D-day voor Rosenstein en voor het Rusland-onderzoek
BRUSSEL I Het wordt een spannende dag in Washington: president Donald Trump heeft een persoonlijk onderhoud met Rod Rosenstein, de onderminister van Justitie. Daarna wordt allicht snel bekend of Trump zijn zoveelste topmedewerker de laan uitstuurt.
Rosenstein kwam in nauwe schoentjes toen The New York Times stelde dat hij vorig jaar het plan had geopperd om de president stiekem af te luisteren. Het leek hem een manier om bewijs tegen Trump te verzamelen, op basis waarvan de president afgezet kon worden. Rosenstein stuurde de krant een reactie waarin hij dat bericht formeel ontkende. En een woordvoerder van Justitie zei tegen de BBC dat Rosenstein toen vast ‘een grapje’ had gemaakt.
Natuurlijk is er veel meer aan de hand. Rod Rosenstein (53) is, na minister van Justitie Jeff Sessions, de nummer twee van het ministerie. Toch is hij en niet Sessions, de politieke toezichthouder over het Ruslandonderzoek van speciale aanklager Robert Mueller. Die onderzoekt of Rusland zich mengde in de Amerikaanse presidentsverkiezingen van 2016, met de bedoeling het resultaat ervan te beïnvloeden, en of er contacten daartoe plaatsvonden tussen het Kremlin en medewerkers van de Trumpcampagne.
Sessions distantieerde zich van dat onderzoek – tot grote woede van Trump – omdat hij tijdens Trumps presidentscampagne de toenmalige Russische ambassadeur in de VS, Sergei Kislyak, had ontmoet, en dus betrokken partij was.
Viceminister Rosenstein heeft niet alleen de supervisie over het belangrijke Ruslandonderzoek van Robert Mueller, hij heeft de aanklager op 17 mei vorig jaar zelf benoemd. Daarvoor lag het onderzoek naar de Russische inmenging op het bureau van toenmalig FBIdirecteur James Comey. Maar die moest op 9 mei 2017 via de media vernemen dat de president hem had ontslagen.
Memo over Comey
Dat joeg een schok door Amerika. Voor de Democraten was het zonneklaar: Trump stuurde Comey weg omdat de grond onder de presidentiële voeten te heet was geworden. De Republikeinen herinnerden de Democraten er fijntjes aan dat die nochtans zéér kritisch voor Comey waren geweest, toen die in volle presidentscampagne aan de grote klok had gehangen dat het onderzoek naar Hillary Clintons officiële emails (die ze als minister van Buitenlandse Zaken van een privéserver had verstuurd) werd heropend.
Rosenstein schreef later in een memo dat de FBIdirecteur die zaak niet goed had aangepakt, maar was er niet over te spreken dat Trump juist zíjn memo gebruikte om James Comey te ontslaan. Rosenstein zei het Congres dat Trump al had besloten Comey weg te sturen, nog vóór hij de memo had ontvangen. Als een soort revanche benoemde Rosenstein enkele dagen later Robert Mueller als speciale aanklager – en hij lichtte het Witte Huis pas achteraf in.
Trump koos Rosenstein vorig jaar als de nummer twee op Justitie, een ministerie waar hij al in 1990 voor ging werken en waarin hij gestaag opklom naar de top. Hij is van Republikeinse signatuur, en werd door president George W. Bush benoemd als federaal aanklager voor de staat Maryland. Hij bleef aanklager, ook toen Amerika met Obama een Democratische president kreeg.
Hij wordt gerespecteerd door beide grote partijen, maar de laatste tijd geeft vooral zijn eigen partij hem ervan langs. In mei stond hij nog flink zijn mannetje tegenover een groep Republikeinen die hem wilden afzetten. Ze verweten hem dat hij interne documenten van Justitie inzake het Ruslandonderzoek weigerde vrij te geven. Rosenstein reageerde fijntjes dat ‘de procedure wordt gevolgd’, en dat ‘wie mij bedreigt, moet begrijpen dat het ministerie van Justitie zich niet laat chanteren: wij doen wat de wet voorschrijft’.
Buffer
Dat doet hij ook tegenover Trump, door een buffer te vormen tussen de president en de aanklager in het Ruslandonderzoek.
Mueller heeft tot hiertoe 25 Russische burgers en bedrijven aangeklaagd wegens inmenging bij de verkiezingen. Hij kreeg ook toezeggingen tot medewerking van voormalige medewerkers van Trump, zoals oudcampagnedirecteur Paul Manafort en Michael Flynn, die kort zijn nationale veiligheidsadviseur was.
Rosensteins ontslag kan verstrekkende gevolgen hebben voor dat onderzoek. De president kan dan een nieuwe viceminister benoemen, bijvoorbeeld iemand die het Ruslandonderzoek – dat Trump als een ‘heksenjacht’ afdoet – laat stilleggen, sterk beïnvloedt, of die Robert Mueller tot snelle conclusies dwingt. Een vervanger voor Rosenstein die voor de hand ligt, is Noel Francisco, de nummer vier op Justitie, maar als voormalige partner van een advocatenkantoor waar Trump jaren cliënt was, is hij bepaald geen neutrale figuur.
Daarom krijgt Trump van zijn achterban het advies om Rosenstein níet te ontslaan. De oppositie zou dan al te makkelijk kunnen zeggen dat Trump het Ruslandonderzoek probeert te torpederen, en daar bij de komende Congresverkiezing goed garen bij spinnen. Foxboegbeeld Sean Hannity waarschuwt de president om vooral niet ‘in de val van zijn tegenstanders’ te trappen.
‘You’re fired!’ roepen is voor Trump verleidelijk. Kan hij weerstaan? Het antwoord volgt snel.
Rosenstein wordt gerespecteerd door beide grote partijen, maar de laatste tijd geeft vooral zijn eigen Republikeinse partij hem ervan langs
Foxboegbeeld Sean Hannity waarschuwt de president om vooral niet ‘in de val van zijn tegenstanders’ te trappen