Gentse zwembaden mogen boerkini niet verbieden
Moslima’s die de toelating wilden afdwingen om in boerkini te zwemmen, krijgen van de rechtbank gelijk. ‘Een verbod is pure discriminatie.’
BRUSSEL I In twee symboolvonnissen maakt de Gentse rechtbank van eerste aanleg brandhout van het boerkiniverbod in het gemeentelijk zwembadcomplex Ter Wallen in Merelbeke en het stedelijk zwembad Van Eyck in Gent. De twee moslima’s die de zaak voor de rechter brachten, halen hun slag thuis: zwemmen in boerkini verbieden ‘vanwege de hygiëne’ of ‘om veiligheidsredenen’ is niet gerechtvaardigd, want de overheid zelf heeft wetenschappelijk bewijs geleverd dat op beide vlakken geen enkel probleem rijst stelt.
‘Moslima’s die een bedekkend zwempak willen dragen uit religieuze overwegingen worden benadeeld ten opzichte van vrouwelijke zwemmers die minder bedekkende zwemkledij dragen. In geen van de aangeklaagde zwembadreglementen wordt dat onderscheid objectief en redelijk ver antwoord’, duidt advocaat Joos Roets. ‘Bijgevolg is er sprake van discriminatie op basis van geloof.’
In het zwembad van Merelbeke, waar boerkini’s letterlijk worden opgesomd in het lijstje ‘niettoegelaten badkledij’, is sprake van directe discriminatie. In Gent, waar een ogenschijnlijk neutrale bepaling in het reglement staat – ‘alle bedekkende zwemkleding is verboden’ – is volgens de rechter sprake van indirecte discriminatie. De zwembaden in kwestie moeten hun reglement onmiddellijk aanpassen, zelfs als er de komende weken hoger beroep wordt aangetekend. De moslima’s, die anoniem willen blijven, hebben recht op een morele schadevergoeding.
Antwerpen negeert
Het is voor het eerst dat een Belgische bodemrechter zich uitspreekt over een boerkiniverbod in zwembaden. Dat de vonnissen van 5 juli stof zullen doen opwaaien, staat als een paal boven water. Het thema vormt al twee jaar hét symbool van het spanningsveld tussen integratie en godsdienstvrijheid. Tegenstanders – zoals de Antwerpse schepen voor Diversiteit Fons Duchateau (NVA) en zijn partijgenoten – noemen de boerkini een uiting van onderdrukking, voorstanders schermen met de grondwettelijk verankerde vrijheid van religie en de rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM).
Toen het interfederale gelijkekansencentrum Unia, geheel in lijn met het EHRM, precies een jaar geleden aan de stad Antwerpen liet weten dat er geen juridische grond is voor een boerkiniverbod, legde het stadsbestuur dat advies naast zich neer.
Universeel geldig
‘Met dit vonnis zal dat iets moeilijker zijn’, vermoedt meester Roets. ‘Het geldt uiteraard maar voor de twee betrokken zwembaden, maar de redenering van de rechter is heel precies en bijgevolg breed toepasbaar. Hij geeft, net als Unia, een groot gewicht aan de wetenschappelijke gegevens van het Vlaamse Agentschap Zorg en Gezondheid, die geen probleem vaststellen op het vlak van hygiëne of veiligheid. Dit is dus zeker geen activistisch vonnis.’
Mensenrechtenspecialiste Eva Brems (UGent) hoopt dat gemeenten hun zwembadreglementen aanpassen. ‘Het ergste wat nu kan gebeuren, is dat duidelijke rechtspraak, die stelt dat er geen juridische grond is voor een verbod, simpelweg genegeerd wordt – net als de rechtspraak van de Raad van State over het algemeen hoofddoekenverbod op scholen. De dagelijkse, massale discriminatie van meisjes die zich religieus kleden, spreidt zich uit als een olievlek.’
