieden voor seksisme, schrikken veel onderzoekers ervoor terug de kwestie ten gronde uit te zoeken. Want stel je eens voor dat …? Wegens het risico op ideologisch onwelgevallige conclusies wagen ze zich ook liever niet aan de vraag of mensen met een bepaalde culturele achtergrond oververtegenwoordigd zijn in misdaadstatistieken, of dat mensen die van geslacht willen veranderen misschien geestesziek zouden kunnen zijn. Kan voor die pudeur nog begrip worden opgebracht, kwalijker wordt het als onderzoekers hun ideologie laten meewegen bij de interpretatie van onderzoeksresultaten – in elk geval als die onderzoekers in meerderheid eenzelfde ideologie aanhangen.
En dat is het geval, zo werd afgelopen najaar beweerd in een langlopend twistgesprek op de opiniepagina’s van deze krant. Sommige vakgebieden, vooral in de geesteswetenschappen, zouden worden gedomineerd door onderzoekers met een linksprogressieve agenda en een pensée unique. Dat zou ertoe hebben geleid dat zwaarwichtige maatschappelijke kwesties, niet alleen in België maar ook daarbuiten, bewust of onbewust van de onderzoeksagenda worden geweerd.
Staat er in academische kamers een olifant, waar iedereen van wegkijkt? Daarover wil ik gaan schrijven. Hoe vrij zijn Vlaamse wetenschappers bij het uitkiezen van hun onderzoeksthema's? Hebben zij blin de vlekken, zijn er heilige huisjes waaraan zij niet mogen of durven te raken? Worden wetenschappers die toch ideologisch gevoelige kwesties willen vastpakken, daarbij tegengewerkt? Zo ja: in hoeverre schaadt een gebrek aan ideologische diversiteit het wetenschappelijke discours?
Zelf op zoek
Cijfers hierover zullen lastig te vinden zijn. Ik zal zelf moeten turven: welke thema’s pakken onze onderzoekers vast? En welke niet? En waarom niet? Ik zal mijn antennes moeten uitsteken en gaan praten. Met onderzoekers en hun hiërarchische oversten, met fondsenverstrekkers, met klokkenluiders, in de hoop dat zij openheid van zaken mogen en willen geven.
De vraag of wetenschapsbeoefening ideologisch bevooroordeeld is, is geen verbindend onderwerp. Te vrezen valt dat ik met mijn artikels weinig vrienden zal maken, en dat er zowel links als rechts vallen voor me zullen worden opgezet om de berichtgeving te sturen. Ook karaktermoord, via de opiniepagina’s, is niet uit te sluiten. Maar daar moet een mens tegen kunnen in deze stiel. Zolang ik mijn best maar doe en mijn verstand gebruik, zou mijn oma het allang prima hebben gevonden. Zéker als ik en passant zo ook nog eens zelf mijn brood verdien.
Te vrezen valt dat ik met mijn artikels weinig vrienden zal maken, en dat er zowel links als rechts vallen voor me zullen worden opgezet
Het correspondentschap ‘Taboes in de wetenschap’ begint in juni