‘Uw levensstijl strookt niet met de waarden van dit bedrijf’
Holebi’s getuigen over dagelijkse homofobie
Fysiek geweld tegen homo’s, zoals deze week in Gent, is vrij uitzonderlijk, maar kwetsende opmerkingen, foute grapjes en insinuaties zijn dat veel minder. Ook vandaag botsen holebi’s nog vaak op kleine en minder kleine vooroordelen en discriminatie.
BRUSSEL I
Bedrijfsleidster: ‘Aha, voor de mannen? Homo?’
Matias: ‘Ja, inderdaad.’ Bedrijfsleidster: ‘Allez, niet dat daar iets verkeerds aan is, hoor. Het is gewoon: ik ken geen homo’s, gij zijt eigenlijk de eerste, denk ik.’
Matias: ‘Euh, ja.’ Bedrijfsleidster: ‘Nee echt, het is helemaal geen probleem. Ik heb niets tegen ho mo’s. Er werkt een recruiter bij ons, een vrouw die met een andere vrouw getrouwd is. Op ons bedrijfsfeest eet die ook gewoon mee aan tafel met de rest.’
Het sollicitatiegesprek van Matias Van Daele (24) uit Antwerpen draaide vorig jaar niet uit op een job. Nadat hij bekomen was van de ongemakkelijke conversatie met de bedrijfsleidster, liet de pas afgestudeerde socioloog zelf weten dat hij geen match voelde.
‘Er zijn wellicht duizenden anderen die veel erger hebben meegemaakt’, zegt Matias die ondertussen bij een ander be drijf aan de slag is. ‘Maar op dat moment was mijn homoseksualiteit wel iets waardoor de hele sfeer van de sollicitatie verpest werd. Ik heb een kwartier van de veertig minuten die het gesprek duurde, moeten horen dat mijn seksualiteit volledig oké is. Over mijn motivatie voor de job, studies of eerdere ervaring als jobstudent hebben we het amper gehad, waardoor mijn zelfvertrouwen helemaal weg was.’
Bedrijfswaarden
Brusselaar Philippe Smets (45) werd in 2010 eenvoudigweg afgewezen. Na een vlot verlopen sollicitatie kreeg hij te horen dat ‘zijn levensstijl en keuzes niet strookten met de waarden van het bedrijf ’. ‘Ik was helemaal de kluts kwijt. Toen ik om uitleg vroeg, was het antwoord: “Ik denk dat u best wel weet waar ik het over heb, ik hoef dat niet uit te leggen”.’
Philippe diende een klacht in bij de voorloper van Unia. Zij raadden hem aan om een brief te schrijven naar het bedrijf. Er kwam nooit een reactie.
In 2017 opende gelijkekansencentrum Unia 84 dossiers rond seksuele discriminatie. De laatste vijf jaar is het aantal nieuwe dossiers rond homofobie, inclusief haatmisdrijven, er met 20 procent toegenomen. Toch durft niemand zich te wagen aan een uitspraak over hoe vaak er nu gediscrimineerd wordt. ‘We hameren er al jaren op hoe belangrijk het is om discriminatie te melden’, zegt woordvoerder Jeroen Borghs. ‘Het is nu heel moeilijk te zeggen of homofoob geweld toeneemt, of dat er vaker gerapporteerd wordt.’
Fagot, fagot
Ook vrouwen krijgen ermee te maken. Cécile (43) uit Gent wordt regelmatig nageroepen en uitgescholden. ‘Al sinds mijn puberteit krijg ik opmerkingen over mijn mannelijke trekken. Zelf ben ik daar een beetje doof voor geworden, maar mijn vriendin wijst me er regelmatig op dat ze ons naroepen.’
Vorig jaar, tijdens de Gentse Feesten, keerde Cécile in haar eentje naar huis, toen een groepje aangeschoten Britse toeristen haar de weg blokkeerde. ‘Ze riepen ‘‘fagot, fagot” naar me. Ik deed alsof ik dat niet begreep en ben verder gestapt. Enkele mannen leken me te gaan slaan, maar uiteindelijk lieten ze me verdergaan.’
Het voorval is blijven hangen. ‘Ik heb de indruk dat homofobie de laatste jaren toeneemt’, zegt Cécile. ‘Ook onder jongeren en dat is zorgwekkend. Ik verbaas me erover hoe strikt hun genderpatroon is. Alles wat eruit springt, vinden jongeren vies. Zo werd ik laatst nageroepen door een groepje tienermeisjes. Ook dat was even schrikken.’
Maar vaak is het veel subtieler. Tessa Van Montfort (33) uit Wommelgem stootte na de geboorte van haar zoontje, deze zomer, op een aantal praktische kwesties die een wrang gevoel nalieten. ‘Juridisch is er dan wel een kader voor holebi’s, maar de praktijk hinkt achterop’, zegt de consulente. ‘Zo wordt er in brochures steevast over vaderschapsverlof gesproken. Ook de winkel waar mijn vrouw en ik onze geboortelijst legden, refereerde alleen aan mama en papa.’
Soms gaat het alleen over een onhandige woordkeuze of formulering die toch erg kwetsend blijkt. ‘Toen we op consultatie gingen bij Kind en Gezin, vroeg de arts wat we wisten over de papa van ons kind’, zegt Tessa. ‘Als mijn tachtigjarige buurvrouw dat zou vragen, kan ik zo’n opmerking plaatsen. Maar van een professional verwacht ik beter. Onze zoon heeft geen papa,
wel een donor of een biologische vader. Het woord papa impliceert dat er een man is die voor ons kind door het vuur zou gaan. Die is er niet. Er is alleen iemand die zijn zaad heeft afgestaan. Als meemoeder komt dat woord hard aan, omdat ik degene ben die voor ons kind door het vuur zou gaan, ook al hebben we geen biologische band.’
Nooit 100 procent veilig
Kat Van Nuffel (50) uit Edegem richtte enkele jaren geleden WIJ Dames op, een vereniging voor lesbische en biseksuele dames. ‘Hoewel het op veel vlakken goed gaat met de rechten van holebi’s, is daar nood aan’, vindt Van Nuffel, directrice in een in ternationaal advocatenbureau. Zelf denkt ze dan vooral aan de periode van haar
coming out, nu zo’n tien jaar geleden. ‘Ik ben binnen gekomen op het kantoor als ge trouwde vrouw en moeder. In die tijd hoor de ik collega’s regelmatig grapjes maken over holebi’s. Daardoor was ik bijzonder onzeker om op het werk uit de kast te komen, toen ik verliefd werd op een vrouw. Ik heb er toen zelfs voor gekozen om bij een ander kantoor te gaan werken’, vertelt Kat.
Hoewel Cécile, Tessa en Kat nog nooit slachtoffer werden van fysiek geweld, ge ven ze alle drie aan dat ze op straat zelden hand in hand lopen met hun partner. ‘Alleen op sommige plekken’, zegt Kat. ‘Overdag op de Antwerpse Meir, of als we romantisch langs de Schelde wandelen. Maar ook dan ben ik niet honderd procent op mijn gemak. Ik blijf altijd over mijn schouder kijken. En in bepaalde buurten in Antwerpen of Brussel is het uit den boze.’
Aangevallen door onderburen
De hoofdstad is een constante in veel getuigenissen. ‘Het aantal keren dat ik in Vilvoorde of Brussel lelijke woorden naar mijn hoofd geslingerd kreeg, kan ik niet meer bijhouden’, zegt Philippe Smets, die onlangs naar Sydney verhuisde voor het werk van zijn echtgenoot.
‘Voor mij is het een verademing hoe de Aussies omgaan met homo’s. Het homohuwelijk is hier pas sinds dit jaar mogelijk, maar de Australische maatschappij is in het dagelijkse leven veel opener en verdraagzamer. Zo zeg ik hier onomwonden dat ik een echtgenoot heb en is dat de normaalste zaak ter wereld. Als ik dat in België doe, voelt het steevast aan alsof ik een statement maak. Het is een subtiel verschil, maar het is er toch.’
Soms loopt het volledig uit de hand, in Brussel. Schaarbekenaar Jeroen werd in mei door zijn Turkse onderburen aangeval len. ‘De kinderen, de vader, zelfs de moeder: ze deden allemaal mee. Sindsdien proberen we een gesprek met hen te hebben, maar het lukt niet’, zegt Jeroen, die werkzoekend is en liever niet met zijn volledige naam in de krant staat om potentiële werkgevers niet af te schrikken.
‘Op de bus is ook al eens een man begin nen te spuwen naar me. Toen ik hem vroeg om daarmee op te houden, heeft hij me drie elleboogstoten gegeven, en mijn neus ge broken.’
De eerste keer dat hij aangevallen was, schaamde hij zich. ‘Na de tweede keer ben ik beginnen na te denken: wat kan ik doen? Ik vond het jammer dat niemand me vertel de, ook de politie niet, dat je naar Unia kunt stappen om dit soort zaken te melden.’
Nochtans, volgens de Vlaamse Regiona le Indicatoren (Vrind) gaat de houding te genover holebi’s erop vooruit. Jaar na jaar blijkt uit de bevraging minder weerstand tegen gelijke huwelijks en adoptierechten, maar ook minder weerstand tegenover de aanwezigheid van holebiseksualiteit in de naaste omgeving. Maar ook hier maakt Jeroen Borghs van Cavaria een belangrijke kanttekening. ‘Het kan zijn dat de homofobe groep verhardt. Dat zien we ook internationaal in conservatieve landen die zich willen profileren als een alternatief voor de westerse vrijheden.’
Volgens Cavaria kunnen mediaberichten ook een trigger zijn. ‘Hoe meer je over homofoob geweld praat, hoe onveiliger holebi’s zich gaan voelen’, zegt Jeroen Borghs. ‘Dat maakt het voor ons als organisatie vaak dansen op een slappe koord.’
Mes op de keel
Voor Gérard Moulin Romsée (40) gaat het om meer dan een onveiligheidsgevoel. De arts verhuisde zelfs uit Brussel, samen met zijn man en hun hondje Gucci. ‘Ik merk hoe de tolerantie tegenover holebi’s achteruit gaat. Mensen houden zich niet langer in om je openlijk te beschimpen, te treiteren en te bespuwen, vaak in groepjes. Je kunt ook niet veel doen: als je iets terugzegt of reageert, dan escaleert het. Het zijn vaak jongeren die wachten op een aanleiding om keet te schoppen.’
Vandaag woont en werkt de arts in Antwerpen. ‘Mijn partner is een Braziliaan en in zijn geboorteland worden mensen vermoord omdat ze homoseksueel zijn. Ik besef dus dat mijn vaststelling relatief is, maar het is verontrustend dat homofobie toeneemt. Ik kan alleen hopen dat de slinger opnieuw de andere kant op zal gaan. De agressie is volgens mij ook bijna exclusief toe te schrijven aan bepaalde gemeenschappen. Ik wil mensen niet overtuigen van homoseksualiteit, maar je moet wel respect hebben voor de normen en culturele waarden die een land heeft.’
‘We moeten daar niet flauw over doen. Uit onderzoek blijkt dat er een duidelijk verband is tussen religiositeit en homofobe gevoelens’, zegt Jeroen Borghs van Cavaria. ‘Maar jongeren met een migratieachtergrond zijn niet per definitie zo religieus. Het heeft ook te maken met straatcultuur. En als groepen gemarginaliseerd worden, bestaat het risico dat ze op hun beurt de maatschappij gaan viseren. Dan is het makkelijk om iemand uit te schelden voor mietje.’
Ook Jozef Goetschackx (57) uit Antwerpen had op dat vlak een nare ervaring. ‘Er is veel verbeterd op het vlak van discriminatie’, vindt de man. ‘Maar er is ook werk aan de winkel. Zo stapte ik vorig jaar bij een barbier binnen. Hij zette een scheermes op mijn keel en zei dat janetten bij hem niet welkom zijn. Als Tsjetsjeen kon hij dat onmogelijk accepteren. We zijn inmiddels een jaar verder, maar het voorval zit me nog steeds dwars.’
‘Maak je geen zorgen. Lesbiennes zitten hier op het bedrijfsfeest ook gewoon mee aan tafel’
BEDRIJFSLEIDSTER
Tijdens een sollicitatiegesprek
‘Ik verbaas me erover hoe strikt het genderpatroon van jongeren is. Alles wat eruit springt, vinden ze vies’
CÉCILE
Holebi
‘De agressie heeft onder ander te maken met straatcultuur. Als groepen gemarginaliseerd worden, gaan ze op hun beurt de maatschappij viseren. Dan is het makkelijk om iemand uit te schelden voor mietje’
JEROEN BORGHS
Woordvoerder Cavaria