Het nieuwe terrein getest
Dour staat al sinds 1989 synoniem met de Plaine de la Machine à Feu. Een iconisch festivalterrein, gebouwd op oude mijnterrils. Dat bood een uitdagend parcours: het terrein slingerde zich grillig in alle richtingen, er moesten heuvels beklommen worden, flessenhalzen moesten getrotseerd worden, en de trek van het hoofdpodium naar de ontdekkingstent Le Labo was zo lang dat je haast sjerpa’s zou inschakelen.
Maar zijn dertigste verjaardag viert het festival op een andere site: de hele zwik verhuisde naar de overkant van de grote weg, en ‘Douristen’ dansen nu in de schaarse schaduw van het windmolenpark DourQuiévrainHensies. ‘Het was niet onze eigen beslissing’, zegt woordvoerder David Delanoy. ‘Eind vorig jaar vernamen we dat delen van het Dourterrein verkocht zouden worden aan Zalando, dat er een distributiecentrum wou neerpoten. Bovendien waren er ingrijpende wegenwerken op til in de regio. Daarom kozen we voor de vlucht vooruit met een volledig nieuwe site, enkele kilometers verderop.’
In essentie verandert er weinig: het terrein telt nog altijd evenveel tenten en mikt op evenveel toeschouwers. Maar toch voelt het anders. Het hoofdpodium is niet meer de eerste halte voor wie van de camping komt: het krijgt nu een plek aan de festivalrand. De Red Bull Elektropedia Balzaal daarentegen – waar dj’s tot in de vroege uurtjes met beats en drops strooien – is niet langer weggestopt achter een bomenrij en een steevast opgestopte toegangsweg: die voelt nu aan als een volwaardig tweede podium.
Maar vooral: de afstanden zijn kleiner geworden.
‘Bij het vorige terrein moesten we rekening houden met bomen, heuvels en de huizen in de buurt’, zegt Delanoy.
‘Hier hadden we vrij spel op een open vlakte. Daardoor konden we alles dichter op elkaar plaatsen. We hebben wel nog steeds gekozen om elk podium een eigen hoekje te geven. Zo behouden we een middenplein waar je de hele wereld ziet passeren, met alle subculturen door elkaar. Maar dat kruispunt ligt niet langer op het terrein van het hoofdpodium.’
Dat komt de sfeer van The Last Arena ten goede: het voelt kleiner, maar de aanwezigen zijn wel geïnteresseerd in het concert. En met de imposante windturbines op de achtergrond heeft ook dit terrein potentieel als icoon. Al is er meer werk aan de inkleding, weet ook Delanoy. ‘Zo’n vlakte moet je veel meer zelf inkleden. Daarom hebben we sommige podia omzoomd met containers, en door het gebrek aan bomen op de site moesten we meer chillzones creëren met houtconstructies en tenten.’
Maar voorlopig lijkt Dour meer voor dan nadelen aan de nieuwe site te zien. ‘De mijnterrilgrond van de Plaine de la Machine à Feu was bijvoorbeeld van nature uitzonderlijk droog en stoffig – dat merkte je ook aan de luchtkwaliteit. Op dit gewone weiland heb je dat probleem minder. Maar we weten nog niet of we in de toekomst hier blijven. Het Zalandoproject is afgeblazen en tegen volgend jaar zou de verkeerssituatie beter moeten zijn. We kunnen dus terug naar onze oude editie. Maar voor we die knoop doorhakken, moeten we eerst de balans opmaken van deze editie.’ (ndl)