De olifantman
Oudheid Even voor 200 v.Chr. werd beslist of de toekomst van het Middellandse Zeegebied Romeins dan wel Carthaags zou zijn. Een hoofdrolspeler in de bloedige strijd blijft tot op vandaag fascineren: Hannibal. John Prevas voegt een biografie toe aan het rijtje.
Honderd doden per minuut. Als de overgeleverde cijfers kloppen, dan was dat de menselijke tol toen op 2 augustus 216 v.Chr. de Romeinse en Carthaagse legers bij Cannae in Apulië een urenlange veldslag uitvochten. Hannibal trok dan al een kleine twee jaar door Italië na zijn befaamde oversteek van de Alpen, wegglijdende en paniekerige olifanten incluis. Hij en zijn bonte huurlingenleger haalden het in Cannae met glans en veel bloedvergieten. Even later werd in Rome de munt gedevalueerd en werden in paniek hoogst uitzonderlijk mensen levend begraven als offer.
Cannae en de manier waarop daar het Romeinse leger in de tang werd genomen, was voor de geniale tacticus Hannibal de perfecte veldslag. Dat wisten onder anderen ook Napoleon, naar eigen zeggen ‘een tweede Hannibal’, en de Duitse generaal Von Schlieffen, toen in 1906 zijn boek Cannae publiceerde en het plan ontwikkelde om Frankrijk via België in de tang te nemen.
Zelfmoord
Ik heb meteen de twee belangrijkste wapenfeiten genoemd waardoor Hannibal in het collectieve bewustzijn is blijven voortleven: de Alpenepisode, vooral omdat ze de fantasie prikkelt, en Cannae, omdat het bloedvergieten er zo massief was. Wellicht is de eed van haat tegen de Romeinen die de negen jaar jonge Hannibal op aanstichten van zijn vader zwoer en die de Amerikaanse historicus John Prevas de titel van zijn boek bezorgde, een goede derde. Als wreker van zijn vader was Hannibal naar verluidt ook Sigmund Freuds held. Of het verhaal van de eed klopt, weten we niet, maar voor Prevas is het een zekerheid. Veel minder bekend en heldhaftig is Hannibals Osamaachtige dood, waar Prevas zijn boek treffend mee begint, twintig jaar na het officiële einde van de oorlog met Rome. De zestiger Hannibal leeft dan al een tijdje in het verborgene, ergens in de buurt van wat nu Istanbul is. Wanneer de Romeinen hem door verraad ontdekken en Hannibal geen kant meer op kan, pleegt hij zelfmoord. Gedurende een eeuw of zes zal Rome geen vijanden van zijn kaliber meer hebben.
Rome leek na de catastrofe van Cannae een vogel voor de kat. Waarom is Hannibal mislukt? Prevas geeft het goed en bij herhaling aan, in een boek dat door de aard van de zaak nogal wat bladzijden over militaire tactiek bevat: door de tactiek van de Romeinen om de oorlog te rekken en Hannibal in Italië te isoleren, doordat die Romeinen over oeverloze reserves aan manschappen leken te beschikken, doordat de bondgenoten van het nog prille Rome in Italië minder talrijk overliepen naar de Carthagers dan Hannibal had gehoopt en doordat hij vanuit Car
thago – waar overigens lang niet iedereen hem steunde – geen nieuwe troepen en zuurstof meer aangeleverd kreeg. Het einde voor Hannibal kwam in Zama, op NoordAfrikaanse bodem. Rome en zijn jonge en geniale generaal Scipio hadden sinds Cannae veel bijgeleerd.
Conscience
Prevas’ boek is lang niet de eerste biografie van Hannibal. Het is uiteraard sympathiek dat iemand naar eigen zeggen zowat overal is geweest waar ook Hannibal was. (Jammer dat in de Nederlandse editie foto’s ontbreken.) Hier en daar zal dat nareizen best wel relevant zijn, al zijn oeverloze discussies over het precieze Alpentraject van Hannibal een volstrekt non issue. Het is wachten op de ontdekking van meer olifantenpoep en andere sporen …
Ik verwacht in een eigentijdse biografie meer kritische informatie over de kwaliteit van de hoofdzakelijk RomeinsGriekse Hannibalbronnen waarover we nu eenmaal beschikken, in de personen van Livius en Polybius (en de historicus Appianus, die Prevas nauwelijks vermeldt). En ook over wat het recente archeologische en epigrafische onderzoek te melden heeft. Zulke bronnen komen bij Prevas, die nogal eens in herhaling valt, nauwelijks ter sprake. En dat je Silius Italicus, de auteur van een epos over Hannibals oorlog van driehonderd jaar na de feiten, als bron opvoert, is alsof je Conscience zou gebruiken voor de reconstructie van 1302. Het is een oud zeer hoe sommige (oud)historici maar niet lijken in te zien dat die ‘bronnen’ in de eerste plaats literatuur zijn, met haar eigen wetmatigheden. Je moet daar uiterst voorzichtig mee omspringen. Als je de schrijfsels van Romeinse historici mag geloven, was Hannibal ook nog eens een even goede redenaar als pakweg Obama.
Er zijn als het over de geschiedenis van de oudheid gaat, met al haar lacunes en niet op te lossen kwesties, grofweg twee soorten auteurs: zij die een vlot verhaal vertellen zonder hun lezers al te veel hoofdbrekens te bezorgen, en de andere, die wel in hun interne keuken laten kijken en zeggen dat we dingen niet weten. Prevas behoort veeleer tot de eerste soort.
Het is uiteraard sympathiek dat iemand naar eigen zeggen zowat overal is geweest waar ook Hannibal was