België poogt deur te sluiten voor ‘uitkeringstoerisme’
België kan niet leven met het idee om EUwerknemers al na één dag werk een werkloosheidsuitkering te geven. Het is verre van zeker dat het de eindmeet haalt.
BRUSSEL I ‘Een verdere Europese aanval op de Vlaamse sociale welvaartsstaat.’ Zo reageerde Europarlementslid Helga Stevens (NVA) op een stemming in de commissie Werk en Sociale Zaken van het Europees Parlement.
Met 32 tegen 20 stemden de leden voor het principe dat EUwerknemers recht krijgen op een werkloosheidsvergoeding in een ander EUland als ze er één dag gewerkt hebben. ‘Dit zet de deuren voor welvaartstoerisme wagenwijd open’, aldus Stevens.
De stemming maakt deel uit van een herziening van de regelgeving inzake de coördinatie van de socialezekerheidssystemen in de EUlidstaten die Europees Commissaris voor Sociale Zaken Marianne Thyssen (CD&V) lanceerde. De onduidelijke definiëring maakt dat die regels nu verschillend worden toegepast. Ze slaan niet op gedetacheerden – werknemers die door hun bedrijf worden uitgestuurd voor een tijdelijke opdracht in een andere lidstaat.
Thyssen: drie maanden
Thyssen stelde voor om een termijn van drie maanden te hanteren vooraleer een EUwerknemer in een andere lidstaat een werkloosheidsuitkering kan genieten. Dat is ook de termijn die in België van kracht is. ‘Het principe dat je eerst moet bijgedragen hebben voor je sociale rechten kan opnemen, is fundamenteel voor de stabiliteit van onze sociale zekerheid’, zegt minister van Werk Kris Peeters (CD&V). ‘De drie maanden die we nu hanteren, lijken me redelijk.’
Maar tijdens de vergadering in juni tussen de 28 EUministers van Werk, stond België samen met Nederland en Duitsland geisoleerd. Een meerderheid stemde daar voor een termijn van één maand.
Dat de commissie van het Europees Parlement dat nu terugbrengt naar één dag, valt heel slecht in België. ‘De bedoeling is niet zozeer om mensen na zo’n korte periode al een uitkering te bezorgen als wel om hen in een traject voor hertewerkstelling op te nemen, zodat ze zo snel mogelijk weer aan de slag kunnen’, zegt Tom Vandenkendelaere (CD&V). ‘De critici vermelden dit aspect liever niet. Maar onder alle Vlaamse leden van de commissie is er een consensus dat een minimum van drie maanden gezonder is.’
Dat vindt ook staatssecretaris voor de Bestrijding van Sociale Fraude Philippe De Backer (Open VLD). ‘Als deze regel goedgekeurd wordt, vrees ik dat we de klok terugdraaien en fraude en uitkeringstoerisme riskeren.’
Maar zover zijn we nog niet. Eerst moet er voor het standpunt van de commissie volgende week nog een meerderheid zijn in het voltallige parlement. En dan beginnen de onderhandelingen tussen de Commissie, de lidstaten en het Europees Parlement.
‘Ik verwacht dat deze bepaling uiteindelijk zal sneuvelen’, zo maakt Vandenkendelaere zich sterk. ‘Niet alleen omdat veel collega’s in het Parlement onze mening delen, maar ook omdat dit voor ministers in de raad moeilijk zal liggen.’
Kris Peeters kondigt aan dat hij in de raad zal blijven vechten voor het Belgische standpunt. Maar ons land staat er niet sterk, omdat een termijn van drie maanden vandaag veeleer de uitzondering is binnen de EU. Dat komt omdat ons land geen beperking in de tijd bij werkloosheidsuitkering kent.
Het is ook niet zeker of alles nog rond raakt voor de Europese verkiezingen. Maar dat zou België betreuren, omdat de nieuwe regelgeving ook verbeteringen bevat in de strijd tegen sociale fraude bij gedetacheerden. ‘België zal ook kunnen controleren of het befaamde A1formulier echt is. Dat moet bewijzen dat een gedetacheerde werknemer sociale zekerheid betaalt in zijn land van herkomst. Een maatregel tegen welvaartstoerisme dus’, zegt Vandenkendelaere.
‘Ik verwacht dat deze bepaling uiteindelijk zal sneuvelen’
TOM VANDENKENDELAERE Europarlementslid CD&V