‘Moslima’s die een bedekkend zwempak willen dragen uit religieuze overwegingen worden benadeeld’ JOOS ROETS
Advocaat
BRUSSEL I Advocaat Joos Roets bereidde de rechtszaak voor sa men met de legal clinic onder lei ding van professor Eva Brems (Human Rights Centre, UGent). Met de vonnissen van 5 juli tot gevolg (zie voorpagina). ‘Het ergste wat nu zou kunnen gebeuren, is dat gemeenten de rechtspraak naast zich neerleggen en dat de dagelijkse discriminatie tegen meisjes die zich religieus kleden, zich blijft uitbreiden als een olie vlek’, zegt professor Brems. Hadden jullie dit vonnis verwacht?
Roets: ‘Juridisch gezien wel, het ligt in de lijn van de Europese rechtspraak en de analyse van het interfederale gelijkekansen centrum Unia.’
Brems: ‘Ook de Vlaamse om budsvrouw heeft zich al uitgesproken over het boerkiniverbod in die zin. Kijk, een ongelijke be handeling kán, maar ze moet wel relevant en evenredig zijn. Dat kan hier op geen enkele moment bewezen worden. Het argument “neutraliteit” geldt voor de over heid, niet voor gewone burgers die gebruik wensen te maken van publieke faciliteiten.’ De tegenpartij verwijt jullie de zaak uitgelokt te hebben. Roets: ‘De wens van de betrok
ken moslima’s om met een bedekkend zwempak te zwemmen, is reëel. Verder heeft de rechter geoordeeld dat ze vrij zijn te gaan zwemmen waar ze willen en dat ze het recht hebben om zich te laten adviseren als ze dat willen.’ Hoe zijn de studenten te werk gegaan?
Brems: ‘Toen twee jaar geleden
het boerkinidebat losbarstte (tijdens de ‘zomer van de veiligheidsballonnetjes’ die de NVA lanceerde, red.), hebben we ons over het thema gebogen. Het contact met de vrouwen kwam op het juiste moment. Samen met begeleidster Saïla OualdChaib hebben de studenten zwembadreglementen uitgeplozen en meteen viel op dat veel zwembaden die een verbod hanteren, nog nooit met een vraag geconfronteerd waren geweest.’
‘Twee: men gooit de termen “boerka” en “boerkini” (bewust) op een hoopje. In sommige reglementen stond letterlijk “boerka”, terwijl we uit eerder onderzoek weten dat vrouwen die een gezichtssluier dragen een heel ander profiel hebben dan vrouwen die bedekkende zwemkledij dragen.’ Vertel. Brems: ‘De écht conservatieve moslima’s gaan niet naar het zwembad of het strand, hoor, omdat de andere mensen daar te
‘Een ongelijke
behandeling kán, maar moet wel relevant en evenredig zijn’ EVA BREMS
Professor UGent,
Human Rights Centre
‘We hebben geen indicatie dat er een massale vraag is om boerkini’s te dragen’
JOOS ROETS
Advocaat
naakt zijn voor hen. Vrouwen die een boerkini willen dragen, zijn actieve en geëmancipeerde vrouwen die aan sport willen doen. Ze zijn niet onderdrukt, en vooral: ze zijn ook heel beledigd als ze worden doorverwezen naar zwembaden met een “vrouwenuurtje”. Ze werken, dus die uren komen slecht uit, en bovendien willen ze ook gewoon eens gaan zwemmen met hun zoontje.’ In de Koran wordt nergens voorgeschreven dat vrouwen een boerkini moeten dragen.
Roets: ‘Dat klopt, maar dat argument is niet relevant. Een overheid of zwembad kan zich niet moeien met de religieuze interpretatie van de voorschriften. Dat volgt nu eenmaal uit de scheiding van kerk en staat. Dat wil evenwel niet zeggen dat alle religieuze uitingen toelaatbaar zijn in een zwembad: mocht de boerkini niet uit zwempakstof gemaakt zijn, zoals een onderbroek, zaten we met een heel andere situatie.’ Zullen moslima’s nu massaal naar de rechtbank stappen? Roets: ‘We hebben geen enkele indicatie dat er een massale vraag is om boerkini’s te dragen. Maar door de juridisch sterk onderbouwde redenering van de rechter heeft het vonnis allicht een grote precedentswaarde.’