‘Religieus symbool verbieden is juridisch mogelijk’
Een boerkiniverbod staven met hygiëneargumenten is ‘achterhaald’, zegt grondwetsspecialist en exNVA’er Hendrik Vuye (Vuye & Wouters). ‘Toch bestaan er juridische gronden om zo’n bedekkend zwempak, dat een religieus teken is, te weren. We moeten durven te zeggen dat de gelijkheid tussen man en vrouw een absoluut mensenrecht is. Daarvoor deinst zelfs het Mensenrechtenhof in Straatsburg terug.’
Vuye heeft zijn bedenkingen bij de vonnissen die brandhout maken van het boerkiniverbod in twee openbare zwembaden. Zijn discours staat haaks op dat van collegamensenrechtenspecialist Eva Brems (UGent). ‘Ik ben niet onder de indruk van Brems’ argumenten. Wat ze van daag zegt over de boerkini, zei ze vroeger over de boerka – en die is wél bij wet ver boden. Zowel ons Grondwettelijk Hof als het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) zegt dat er niets mis is met een boerkaverbod. We moeten oppassen
Het vonnis ligt toch in de lijn van de recht spraak van het EHRM in Straatsburg?
‘De rechtspraak van het EHRM is niet eenduidig. Het Hof laat wel degelijk beperkingen toe van de vrijheid van religie wanneer dat noodzakelijk is om het samenleven van de vele religies en opinies te regelen. Een land mag beperkingen opleggen, op voorwaarde dat er een dwingende sociale noodwendigheid is. Als het “samenleven” in gevaar is, kan men religi euze symbolen verbieden. Dat geldt ook voor de boerkini.’
Wanneer is dat samenleven in gevaar?
‘Als je het mij vraagt, moeten we ook in de mensenrechten durven een hiërarchie aan te brengen. Het folterverbod noemen we absoluut, dat moeten we ook doen met de gelijkheid tussen man en vrouw. Waarom? Omdat de minste toegeving ertoe leidt dat de gelijkheid volledig weg is.’
Hoe kun je een boerkiniverbod rechtvaardi gen met de gelijkheid manvrouw?
‘De boerkini is een zwempak, zegt men, maar het is bovenal een religieus symbool. De voormalige Franse president Nicolas Sarkozy heeft het in 2009 goed verwoord: de boerkini komt niet overeen met de wijze waarop wij, in onze cultuur, de waardigheid van de vrouw opvatten.’
De vrijheid van godsdienst is evenwel een fundamenteel mensenrecht, dat letterlijk in onze Grondwet staat.
‘Ik begrijp niet waarom men de vrijheid van godsdienst en de vrijheid van meningsuiting zo verschillend behandelt. Die twee grondrechten worden met twee maten gemeten. Meningen verbieden doet men met al te groot gemak, maar als we aan de godsdienstvrijheid raken, ho maar. Als ik lesgeef in een keppeltje, vormt dat geen probleem. Als ik lesgeef in een Tshirt waar “Vuye Wouters” op staat, zal ik ontboden worden op het rectoraat. Terwijl het twee keer gaat om een symbool waarmee je met een boodschap naar buiten komt. Dat onderscheid is niet te verantwoorden.’
‘Wat Brems vandaag zegt over de boerkini, zei ze vroeger over de boerka – en die is wél bij wet verboden’