Karavaan vreest bendegeweld meer dan Trump
Zesduizend Hondurezen zijn op weg naar de VS. Nu Trump naar hen uithaalt, zijn de migranten wereldnieuws. ‘Hij zegt dat we terroristen zijn. Maar we doen niemand kwaad.’
Voordat Jennifer Ramírez uit de Hondurese havenstad La Ceiba zich met haar gezin aansloot bij de caravana migrante, mochten haar kinderen hun meest speciale speelgoed uitkiezen om mee te nemen. Dochter Alejandra (6) koos haar lievelingsbarbie en zoontje Jesús (3) zijn favoriete raceauto. Meer kon er niet mee op de lange tocht met beperkte bagage.
Bendegeweld
Samen met zesduizend voornamelijk Hondurese migranten is het gezin al twee weken onderweg, door Honduras, Guatemala en nu Mexico, richting de Verenigde Staten. Ze leggen de tocht lopend, liftend, in bussen en in vrachtwagens af. ‘Ons leven in Honduras was uitzichtloos’, vertelt Ramírez tijdens een korte stop in het dorpje La Ventosa, in de zuidelijke Mexicaanse deelstaat Oaxaca. ‘Mijn man had geen werk en we konden niet meer voor onze drie kinderen zorgen. Het werd ook steeds onveiliger door het geweld van drugsbendes, moord en schietpartijen. We willen een nieuw leven opbouwen in Amerika.’ Ze tilt haar vijf maanden oude baby Carolina uit de met luiers en kleren volgestouwde buggy.
De karavaan bestaat uit een diverse groep, er zijn gezinnen met jonge kinderen, mannen, alleenreizende tieners en een grote groep vrouwen alleen met hun kroost.
Ze zeggen allemaal te zijn vertrokken vanwege het ingrijpend bendegeweld in MiddenAmerika. Zoals Gislaine Cruz, die vluchtte voor MS13, een jeugdbende die haar wijk terroriseert in San Pedro Sula. ‘Ik verkocht ijsjes en snoepgoed in het park. Net genoeg om mijn kinderen te verzorgen. Op een dag stonden de maras voor mijn deur. Ze wilden de helft van mijn opbrengst. Als ik niet betaalde, beloofden ze me te verkrachten en de kelen van de kinderen door te snijden. Ik heb me laten afpersen, maar toen ze steeds hogere eisen stelden, ben ik met de karavaan gevlucht.’
Haar droom is een veilig bestaan in de VS. ‘Als we daar niet binnenkomen, dan blijven we hier. Al moeten we op straat leven in Mexico, alles is beter dan onder het juk van de bendes leven.’
In de verte komen trucks en pickups aanrijden, de mensen beginnen te juichen. ‘Vrouwen met kleine kinderen gaan als eerste mee’, waarschuwt hulpverleenster Nelly Espíndola van Pueblo Sin Fronteras (Volk Zonder Grenzen). Deze vereniging organiseert de karavaan en zorgt dagelijks voor eten en drinken. ‘We willen de migranten op een veilige manier de Amerikaanse grens laten bereiken. Zonder dat ze met mensensmokkelaars in zee moeten die duizenden dollars vragen voor de tocht’, zegt Espíndola.
Bewegend dorp
De karavaan is een soort mobiel dorp dat langs wegen trekt waar de politie het verkeer afsluit en auto’s aan de kant moeten tot de stoet voorbij is. Soms slapen de migranten in sporthallen of verspreid over herbergen.
Tegen zevenen is het pikdonker en het terrein blijkt niet verlicht. De leiding vergadert over de route van de volgende dag. Gaan ze via de door kartels beheerste, gevaarlijke deelstaat Veracruz, waar ze door de politie geëscorteerd kunnen worden? Of vervolgen ze de veiligere route door Oaxaca, met minder goede voorzieningen? ‘Veracruz!’, roepen de migranten in koor.
Die nacht barst een regenbui los, die de migranten uit hun tenten jaagt. Moeders en kinderen proberen snel bij de tent van het bouwbedrijf te komen, waar het nog het droogst blijft. Als Jennifer Ramírez de volgende ochtend haar doorweekte spullen bij elkaar zoekt, raapt ze opgelucht een doorweekte barbiepop uit de modder. ‘Ik heb zelf niets van waarde, zolang het speelgoed van de kinderen er maar is’, zegt ze, waarna ze de tocht hervat.
‘Ik heb me lang laten afpersen, maar toen de bendeleden hogere eisen stelden, ben ik met mijn kinderen gevlucht’
GISLAINE CRUZ Moeder op weg naar de VS