‘Nog nooit groeven onderzoekers zo diep op sociale media’
Het multinationale team dat de crash van vlucht MH17 onderzoekt, is er zeker van. Het toestel werd neergehaald door een Russische raket.
BRUSSEL I Er is ‘onomstotelijk bewijs’ dat de vlucht MH17, onderweg van Amsterdam naar Kuala Lumpur, op 17 juli 2014 werd neergeschoten door een Bukraket van het Russische leger. Bij die aanslag kwamen alle 298 inzittenden om het leven. Voornamelijk Nederlanders, maar ook zes Belgen.
Tot die conclusie komt nu ook het Joint Investigation Team (JIT), het team van speurders uit Nederland, België, Oekraïne, Australië en Maleisië, dat de zaak onderzoekt. ‘We zijn inderdaad niet de eersten die dat concluderen’, zegt federaal procureur Frédéric Van Leeuw, de hoogste magistraat die namens ons land binnen het JIT zetelt. ‘Het journalistieke platform Bellingcat kwam al eerder tot die conclusie. Maar met alle respect, het is wel wat anders als onafhankelijke rechercheurs uit vijf landen tot dat besluit komen, dan dat het alleen wordt gezegd door journalisten.’
Hoe zijn jullie tot dat bewijs gekomen?
‘Er kan zonder overdrijven worden gesproken van een baanbrekend onderzoek. Ook voor mij was dit nieuw. Om te beginnen wegens de omstandigheden in Oekraïne. De plek waar het wrak en de slachtoffers zijn neergestort, is nog steeds een oorlogszone. Dat maakte de omstandigheden nog complexer dan bij de Lockerbieaanslag (toen in 1988 een vlucht boven Schotland werd opgeblazen, red.), waar men veel makkelijker onderzoek kon voeren.’
‘Maar ook de manier waarop we tot het bewijs zijn gekomen, is uniek. Het kwam eropaan de raket te identificeren waarmee de MH17 is neergehaald. Voor het eerst hebben we daarvoor zo diep gegraven op sociale media, zoals op Facebook en Twitter. Daar circuleerden honderden foto’s en filmpjes van een konvooi van de 53ste brigade van het Russische leger, dat in juni 2014 op weg was van Koersk naar Oekraïne.’
‘In dat konvooi reed een vijftigtal voertuigen met zes Bukraketinstallaties. Sommige beelden bleken zelfs door Russische soldaten zelf online te zijn geplaatst. Door al die beelden van dat konvooi naast elkaar te plaatsen, en te vergelijken met onder meer radarbeelden die zijn gemaakt op het moment van de aanval, hebben we de gebruikte raketinstallatie kunnen identificeren. Ja, we zijn er zeker van dat de raket is afgevuurd door dat konvooi. We durven te zeg
‘Hoe kunnen Russische raketinstallaties naar Oekraïne rijden zonder medeweten van Rusland?’ FRÉDÉRIC VAN LEEUW Federaal procureur
gen dat het onomstotelijke bewijs is geleverd.’
Rusland blijft tot vandaag wel elke betrokkenheid ontkennen.
‘We hebben akte genomen van die reactie. Kijk, dit is een onafhankelijk onderzoek van vijf landen. Een onderzoek dat we niet doen om andere landen met de vinger te wijzen, maar omdat de nabestaanden het recht hebben op de waarheid. We kunnen alleen maar vaststellen dat de bewijzen in een bepaalde richting wijzen. Hoe zou een raketinstallatie van de 53ste brigade van het Russische leger zomaar naar de grens met Oekraïne kunnen rijden, en daarna ook nog eens terugkeren naar Rusland, zonder dat iemand binnen die 53ste brigade daarvan op de hoogte zou zijn?
Eén vraag ligt wel nog open: wie heeft op het moment van de feiten dat Russische materiaal aangestuurd? We hebben Rusland om uitleg gevraagd. We zullen zien of ze die ons zullen geven.’
Verwacht u dat dit de relatie met Rusland opnieuw onder druk zet?
‘Ik kan me voorstellen dat de Nederlandse regering stappen zal ondernemen. Ik zag dat ook (minister van Buitenlandse Zaken, red.) Didier Reynders een verklaring de deur liet uitgaan. Maar wij laten ons onderzoek niet leiden door mogelijke politieke gevolgen.’
Zijn er al verdachten geïdentificeerd?
‘Aanvankelijk waren er zo’n honderd mogelijke verdachten. Dat aantal hebben we kunnen terugbrengen tot enkele tientallen. Namen kunnen we absoluut niet noemen. We voeren geen proces in de media. Bovendien zijn zij nog geen officiële verdachten. Namen zullen pas genoemd worden wanneer er internationale aanhoudingsmandaten zijn opgesteld.’
Het proces zal worden gevoerd voor een Nederlandse rechtbank. Wanneer kan dat starten?
‘Het onderzoek gaat nu naar een volgende fase, maar die vraagt blijft moeilijk te beantwoorden. We willen zo grondig mogelijk werken.’