Verbrandingsmotor verdient geen nieuwe kans
Vasthouden aan technologie uit het verleden zal het klimaat niet vooruithelpen. Elektrisch rijden en vaker voor het openbaar vervoer kiezen wel, schrijven MATHIAS BIENSTMAN en JOERI THIJS.
De autofederatie Febiac gelooft dat de milieubeweging spijt zal krijgen van haar keuze voor elektrische auto’s (DS 16 november). Febiac vindt dat we de wagen met verbrandingsmotor nog een kans moeten geven, omdat er schonere brandstoffen aankomen. Dat pleidooi is niet goed onderbouwd. Erger, het riskeert ons op het spoor te zetten van klimaatontwrichting en aanhoudende luchtvervuiling.
Waarom pleit de milieubeweging voor de elektrificatie van transport? Vóór 2050 moet de C02uitstoot van het wagenpark 0 zijn. Europa heeft zich er in Parijs toe geëngageerd om de klimaatopwarming te beperken tot 1,5 graad. Met de energiedragers die Joost Kaesemans van Febiac beschrijft, is nuluitstoot van CO2 alleen bereikbaar met elektriciteit, waterstof of een synthetische brandstof geproduceerd uit hernieuwbare bronnen zoals zon of wind.
Concurreren met diesel
Door omzetting en andere verliezen tussen de energieproductie en de uiteindelijke beweging van de wagen, is de efficiëntie van die energiedragers erg verschillend. Om een idee te geven: de huidige groenestroomproductie zou al volstaan om bijna het hele Belgische wagenpark batterijelektrisch aan te drijven. Met waterstof is dat minder dan een derde, met elektrobrandstoffen slechts een zesde. Die lagere efficiëntie van waterstof of synthetische brandstoffen komt ook met een kostprijs. We zijn nog decennia verwijderd van de dag waarop elektrobrandstoffen kunnen concurreren met diesel of benzine. De elektrische wagen kan dat nu al. Kortom, inzetten op de verbrandingsmotor is de olieproducenten een levenslijn toewerpen. Dan blijven we afhankelijk van autocraten in SaudiArabië of Rusland.
De beste strategie voor koolstofneutraliteit is om voor een minder efficiënte toepassing te kiezen als het niet anders kan. De voorkeursoptie voor wegverkeer is bijgevolg batterijelektrisch, voor scheepvaart waterstof of ammoniak en voor luchtvaart elektrobrandstoffen. Zelfs dan blijft de omschakeling uitdagend vanwege de enorme hoeveelheden hernieuwbare elektriciteit die no dig zijn. Daarom pleit de milieubeweging in de eerste plaats voor minder voertuigkilometers en duurzame verplaatsingen, zoals met de fiets of het openbaar vervoer. We sluiten ons volmondig aan bij de uitstekende voorstellen van Peter Meukens van TreinTramBus (DS 16 november).
Oude gsm recycleren
Een doordachte introductie van elektrische auto’s zal een zegen zijn voor de longen van onze kinderen én voor het klimaat. Bij de huidige stroommix stoot een elektrische wagen in België ongeveer drie keer minder CO2 uit dan een dieselwagen. De verdere groei van hernieuwbare elektriciteit spoort met die van elektrische voertuigen. Ze vullen elkaar mooi aan, omdat wagens kunnen opladen wanneer er veel stroom beschikbaar is en op termijn ook stroom zullen terugleveren aan het net als de zon niet schijnt of de wind niet waait. Door steeds duurdere emissierechten voor CO2 worden vuile energiebronnen zoals steenkool stelselmatig weggeconcurreerd. Zo zal in 2030 al de helft van de stroomproductie in Europa hernieuwbaar zijn.
Elektrisch vervoer laat toe om miljoenen tonnen grondstoffen uit te sparen die we nu simpelweg opbranden. Om het gebruik van schaarse metalen te beperken, ijveren we ervoor om de principes van de circulaire economie toe te passen. Eerst door het wagenpark beter te benutten met collectief vervoer, deelvoertuigen en ritdelen. Daarnaast moeten we de metalen in de keten houden door alle batterijen te hergebruiken of hoogwaardig te recycleren. Het kobalt in de oude gsm, die nu in de kast blijft liggen, kan dan worden gebruikt om een nieuwe batterij te maken.
Het is jammer dat Febiac de eigen verantwoordelijkheid daarin niet ziet. De drie resterende autoproducenten in België – Audi, Volvo en Thunder Power – produceren vanaf 2019 alleen volledig of deels elektrische wagens. Voor wie rijdt Febiac als ze de autoproducenten in België niet ondersteunt? In plaats van vast te houden aan een technologie uit het verleden, zoals de verbrandingsmotor, zou Febiac ervoor kunnen ijveren dat circulaire modellen en verantwoorde grondstoffenketens een topprioriteit worden van het industrieel en buitenlands beleid in België.