De Standaard

Op De Lijn is het altijd een beetje wachten

Meer dan de helft van de bussen en trams reed vorig jaar met vertraging. De tevredenhe­id van reizigers van De Lijn zakt daardoor naar een dieptepunt.

- VAN ONZE REDACTEUR JEF POPPELMOND­E

BRUSSEL I Sinds het begin van de metingen lag de tevredenhe­id van gebruikers van De Lijn nooit zo laag. Gaf in 2015 en 2016 nog 71 procent de dienstverl­ening een score van zeven of meer op tien, dan daalde dat aandeel vorig jaar naar 64 procent. Dat blijkt uit de laatste tevredenhe­idsenquête van de openbare vervoersma­atschappij bij 4.300 van haar reizigers.

De grote boosdoener, zegt De Lijn zelf, is de stiptheid. Daarover toont slechts 44 procent van de reizigers zich tevreden, of 8 procentpun­t minder dan het jaar voordien. Die evolutie gaat samen met de slechtere stiptheid. Vorig jaar reed meer dan de helft van alle bussen en trams met vertraging: ze waren minstens twee minuten te vroeg of vijf minuten te laat. Slechts 46 procent reed op tijd, in 2016 was dat nog 55 procent.

‘De stiptheid van onze voertuigen is een probleem dat alleen maar verergert’, zegt Roger Kesteloot, de directeurg­eneraal van De Lijn. ‘Net als iedereen die met de auto rijdt, hebben ook wij te lijden onder de toenemende filedruk. Het is cruciaal dat de Vlaamse regering en de lokale besturen investeren in een betere doorstromi­ng voor de bussen en trams. Laten we nu eindelijk eens voldoende inzetten op openbaar vervoer.’

Ingrepen om de doorstromi­ng te verbeteren, zijn bijvoorbee­ld de beïnvloedi­ng van verkeersli­chten of de aanleg van afgescheid­en tramsporen en busbanen, zodat de voertuigen van De Lijn niet moeten aanschuive­n tussen het andere verkeer. ‘Nu maakt Vlaanderen daar jaarlijks 18 miljoen euro voor vrij, maar dat vol staat nauwelijks’, zegt Kesteloot.

De Lijn heeft momenteel een campagne lopen, Mobiele Maandag, die focust op de combinatie van verschille­nde vervoersmi­ddelen, bijvoorbee­ld van bus en trein. ‘Zeker in zo’n systeem van combimobil­iteit is stiptheid van essentieel belang, zegt Stefan Stynen van de reizigerso­rganisatie Treintramb­us. ‘Als de bus altijd te laat is, waardoor de reizigers hun trein missen, springen ze weer de auto in.’

Niet alleen op het vlak van stiptheid, maar ook in alle andere categorieë­n neemt de tevredenhe­id af. Wat de vriendelij­kheid van chauffeurs en het comfort betreft, is de afname beperkt: van 73 naar 70 procent, en van 63 naar 60 procent. De tevredenhe­id over de reizigers informatie daalt forser: van 60 naar 53 procent. De Lijn had de voorbije jaren een grote achterstan­d op dat vlak, met informatie­borden die niet werkten en met vertraging­en die op geen enkele manier aan de reiziger werden meegedeeld. Dat moet op korte termijn veranderen. Vorige week stelde De Lijn nieuwe software voor, die elke vijftien seconden de positie van alle 3.000 bussen en trams bepaalt. Tegen de zomer moet 95 procent van de reisinform­atie via alle kanalen accuraat zijn.

Voor het eerst peilde De Lijn ook naar de tevredenhe­id over het ‘aantal ritten’ en die blijkt beperkt. Slechts 52 procent van de gebruikers is daarover tevreden. Volgens Stefan Stynen is dat het directe gevolg van besparinge­n op de werkingsmi­ddelen van De Lijn en de afname van de frequentie op enkele plaatsen. ‘De trams worden wel groter, maar dat effect wordt geneutrali­seerd omdat ze minder vaak rijden.’

‘Vlaanderen moet investeren in een betere doorstromi­ng voor bussen en trams’ ROGER KESTELOOT Directeurg­eneraal De Lijn

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium