De ‘dansende baby’ mag verder dansen
Deze week kwam een vreedzaam einde aan twee langlopende processen: het dispuut tussen Apple en Samsung, en dat tussen Universal Music en Stephanie Lenz, maker van de Youtubevideo dancing
baby. Beide processen lopen al zo lang dat we haast vergeten zijn hoeveel aandacht ze indertijd kregen. En dat het intussen nog amper ter zake doet wie er wint of verliest. Al is het ‘dansende baby’proces toch nog verrassend actueel.
In 2011 beschuldigde Apple zijn ZuidKoreaanse rivaal Samsung ervan dat die de iPhone had gekopieerd. De Galaxy SII – de eerste écht succesvolle smartphone die niet van Apple kwam – leek te veel op de iPhone. Dat vond ook de rechter, die Samsung veroordeelde tot een boete van 1 miljard dollar. Maar Samsung vocht terug. Niet de hele Galaxy SII was gepikt, het ging maar om bepaalde aspecten, vond het Supreme Court in 2016, en de boete moest dus fors omlaag. Zo ging het nog een paar keer op en neer, Samsung betaalde alvast 399 miljoen dollar. Nu wordt de strijdbijl begraven. Misschien legt Samsung nog wat extra geld op tafel, dat wordt niet bekendge maakt. Maar in ieder geval zijn dit nog maar kleine bedragen in vergelijking met wat beide bedrijven elk jaar verdienen aan hun smartphones. En belangrijker: dat smartphonefabrikan ten domweg de iPhone kopiëren, kon je in 2009 misschien wel zeggen, maar niet meer in 2018. Samsung en anderen begonnen rond 2011, 2012 hun eigen accenten te leggen, en duwden bijvoorbeeld de markt in de richting van grotere schermen. Al imiteren velen dit jaar wel het typerende ‘gaatje’ bovenaan het scherm van de iPhone X.
En dan is er dus het proces rond
dancing baby. Dat is over de jaren volgens velen symbool gaan staan voor de domheid en inhaligheid van de muziekindustrie – en bij uitbreiding ook de film en videoindustrie. Lenz filmde in 2007 haar baby die zijn eerste stapjes zette. Op de achtergrond hoor je Let’s go crazy van Prince. Het filmpje duurt maar een halve minuut en de muziek is amper hoorbaar. Toch eiste Universal Music van Lenz dat ze het filmpje zou verwijderen (op aandringen van Prince zelve, werd toen beweerd). De actiegroep Electronic Frontier Foundation bood Stephanie Lenz hulp aan: met hun steun zou ze bij de rechter erkenning eisen dat het filmpje geen inbreuk pleegde op het auteursrecht. Voor het EFF was dit de gedroomde zaak om aan te tonen dat de muziekindustrie veel te ver ging in het jagen op vermeende piraterij.
Maar Universal wilde geen zwakheid tonen en hield koppig voet bij stuk. Ondanks nederlagen in de ene na de andere rechtbank. Inmiddels is de baby twaalf jaar oud. En ook hier zijn beide partijen dus tot een schikking gekomen, waarvan we de financiele details niet mogen kennen. Veel geld zal er waarschijnlijk niet van eigenaar zijn veranderd.
Het proces rond de ‘dancing baby’ stond volgens velen symbool voor de domheid en inhaligheid van de muziekindustrie
Die afloop komt er wel op een merkwaardig moment: enkele dagen vóór het Europees Parlement zal stemmen over een heel controversiële nieuwe copyrightdirectieve. Een tekst die volgens tegenstanders (waaronder het EFF!) veel te ver gaat in het beschermen van het auteursrecht, ten koste van de rechten van de Europese burger. Elke video die je online plaatst, dreigt te worden tegengehouden door geautomatiseerde filters die op zoek zijn naar mogelijk auteursrechtelijk beschermd materiaal, vrezen ze. En omdat zulke filters slecht werken en websites zware boetes riskeren, zal er haast blindelings worden geblokkeerd. Kortom: massale censuur en beknotting van de vrijheid van meningsuiting.
Is dat echt wat de Europarlementsleden beramen? Het verhaal van de dansende baby leert ons dat er in ieder geval ooit mensen waren die meenden dat familievideo’s van het net moeten worden gesleurd vanwege een streepje muziek. Maar die mensen blijken inmiddels toch wat wijzer geworden. Het lijkt er eerder op dat actievoerders, net als in 2009, een symbolenstrijd zijn aangegaan. Alweer uit oprechte bezorgdheid, maar toch met enige (moedwillige?) overdrijving. Wie de tekst leest die nu voor het Europees Parlement ligt, ziet alvast geen verbod op video’s van dansende baby’s.