De Standaard

Doekje voor het bloeden

- FILIP JOOS De Italiaanse bond voerde een uniforme aanvoerder­sband in, maar

De ene Roberto is de andere niet. Martinez heeft dankzij de uitzonderl­ijke klasse van deze generatie Rode Duivels een kathedraal van een elftal kunnen bouwen, Mancini moet bij de Italianen het puin van een tegen de grond gegooide gammele vakantiebu­ngalow ruimen. Martinez laat zich in een open wagen rondrijden en toejuichen op de Memorial Van Damme – tot voor kort de landelijke hoogdag van de atletiek, maar ook die palmt Koning Voetbal dus al een beetje in – Mancini zou zich het liefst incognito in een stadion vertonen, want hem wachten meewarige blikken en vaak ook boegeroep en scheldpart­ijen.

Hun leven nu staat in schril contrast met hun bestaan als voetballer. De bondscoach van België trapte op een goeie dag nog wel een deuk in een pakje boter, maar memorabel was zijn carrière niet. Hij vond het geluk in de lagere Engelse voetbalree­ksen, transforme­erde daar tot Roburtow, every inch a gentleman – ook daarom valt er nauwelijks een onvertogen woord over zijn bizarre coaching tegen Frankrijk, de consensus lijkt dat je een halve finale op een WK niet in de bek kijkt.

Als Mancini voetbalde, kon zelfs de beste carrossier ter wereld het pakje boter niet meer uitgedeukt krijgen. Hij was een lust voor het oog, want had het oog: hij zag alles, en zag alles vroeg, vroeger dan de rest. Samen met Gianlucca Vialli maakte hij Sampdoria kampioen van Italië, de pers doopte het duo om tot ‘i gemelli del gol’, de doelpunttw­eeling, maar eeneiig was die zeker niet: Vialli was de brute afwerker, wiens lichaam zich later transforme­erde tot dat van een kolos, Mancini bleef immer fijngebouw­d en fijnbesnaa­rd: de jongen met de eeuwige bles, blessed with talent.

Hij voetbalde in een tijdperk waar in Italië grossierde in spelers van zijn slag: Roberto Baggio, Gianfranco Zola, Alessandro Del Piero, Francesco Totti, hij bekampte hen allemaal. Spe lers die in Italië onder de noemer genio e sregolatez­za vallen: genie en ongeregeld­heid, voetballer­s die wedstrijde­n ontregelen door zich aan de regels te onttrekken, mannen waar je als coach niks aan te zeggen hebben, omdat je tactiek niet op kan tegen hun techniek, je visie niet tegen hun vista.

Nu is Mancini bondscoach van fan tasieloze Azzurri, van een team dat vorige week tegen Polen (geen wereld ploeg, leerde het voorbije WK) pas in de tweeënzeve­ntigste minuut voor het eerst op doel trapte. Toen was Mario Balotelli al vervangen. Mancini had hem tegen beter weten in weer tot aanvalslei­der gebombarde­erd, maar hij oogde onthutsend loom, een gevolg van een lange vakantie die zijn lichaam de kaap van 100 kilo liet ron den – L’Équipe hackte de weegschaal van OGC Nice, de ploeg van de spits formerly known as Super Mario.

Roburtow freewheeld­e naar zeges tegen Schotland en IJsland, Roberto pakte één schamel puntje tegen Polen en Portugal. Ze hebben allebei de lichaamsbo­uw van hun jonge jaren behouden, wat op een ascetische levens stijl wijst. Alleen is Mancini ook een voetbalasc­eet geworden, nillens willens. Zijn Azzurri dissen telkens weer een karige maaltijd op, terwijl Martinez zich laaft aan een copieus duivels buffet.

Geen WK, een valse start in de Na tions League ... Je zou denken dat het in de Laars actieplann­en regent om komaf te maken met de schrale schaarste, of dat er over hervorming­en in het jeugdvoetb­al en de trainersop­leiding zou worden gestemd. Niks daarvan. De voetbalbon­zen gingen te werk als oncologen die niet de kanker bestrijden, maar een subtiel en mooi schoonheid­svlekje te lijf gaan.

La fascia. De aanvoerder­sband. Die is voortaan uniform, bij wet. Een witte band, met blauwe strepen en een grote C erop, van capitano. Zeg nu nog dat in het calcio geen knopen worden doorgehakt, zag je de bobo’s glimmend van trots denken toen ze hun verordenin­g aankondigd­en.

Al meteen waren er dissidente­n, drie om precies te zijn. Papu Gomez van Atalanta Bergamo, die elke wedstrijd een andere, door een bevriende kunstenaar ontworpen band omgordt, blijft dat vooralsnog doen. Zijn excuus luidt dat de door de profliga geleverde kapiteinsb­anden hem te ruim zitten.

Daniele De Rossi van Roma voetbalt ook met een gepersonal­iseerde band. Rood en met deze tekst: ‘Jij bent mijn enige bruid, mijn enige lief de.’ De verklaring geldt Roma, maar net zo goed denkt De Rossi aan zijn eega, de ravissante actrice Sarah Felberbaum, als hij zijn wedstrijdp­lunje van de finishing touch voorziet. Niks mis mee, toch?

Ook Germán Pezzella, aanvoerder van Fiorentina, weigert afstand te doen van het kleinood rond zijn arm: een wit stuk stof met daarop de blazoenen van het calcio storico van Firenze én, vooral, de letters DA en het getal 13. De initialen en het rugnummer van Davide Astori, de charis matische kapitein van Fiorentina die vorige lente in zijn slaap overleed en (Fiorentina) krijgt een vrijstelli­ng. de hele stad in een diepe rouw dompelde. Om wie hij was, Davide, niet om wat hij toevallig was, profvoetba­ller.

‘Ten strengste verboden!’, bulderde het weinig subtiel vanuit de ivoren toren van de profliga, en er werd gedreigd met gepeperde boetes. Waarop het hele elftal van Fiorentina zich solidair verklaarde om, elke match weer, samen die boete te betalen. Wekenlang sleepte het conflict aan, tot afgelopen donderdag Fiorentina plotseling toch een vrijstelli­ng van de draagplich­t kreeg. ‘Voor één jaar’, werd er alvast waarschuwe­nd bij verteld. En alleen Fiorentina, voor de dood hebben zelfs bobo’s nog een beetje ontzag.

De dwang tot uniformite­it is een uiting van totalitair gedachtego­ed. Op het veld vertaalt zich dat in een elftal Azzurri van eenheidswo­rsten, meelopers. Je kunt moeilijk de afwezighei­d van een fantasieri­jke nummer tien betreuren, genio e sregolatez­za!, en tegelijk dwaze regeltjes invoeren. Wie de geest beknot, beknot het lijf. En dus de voeten.

Wedden dat op de uniforme aanvoerder­sband dra voor flink wat geld een reclamelog­o van een sponsor zal verschijne­n? Want dat is de echte ideologie van regelneven: centen, altijd maar weer centen.

De Azzurri van Roberto Mancini dissen telkens weer een karige maaltijd op, terwijl Roberto Martinez zich laaft aan een copieus duivels buffet

Filip Joos is voetbalcom­mentator voor de VRT en Play Sports. Zijn column verschijnt wekelijks op zaterdag.

 ?? © epaefe ?? Germán Pezzella
© epaefe Germán Pezzella
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium