‘Extra politie nodig om brand van radicalisme te vermijden’
Het fameuze Kanaalplan werd gisteren in Vilvoorde geëvalueerd. De teneur is positief, maar er wordt ook gevreesd voor radicalisme en terreur.
VILVOORDE I Een beetje roeien met de riemen die voorhanden zijn, dat is zowat de korte samenvatting van twee jaar Kanaalplan in Vilvoorde.
De Zennestad werd na de aanslagen in Parijs en enkele weken voor de aanslagen in eigen land betrokken bij het federale Kanaalplan, om samen met SintJansMolenbeek, Schaarbeek, Laken, SintGillis, Anderlecht, Koekelberg en SintJoosttenNode het hoofd te bieden aan potentiële terroristen.
Twee jaar na de lancering van het fameuze plan zaten gisteren onder anderen de lokale en federale politie, het parket en minis ter van Veiligheid en Binnenlandse Zaken Jan Jambon (NVA) aan tafel.
Tijdelijke middelen
‘Het hele plan draait eigenlijk op tijdelijke middelen, maar die zijn eind dit jaar niet meer beschikbaar’, zegt Hans Bonte (SP.A), burgemeester van Vilvoorde.
‘Daarmee hebben we de brand in Vilvoorde kunnen blussen. Maar zonder oplossingen voor de structurele problemen is de kans bijzonder groot dat we de komende jaren in de kanaalzone opnieuw een uitslaande brand van gewelddadig radicalisme en terreur zullen meemaken.’
Onder die structurele problemen valt volgens Bonte vooral een tekort aan politiemensen. De lokale politie werd wel versterkt met twintig voltijdse equivalenten, maar daar viel een enorm personeelsverloop op te tekenen. ‘Nu zijn er maar twaalf van hen meer aan de slag.’
Als er geen nieuwe detacheringen vanuit de federale politie volgen, zal de politiezone VilvoordeMachelen op 1 januari volgend jaar nog amper vier mensen overhouden. Bonte waarschuwt dat sommige taken van het Kanaal
‘Van twintig extra politiemensen zijn er slechts twaalf nog aan de slag’ HANS BONTE
Burgemeester
‘Met de doorstroming van informatie gaat het toch al de goede kant op’
JAN JAMBON
Minister van Binnenlandse Zaken
plan daardoor niet langer kunnen worden uitgevoerd.
Minister Jambon heeft wel oren naar de vraag van Bonte en beseft dat er nog veel onderdelen van het plan voor verbetering vatbaar zijn.
‘Maar onder meer met de doorstroming van informatie gaat het toch al de goede kant op’, zegt Jambon.