Spionnen vergiftigen ook Poetin
Goede spionnen moeten een ding goed kunnen: onder de radar blijven. Alleen als ze geen sporen nalaten, functioneren ze. En laat net dat bij de Russen steeds vaker een probleem zijn.
BRUSSEL I Een schoolvoorbeeld van hoe het niet moet, is de affaireSkripal. De manier waarop Aleksandr Petrov en Roeslan Bosjirov op RT, de Engelstalige tvspreekbuis van het Kremlin, moesten komen vertellen dat ze alleen maar onschuldige toeristen waren die de kathedraal van Salisbury wilden bekijken, was pijnlijk voor de slachtoffers, maar nog meer voor het Kremlin.
Zelfs Maria Zacharova, de immer strijdvaardige woordvoerster van Buitenlandse Zaken, moest toegeven dat het verhaal van de twee meer vragen opriep dan dat er beantwoord werden. ‘Dit interview betekent niet dat er nu een punt achter de zaak wordt gezet.’
Op de vraag of de Britse politie de twee nu ook mag ondervragen, kwam dan weer het standaardantwoord. ‘Als die vraag komt, zullen we ze onderzoeken. Maar we bekijken ook of ze spoort met de Russische wetten’, aldus Kremlinwoordvoerder Dmitri Peskov. Eigenlijk zei hij: de twee zullen niet uitgeleverd worden, want dat doet Rusland niet met zijn staatsburgers.
Zwitsers lab in vizier
Enkele uren na het gênante tvoptreden raakte bekend dat het Nederlandse gerecht in het voorjaar twee Russische spionnen had opgepakt. Die waren op weg naar een Zwitsers laboratorium dat onderzoek deed naar gifgasaanvallen van het Assadregime en de gifaanslag op de Skripals. Volgens NRC Handelsblad, dat het nieuws naar buiten bracht, had het duo apparatuur bij zich om in te breken in het computernetwerk van het Spieslaboratorium. En net als Petrov en Bosjirov zouden de twee op pad geweest zijn in opdracht van de Russische militaire inlichtingendienst GROe. De twee werden later – in alle stilte – Nederland uitgezet.
Volgens een woordvoerder van het Zwitsers laboratorium zijn de twee er ook nooit in geslaagd het computernetwerk te hacken. Maar hij gaf wel toe dat het lab eerder doelwit was geweest van hackers. En waarschijnlijk heeft Moskou wel degelijk geheime informatie verkregen over het onderzoek naar de vergiftiging van de Skripals.
Maar dat het nieuws van de arrestatie en de uitzetting nu ook naar buiten is gekomen, geeft aan dat de Russische spionageactiviteiten steeds moeilijker onder de radar kunnen blijven. En dan is het nog wachten tot in de VS speciaal aanklager Robert Mueller naar buiten komt met zijn bevindingen over de Russische beïnvloeding van de Amerikaanse presidentsverkiezingen.
Leonid Bershidski, de oprichter van het onafhankelijke zakenblad Vedomosti en Bloombergcolumnist, is ervan overtuigd dat deze spionagezaken Poetin steeds meer schade berokkenen. Hij vindt dat Poetin krampachtig vasthoudt aan een anachronisme. ‘Ooit was vergiftiging dé manier om een tegenstander op een discrete manier uit de weg te ruimen. Nu wijst men bijna automatisch naar het regime’, schrijft hij. ‘Poetin moet er dringend mee stoppen, want Rusland krijgt steeds meer de reputatie van een terroristenstaat.’
En misschien vindt Poetin dat niet eens zo erg, maar de Russische oligarchen krijgen er wel steeds meer last mee. Velen wonen in Londen en de Britse overheid is wel degelijk bezig hen het leven daar almaar moeilijker te maken.
Donald Toon, het hoofd van het National Crime Agency, zei deze week aan The Financial Times dat zijn dienst steeds meer gebruikmaakt van een nieuwe wet waardoor deviezen bevroren kunnen worden als de eigenaar niet kan aantonen hoe dat geld vergaard werd. Er zouden 140 onderzoeken aan de gang zijn en de onvrede daarover bij die rijke Russen groeit. Op termijn kunnen zij zich tegen Poetin keren en dat kan de president zuur opbreken.
‘Poetin moet dringend stoppen met dat anachronisme van vergiftigingen, want Rusland krijgt steeds meer de reputatie van een terroristenstaat’ LEONID BERSHIDSKI