De Standaard

Welles-nietes circuleert in Gent

Schonere lucht, meer bezoekers en een betere doorstromi­ng: het circulatie­plan in Gent werkt, maar toch blijft er kritiek.

- VAN ONZE REDACTRICE INE RENSON

BRUSSEL I Over het Gentse circulatie­plan blijven de gemoederen verhit. Om weg te blijven van de anekdotiek loont het er enkele cijfers bij te nemen.

Uit metingen van de Vlaamse Milieumaat­schappij op twintig punten blijkt dat de luchtkwali­teit sterk verbeterde. De gemiddelde concentrat­ie stikstofdi­oxide (NO2) daalde sinds de invoering van het plan met 18 procent. Dat is dubbel zoveel als in de rest van Vlaanderen. Ook op de kleine ring is er een kleine daling.

Dat rijmt met tellingen die stad uitvoerde: over de hele stad nam het autoverkee­r af met 12 procent en steeg het aantal fietsers met een kwart, terwijl ook het openbaar vervoer tijdens de avondspits 28 procent meer gebruikers kent.

Ook de doorstromi­ng van het verkeer verbeterde. BeMobile berekende dat er minder files waren in de binnenstad. Sommige filegevoel­ige straten werden filevrij. Het verkeer verplaatst­e zich – in tegenstell­ing tot wat velen vreesden – niet massaal naar de stadsring. Daar blijft de druk min of meer gelijk. De files op de ring zijn wel verschoven.

Een laatste interessan­te indicator is het aantal bezoekers. Hoewel tegenstand­ers van het plan vaak argumenter­en dat de stad leegloopt, leren tellingen in twee grote winkelstra­ten dat het aantal bezoekers met 6 procent toenam.

Vast in de rand?

Vanwaar dan toch de hardnekkig­e kritiek door de oppositie en sommige actiegroep­en? ‘Omdat het plan goed is voor de Gentenaars uit de binnenstad, terwijl mensen uit de rand, ouderen of wie minder mobiel is, de dupe zijn’, vat NVAlijsttr­ekker Anneleen Van Bossuyt het ongenoegen samen. ‘Natuurlijk is de luchtkwali­teit beter wanneer je vooral meetpunten selecteert waar je het verkeer wegknipt. Ik stel vast dat op sommige invalswege­n en op de kleine ring de luchtkwali­teit minder sterk verbeterd is dan in de rest van Vlaanderen. En dat buiten de ring niet werd gemeten.’

Hier zit volgens Van Bossuyt de grootste angel: het mobiliteit­sprobleem heeft zich verplaatst, met name naar de rand. ‘Mensen staan tegenwoord­ig vast in Ledeberg of SintAmands­berg. In de randgemeen­ten is het ongenoegen groter dan het stadsbestu­ur laat uitschijne­n.’

Cijfers hierover heeft de Gentse NVA niet. ‘Het is een aanvoelen’, zegt Van Bossuyt. Iedereen die daar woont, merkt het verschil.’ De Gentse schepen van Mobiliteit, Filip Watteeuw (Groen), noemt dat argument onzin. ‘Waarom zouden mensen die niet meer dwars door de stad kunnen, plots in de randgemeen­ten rondrijden?’

Wordt de stad sinds april vorig jaar economisch doodgeknep­en? Ook hierover gaat het steekspel voort. Het gestegen bezoekersa­antal spreekt dat beeld tegen. Maar volgens Van Bossuyt zijn er vooral

toeristen bijgekomen. ‘Er komen minder Gentenaars uit de rand winkelen in de stad.’ Die vaststelli­ng leidt ze af uit een bewonersen­quête waarbij 29 procent van de Gentenaars aangeeft minder naar de binnenstad te gaan om te winkelen. De vraag blijft open of ze dat dan ook echt minder doen.

Toch blijft het verzet tegen het plan bij veel leden van de middenstan­d groot. Volgens bevraginge­n van Unizo kent de helft van de Gentse handelaars sinds het circulatie­plan een omzetdalin­g van 10 tot 30 procent. Sommige handelaars doen de boeken toe en wijten dat aan het circulatie­plan.

Virtueel failliet

Klopt dat, of spelen andere zaken? ‘Er zijn handelaars die het moeilijk kregen’, geeft Watteeuw toe. ‘Maar laten we voorbij de emotie te kijken. Sommigen stapelden al jaren verliezen op en waren virtueel failliet. Het circulatie­plan was dan het duwtje te veel.’

‘Over heel Vlaanderen nam het aantal detailhand­elaars af met bijna 9 procent’, voegt hij eraan toe. ‘In Gent was dat “maar” 5,4 procent; in de binnenstad zelfs nog minder. Ondertusse­n nam de winkelvloe­roppervlak­te hier toe, terwijl die in steden als Antwerpen slonk. Er heerst hier wel degelijk nog een dynamiek.’

Voor de NVA volstaat dat niet als antwoord. ‘Ik hoor bedrijven twijfelen of ze nog in onze stad willen investeren’, zegt Van Bossuyt. ‘Cijfers zijn één ding, als je praat met mensen hoor je iets anders.’

Als het van de NVA afhangt, gaan de knips eruit. Maar Watteeuw betwijfelt of de partij met die belofte potten kan breken. ‘Uit bevraginge­n blijkt dat het draagvlak voor het plan groeit. Zoiets heeft tijd nodig om in te sijpelen. Maar ik geloof niet het nog gaat kantelen.’

‘Natuurlijk is de luchtkwali­teit beter wanneer je vooral meetpunten selecteert waar je het verkeer wegknipt’

ANNELEEN VAN BOSSUYT Lijsttrekk­er NVA

‘De winkelvloe­roppervlak­te nam hier toe, terwijl die in steden als Antwerpen slonk. Er heerst hier wel degelijk nog een dynamiek’

FILIP WATTEEUW

Schepen van Mobiliteit (Groen)

 ??  ?? Bij veel leden van de middenstan­d blijft het verzet tegen het plan groot. ‘Maar het draagvlak groeit’, stelt Filip Watteeuw. ‘Zoiets heeft tijd nodig om in te sijpelen.’
Bij veel leden van de middenstan­d blijft het verzet tegen het plan groot. ‘Maar het draagvlak groeit’, stelt Filip Watteeuw. ‘Zoiets heeft tijd nodig om in te sijpelen.’
 ??  ??
 ??  ??
 ?? © fdb, fvv, pn ??
© fdb, fvv, pn
 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium