Lang zullen we leven
Sinds 1840 is de levensverwachting in ontwikkelde landen elk decennium met zo’n tweeënhalf jaar toegenomen. Hoeveel rek zit er nog in? Best nog wat, menen Italiaanse onderzoekers.
110 geldt hetzelfde. En dat is toch wel opmerkelijk.
Hoe komt het dat die overlijdenscurve afvlakt? ‘Dat weten we niet’, zegt een van de auteurs, Francesco Lagona. ‘We hebben de ouderen getraceerd en om de haverklap in hun gemeentes gecheckt of ze nog in leven waren. We hebben hun gezondheid niet gemeten. Maar we vermoeden dat er een selectieproces heeft plaatsgevonden.’ Wat Lagona bedoelt is dat alleen zeer fitte mensen die hoge leeftijd bereiken. Waarschijnlijk zijn zij minder kwetsbaar voor ziektes.
Grens niet in zicht
Maar wat zegt dit nu over de gemiddelde levensverwachting? Volgens de auteurs betekent het dat de grens van de levensverwachting nog niet in zicht is. De onderzoekers durven niet te voorspellen waar die dan wel ligt. Velen zijn hen voorgegaan en zaten er faliekant naast. Neem de Amerikaanse statisticus Louis Dublin. In 1928 voorspelde hij dat de gemiddelde levensverwachting van Amerikanen niet boven de 65 zou uitkomen (destijds werden Amerikanen gemiddeld 57). Nu worden ook zij bijna 80. Biostatisticus en verouderingsexpert Virginia Zarulli van de Universiteit van ZuidDenemarken (SDU) is onder de indruk van de Italiaanse studie. ‘Het bewijs dat de exponentiële groei in sterftekans afvlakt, is nog niet geleverd. Daarvoor zijn nog meer data nodig. Maar deze onderzoekers geven wel een duidelijke aanwijzing dat het zou kunnen. Deze studie maakt het ook aannemelijk dat de gemiddelde levensverwachting de komende decennia verder zal stijgen. Kindersterfte, vroeger een belangrijke drukkende factor op de gemiddelde leeftijd, speelt nu een veel kleinere rol. Groei van de levensverwachting zit hem nu echt in hogere overlevingskansen van bejaarden.’
Een exponentiële groei van sterfte zie je bij lang niet alle dieren. Bij schildpadden is de curve net andersom. Deze dieren hebben aan het begin van hun leven een grote sterfkans en die neemt af naarmate ze ouder worden. Is het denkbaar dat iets dergelijks zich ook bij de mens op extreem hoge leeftijd zal voordoen? Dat je, eenmaal de 130 gepasseerd, nog makkelijk tien jaar voort kunt?
‘Dat zie ik niet gebeuren’, zegt Zarulli. ‘Er is een logische verklaring voor dat schildpadden alsmaar gunstiger overlevingskansen hebben naarmate ze ouder worden, tot zekere hoogte dan. Ze groeien alsmaar en worden daardoor minder kwetsbaar voor roofdieren. Voor mensen kan ik geen enkele biologische reden bedenken waarom de overlevingskansen plots zouden toenemen.’
Aanleg
Rest toch nog de vraag wat die oude mensen in de Italiaanse studie zo sterk maakt? Een Nederlands onderzoek, de ‘Leiden lang leven studie’, biedt enig inzicht in de genetische achtergrond van mensen die stokoud worden.
Ruim tien jaar geleden hebben Leidse moleculair epidemiologen en artsen duizenden broers en zussen benaderd van over de 90. Bij hen vermoedden ze een genetische aanleg voor ouderdom. Het team ontdekte dat de 90plussers een afwijkende genetische opmaak hebben voor een reeks genen die betrokken zijn bij de stofwisseling.