De Standaard

‘Kom op tegen Kanker? Geen idee wat dat is’

REPORTAGE I In veel culturen is kanker nog taboe. Gezondheid­sambassade­urs met een migratieac­htergrond moeten daarin veranderin­g brengen. ‘De drempelvre­es om de Kankerlijn te bellen, is vaak groot.’

- VAN ONZE REDACTEUR SIMON ANDRIES © Katrijn Van Giel

OOSTENDE I ‘Als je kanker hebt, is dat je eigen fout.’ Vooral rode kaarten gaan in het zaaltje in Oostende de lucht in, enkele groene vallen op. ‘Soms wel en soms niet’, wikt een Somalische dokter in een van de groepjes zijn woorden. De toekomstig­e huisarts die de stelling op het publiek losliet, geeft hem deels gelijk: ‘Wie elke dag tien pinten drinkt en zich kapot rookt, heeft het misschien wel aan zichzelf te danken. Maar in bijna alle andere gevallen kun je daar zelf echt niets aan doen.’

De eerste van tien vormingscu­rsussen moet bij de 25 toekomstig­e ‘gezondheid­sambassade­urs’ meteen enkele misverstan­den de wereld uit helpen. Niet evident in een groep die negentien verschille­nde nationalit­eiten telt. ‘Som migen zijn hier geboren, anderen zijn nog maar een paar maanden of jaren in het land’, zegt Fem Theuninck. Hij maakt deel uit van de intercultu­rele vzw FMDO die de vormingen organiseer­t met de financiële steun van Kom op tegen Kanker. ‘De vormingen gaan over gezonde voeding, een gezon de levensstij­l, hoe je kanker kunt voorkomen, screenings van kan ker ... In november studeren ze af en kunnen ze de informatie in hun moedertaal doorspelen aan hun gemeenscha­p.’

Toch is het bedoeling dat ze meer doen dan vertalen. Theun inck: ‘Ze moeten ook de werking van Kom op tegen Kanker beter bekendmake­n en gedaan krijgen dat iedereen meedoet aan de be volkingson­derzoeken. In veel cul turen is kanker nog een taboe.’

Meer suiker, sneller dood

In Oostende is er bij de gezond heidsambas­sadeurs in spe weinig terughoude­nheid te merken. Toch heeft Kom op tegen Kanker nog altijd moeite om de allochtone ge meenschap te bereiken. ‘De drempelvre­es om naar de Kankerlijn te bellen, is er vaak nog groot. Ook in de lotgenoten­groepen, de vrijwil ligerswerk­ing, het kankerfond­s en de vakantieka­mpen zijn ze nog onderverte­genwoordig­d’, zegt Marc Michils, algemeen directeur van Kom op tegen Kanker. ‘Het is onze taak om voor hen een extra inspanning te doen, zoals bij andere kwetsbare groepen als jongeren en ouderen’,

Met de gezondheid­sambassade­urs wil de vzw een veel grotere groep bereiken, maar er is nog werk aan de winkel. ‘Kom op tegen Kanker? Geen idee wat dat is’, zegt Dillip Kandhapani (40) uit India. Hij verbaast er zich vooral over dat er in zo’n klein land als België toch zo veel mensen sterven aan kanker. De 36jarige Sangita Dahal, zelf afkomstig uit Nepal, legt het hem meteen uit. ‘Veel mensen kennen het Belgische systeem niet en er is een taalbarriè­re’, zegt ze. ‘Als ze ziek zijn, nemen ze soms iemand mee die de taal beter kent. Of ze trekken hun plan met de medicatie die ze nog liggen hebben. Natuurlijk is dat een risico.’

Sangita werkt zelf in de zorg. Haar nonkel stierf in Nepal aan bloedkanke­r. ‘Nepal is een van de landen met hoge kankercijf­ers, onder andere door heel ongevariee­rd eten. Ik merk in mijn omgeving nu veel interesse om daar bewuster mee om te gaan.’

Ook de 18jarige Biniam Tessal

det uit Eritrea, de jongste gezond heidsambas­sadeur, is in de eerste plaats geïnteress­eerd in de lessen rond voeding. ‘Ik wil mijn kennis sen hier helpen. Ze weten niet wat ze het best kopen in de winkel en begrijpen niet wat er op de etiket ten staat, terwijl het belangrijk is om daar goed over na te denken. Meer suiker is sneller dood.’

Plantjeswe­ekend

Lang niet iedereen in de groep begrijpt de moeilijke Nederlands­e termen, zoals ‘screenings­mammo grafie’. In hun persoonlij­ke mappen worden de ambassadeu­rs aangemoedi­gd om een eigen vocabulari­um aan te leggen. Hoe de gezondheid­sambassade­urs daar straks mee aan de slag moeten gaan, is nog wat onduidelij­k.

‘Hier zit iemand die bij het agentschap integratie en inburgerin­g werkt, maar ook een Somalische dokter die aan de slag is als verpleegku­ndige en een Belgische vrouw die lang in Syrië woonde en moest vluchten. Ze zullen dat elk op hun eigen manier moeten vertalen naar hun gemeenscha­p’, zegt Theuninck.

Voor Kom op tegen Kanker stopt het daar niet. ‘Allochtone­n kunnen ook actievoerd­ers worden die lokaal initiatiev­en nemen om een quiz te organisere­n of een 1.000 km fietsteam mee op poten te zetten ten voordele van Kom op tegen Kanker. Ook dat is inclusie, maar dan aan de inkomstenz­ijde. Kom op tegen Kanker is van iedereen’, zegt Michils. ‘Omgekeerd is het onze taak om bijvoorbee­ld bij het volgende plantjeswe­ekend een extra inspanning doen om ook bepaalde wijken en migranteng­emeenschap­pen te betrekken. Ook daar liggen nog veel mogelijkhe­den.’

‘In de lotgenoten­groepen, de vrijwillig­erswerking, het kankerfond­s en de vakantieka­mpen zijn alloch tonen onderverte­genwoordig­d’

MARC MICHILS

Algemeen directeur Kom op tegen Kanker

 ??  ?? De toekomstig­e ‘gezondheid­sambassade­urs’ moeten straks informatie in hun moedertaal doorspelen aan hun eigen gemeenscha­p.
De toekomstig­e ‘gezondheid­sambassade­urs’ moeten straks informatie in hun moedertaal doorspelen aan hun eigen gemeenscha­p.
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium